Zullen de vogels blijven zingen?*

Hoop kun je ontlenen aan het contact met de universele waarden. Universeel: dat betekent dat ze bij iedereen in de hele wereld leven. Maar niet iedereen heeft er contact mee. Hetzij door uiterlijke omstandigheden (ziekte, honger, oorlog, natuurrampen, armoede, angst voor de toekomst), hetzij door onze versluierende denkbeelden over onszelf en de wereld, kan dat contact verloren zijn gegaan.

Als je de luxe hebt om tijd en aandacht aan jezelf te besteden loont het de moeite dat contact met die waarden te verdiepen of zonodig te herstellen. Dat kan door jezelf de vraag te stellen ‘Wie of wat ben ik?’, en bij een van die twee die vragen stil te blijven staan totdat hèt antwoord je geopenbaard wordt. Daarna zul je betrekkelijk makkelijk jouw diepste waarden kunnen vinden. Een andere weg is je af te vragen wat je roeping of opdracht is in deze wereld en dan na te gaan welke waarden daaraan ten grondslag liggen.

Bij dit onderzoek is er een valkuil: dat je aangeleerde normen en overtuigingen voor universele waarden aanziet. Een voorbeeld uit mijn eigen leven: verantwoordelijkheid houdt voor mij in dat ik me niet alleen door eigenbelang laat leiden, maar ook door zorg voor mijn naasten, en door het algemeen belang. Maar daarmee is verantwoordelijkheid nog geen universele waarde: deze waarde is mij aangeleerd in mijn jeugd, en wordt volgens mij niet door iedereen gedeeld. Het vraagt dus nauwkeurige zelfreflectie en observatie van de wereld om je heen om het onderscheid te maken tussen universele en persoonlijke waarden.

Ik meen te weten dat er maar twee, misschien drie, universele waarden zijn (die dus bij iedereen leven) die aan alle andere waarden ten grondslag liggen. Deze universele waarden zijn dus ook fundamentele waarden. Om je ontdekkingsproces niet te verstoren houd ik even voor me welke dat volgens mij zijn. Uit die waarden vloeien overigens afgeleide waarden voort, die meer cultureel bepaald zijn. Maar hoe die ontdekkingsreis ook verloopt, en waar die eindigt, ik kan je verzekeren dat je naarmate je dichter bij de basis van je waardenstelsel komt deze waarden invloed gaan uitoefenen op je denken en handelen. Dan zal de hoop op natuurlijke wijze opbloeien.

*) Misschien wordt de Silent Spring van Rachel Carson niet bewaarheid. Dat hoop ik althans.

Zonder hoop vaart niemand wel.

Hoop is ergens voor werken omdat het goed is,
Niet alleen omdat het kans van slagen heeft.

(Vaclav Havel)

Hoop ontstaat door actie. Soms is geloof en vertrouwen voldoende om die actie te beginnen, maar soms wordt het erg moeilijk onszelf te motiveren als er niet vooraf al hoop is. We dreigen dan in een vicieuze cirkel te belanden: we ondernemen niets omdat we geen hoop hebben, en daarom hebben we geen hoop. Dan is het van belang andere wegen te vinden om hoop te ontwikkelen.

Een manier die vaak geprobeerd is, is het ontwerpen van utopieën. Maar daaraan kleven twee bezwaren: ze missen vaak de binding met de huidige realiteit, en verliezen daardoor aan geloofwaardigheid, of ze kunnen doorschieten in absolute systemen (communisme, nationalisme of zelfs nationaal-socialisme), waardoor ze feitelijk ons vertrouwen in de toekomst ondermijnen. Dat werkt dus niet.

Wat wel werkt is het op meer realistische en bescheiden schaal ontwikkelen van blauwdrukken, eerst voor deelterreinen van de samenleving en daarna voor de samenleving als geheel. Dat is gewoon leuk om te doen, een creatief spel waarvoor geen hoop nodig is, alleen je verbeeldingskracht: buiten de kaders denken. Ik heb dat zelf herhaaldelijk gedaan, en daar zelfs een boek over geschreven*), en ik kan uit ervaring zeggen dat mijn stemming daardoor aanzienlijk is verbeterd. Margaret Atwood spreekt in dit verband van ‘Practical Utopias’ en heeft daar zelfs een website voor ontwikkeld: https://www.discostudios.com/learn-live-with-margaret-atwood-course. Daarop staan voorbeelden, die ik zelf nogal ingewikkeld vond, maar het idee is wel duidelijk. Via Google kan je ook een interview met haar lezen in De Groene Amsterdammer van 2 november 2022.

Een andere methode om hoop te ontwikkelen alvorens te handelen is om nog eens contact te maken met je fundamentele waarden. Maar hoe maak je onderscheid tussen waarden en normen, en waar komen de fundamentele waarden vandaan? Daarover de volgende keer.

© Getty Images

*)Voor niets gaat de zon op. Een blauwdruk voor een waardige wereld, 2012

Leven met sterven en verrijzenis.

Here is a test to find wether your mission on earth is finished:
if you’re alive, it isn’t.
(Richard Bach, Illusions, The Adventures of a Reluctant Messiah)

Het leven is op te vatten als een heilige reis.*) Heilig, omdat ik denk dat iedereen een persoonlijke opdracht krijgt. Waar die opdracht vandaan komt? Dat weten we niet precies, maar in elk geval niet uit de materiële wekelijkheid; daarom noem ik deze opdracht heilig. En als die opdracht heilig is, dan is ons leven ook heilig, en op te vatten als een reis inde richting van de vervulling van die opdracht – of die nu helemaal voltooid wordt of niet is daarbij niet van belang. Op de beweging, op de reis komt het aan.

Heeft iedereen die opdracht? Ik denk het wel, maar ik zie in dat als je leeft onder zulke barre omstandigheden dat je leven eigenlijk neer komt op overleven, er niet altijd aandacht voor die opdracht kan zijn, en dan komt er ook van de reis niet veel terecht. Maar daar ga ik u niet verder op in.

Ook als je al weet dat je leven een heilige reis is, is het toch goed er in deze lijdensweek, en tijdens de Ramadan, weer eens naar te kijken. Zo is het interessant om eens naar het begin van de reis te kijken. Wanneer hoorde je de roep om te gaan? En wat hield die roep in? En wanneer stapte je over de drempel om je thuis, je veiligheidsgebied, te verlaten? En wat kwam je onderweg tegen? Wat moest je opgeven, loslaten, laten sterven? Wanneer ging je geestelijk dood (de ‘dark night’). En hoe vond de wederopstanding plaats, of moet die nog plaats vinden? Welke haltes of stations kwam je onderweg tegen? En heb je je eindbestemming al bereikt?

Als we zo naar ons leven kijken dan zien we dat leven sterven is. Voortdurend gaan er stadia voorbij om niet meer terug te komen en gaan er zaken verloren. Maar na ieder afstervingsproces is er een nieuw begin mogelijk. Dat is de aard van het leven: sterven en wedergeboorte, zoals ook verwoord in de mythe van de Phoenix en het Paasverhaal.

Uiteindelijk zal het ook zo gaan met de mensheid. Of we nu kosmisch gezien snel uitsterven door de klimaat catastrofe, of pas na vele eeuwen of tijdperken door een kosmische ramp of anderszins, uiteindelijk zullen we als mensheid ten onder gaan. Zijn dan alle creaties (kunstwerken) en is dan onze kennis- en bewustzijnsontwikkeling helemaal voor niets geweest? Is het leven dan eigenlijk zinloos? Dat is alleen maar zo als je gelooft dat de materiële werkelijkheid alles is er wat er is. Ik geloof echter dat wij geestelijk, niet-lichamelijk, zullen voortbestaan. Dan zal ons bewustzijn dat van de oorsprong benaderen, verrijkt met nieuwe ervaring. Dit lijkt me een opwekkende gedachte voor het aanstaande Pasen – maar eerst zullen we vandaag en de komende twee dagen moeten stilstaan bij de vergankelijkheid van de fysieke werkelijkheid en alles wat dat bij ons oproept.

.

*) Zie ook Joseph Campbell, De held met de duizend gezichten

Eindelijk!

Onbeperkte economische groei heeft de prachtige kwaliteit om onvrede te sussen en ondertussen voorrechten te behouden, een feit dat niet onopgemerkt is gebleven onder liberale economen.
(Noam Chomsky)

In 2012 stelde ik de vraag aan de orde of groene economische groei wel mogelijk was, en in 2015 kwam ik tot de conclusie dat dit niet het geval was. Dat was niet zo moeilijk om vast te stellen – je hoefde er alleen maar goed de kranten en tijdschriften voor door te lezen of het nieuws te volgen, en dan vervolgens je gezond verstand te gebruiken. Niettemin bleef de mythe dat economische groene groei wel mogelijk is tot op de huidige dag bestaan – met name bij de meerderheid van de economen. Deze mythe vormde ook jarenlang de grondslag van de programma’s van de meer progressieve politieke partijen; in ons land met name GroenLinks.

In dat beeld kwam in 2014 een barstje door het boek van Ha-joon Chang (Economie, een gebruiksaanwijzing), waarin hij stelde dat de huidige economische wetenschap eigenlijk helemaal geen wetenschap is, maar een verzameling modellen gebaseerd op persoonlijke voorkeuren en waarden. Die geven geen oplossingen voor het volstrekte falen van het huidige economische stelsel met name op het gebied van rechtvaardigheid en duurzaamheid. Maar Chang geeft ook geen duidelijk beeld van hoe het dan wel moet.

Een echte aanzet voor een nieuw economisch stelsel komt van de hand van Jason Hickel (Minder is meer, 2020) die er voor pleit dat we de productie en diensten van alles wat niet noodzakelijk is afschalen. E.F Schumacher had daar in 1975 met zijn boek Small Is Beautiful: A Study of Economics As If People Mattered al een voorzet voor gegeven, maar Hickel gaat veel verder en is veel radicaler. Martin Wolf, die om voor mij onduidelijke redenen heel kritisch is op Hickel, komt in zijn boek The crisis of Democratic Capitalism (2023) tot een analoge conclusie, al zegt hij bij mijn weten niet expliciet dat groene groei per se onmogelijk is. Dat kan hij ook bijna niet maken, want hij komt uit de neo-liberale school van Friedrich Hayek (The road ot serfdom, 1944), maar het vloeit wel als consequentie uit zijn visie voort.

Eindelijk, eindelijk beginnen de eerste economen de werkelijkheid dus onder ogen te zien. Nu de politici nog, en daarna de burgers. Het is de verdienste van GroenLinks, dat ze recentelijk in de 2e kamer Jason Hickel hebben uitgenodigd voor een presentatie en een debat (zoals destijds Thomas Pikety). Het vergt moed om onder ogen te zien dat je het misschien al die jaren bij het verkeerde eind hebt gehad.

Hickel en Wolf ontwerpen nog niet een volledig nieuw economisch systeem, maar het is een begin. Ook geven ze niet aan hoe hun voorstellen draagvlak kunnen krijgen – dat zal nog niet meevallen zoals de recente verkiezingen leren. Het lijkt me dat we moeten beginnen met een burgerforum dat zich over deze problemen buigt. En wij, de geïnformeerde burgers, kunnen ons intussen in deze vraagstukken verdiepen en nadenken over oplossingsrichtingen. Zo dragen we indirect bij aan een langzame verandering in het collectieve gedachtengoed.

Pat. Wat nu?

Als je handelt vanuit Woe Wei doe je ronde dekseltjes op ronde doosjes en vierkante dekseltjes op vierkante doosjes.
(Uit: De ‘Tao van Poeh’ van Benjamin Hoff)

Ik denk dat het voor iedereen die met open blik naar de uitslag van de verkiezingen kijkt wel duidelijk is dat we een periode van verdere stagnatie tegemoet gaan. Stagnatie op het gebied van de stikstofproblematiek en het klimaatbeleid in het bijzonder. En we kunnen daar als individuele burgers op dit moment weinig invloed op uitoefenen. Ik ben nooit van mening geweest dat bewustzijnsontwikkeling op individueel niveau op zichzelf een oplossing biedt voor onze maatschappelijke problemen. Daarvoor is ook collectieve structurele, actie nodig. Maar je kunt die stelling niet omkeren. Werkelijke collectieve actie zal immers nooit plaats vinden als er niet een zekere bewustzijnsontwikkeling plaats heeft gevonden. Dat hebben de verkiezingen nu weer aangetoond.

Wat we in elk geval niet moeten doen is in paniek raken, en uit onmacht allerlei acties gaan bedenken en uitvoeren. Dat heeft in deze situatie weinig zin. Beter is het om ons in deze situatie te laten leiden door Woe Wei (Tao, de weg, handelt niet, maar niets blijft ongedaan) en TzoeJan (Zelf Zo). Dat wil zeggen, dat de dingen vanzelf gebeuren, spontaan. Maar om dat ‘vanzelf’ te gaan ‘doen’ zullen we goed in contact met onszelf, met name met onze ziel, moeten zijn. (Over de ziel en over hoe we het contact daarmee kunnen kwijt raken en weer herstellen heb ik uitvoerig geschreven in mijn blogs van 11 november en 14 december 2021 en 13-27 januari 2022).

Een tweede ding wat ik kan aanraden in deze barre tijden is ons contact met de onzichtbare werelden aandacht te geven en zonodig te verdiepen. Ook daarover heb ik eerder uitvoerig geschreven (3 oktober 2018 – 19 november 2018). Daar staat voor zover ik kan overzien eigenlijk alles wel wat we nu nodig hebben. Wat ik hier nu nog wil benadrukken is het belang van gebed (zie mijn blog van 18 mei 2017). Een gebed geeft zowel ons persoonlijk steun, als dat er een heilzame invloed van kan uitgaan voor de wereld.

Overijsselse politici en bouwbedrijven willen na de verkiezingen samenwerking uitbreiden

Tot zover voor vandaag, met excuses voor de vele verwijzingen. Maar het zou zomaar kunnen dat het de moeite loont even de tijd te nemen om die oude blogs terug te lezen, zodat u daar vertrouwen en veerkracht aan ontleent en dat u daardoor in de wereld een verschil gaat maken. Het herlezen van die blogs werkte in elk geval zo voor mezelf. Ik vergeet namelijk nog wel eens wat ik eerder – al dan niet intuïtief – geschreven heb.

Je stem telt.

Je neemt 100% verantwoordelijkheid voor je leven. – Dank je
(Inzicht/feedback die je kan ontvangen in het Transformatiespel*)

In mijn vorige blog heb ik de vraag gesteld of we er verantwoordelijk voor zijn (en dus in staat zijn) de klimaatcatastrofe het hoofd te bieden, of dat de uitkomst is voorbeschikt. En als we verantwoordelijk zijn moeten we dan gehoorzaam zijn aan een externe, bovenpersoonlijke, transcendente autoriteit die uiteindelijk zal boordelen of we juist of niet juist hebben gehandeld; of zijn we wezenlijk vrij in onze beslissingen?

Degenen die me kennen en me al een tijdje hebben gevolgd weten wel dat ik er voor kies de laatste optie te geloven. Maar als dat zo zou zijn, dan verbaast het me hoe weinig mensen de daaruit de konsekwentie trekken. Dat geldt ook voor mezelf; ik heb daarover in mijn blog van 16 februari gesproken. Het is nu wel algemeen bekend dat we door de klimaatcatastrofe als mensheid groot gevaar lopen – ik noemde dat eerder een catastrofe in slow motion – maar we trekken daaruit voor ons gedrag geen of weinig consequenties. In meerderheid blijven we vliegen, vlees eten, consumeren (kleren!) enzovoort aslof er niets aan de hand is.

Het is natuurlijk moeilijk om uit onze comfort zone te komen, en wat van de luxe waarin we leven op te geven. Dat geldt ook voor mezelf. Het laaghangend fruit – geen vlees meer eten, niet meer vliegen, korter douchen, de verwarming wat lager, geen nieuwe kleren meer kopen behalve het meest noodzakelijke ondergoed, enz. – heb ik intussen geoogst. Ik acht dat geen verdienste, want ik doe het gewoon omdat ik me er beter bij voel. Daarmee is mijn voetafdruk verlaagd tot 4,25 ha, maar dat is nog heel ver verwijderd van de 1,7 ha waar ik recht op heb. Maar om in die richting te komen zou ik werkelijke offers moeten brengen: vakantie opgeven, auto wegdoen, niet meer douchen, binnentemperatuur veel verder verlagen, niet meer uitgaan, enz.,enz. Kortom, vrijwel alles opgeven wat mijn leven aangenaam maakt, al zou ik natuurlijk nog kunnen genieten van alles wat gratis is: wandelen bijvoorbeeld. Als ik alles wat ik enigszins zou kunnen missen zou opgeven maar in mijn huidige huis zou blijven wonen zou mijn voetafdruk toch nog 2,62 ha bedragen. Hoe dit zij, ik ben daartoe voorshands niet bereid. Ik kan daar allerlei (drog)redenen voor aanvoeren , maar die wou ik u maar besparen. Feit is dat ik me net zo gedraag als veruit de meeste mensen.

Aristoteles

Wat moeten we hier nu mee? Wel, ik denk dat het in elk geval nuttig is ons van ons gedrag bewust te blijven en met het ongemak daarvan te leven. Dat hoeft, naar ik uit ervaring weet, een gelukkig leven niet in de weg te staan. Ongemak en levensvreugde kunnen naast elkaar bestaan – sterker: het toelaten van ongemak kan de levensvreugde verdiepen, want we hoeven dan niets meer weg te stoppen. Bovendien zal dit bewustzijn op subtiele wijze ons gedrag gaan beïnvloeden – bij voorbeeld onze stem verheffen en onze stemkeuze bepalen bij de verkiezingen van morgen. En ten slotte, laten we ons de wijsheid van Aristoteles herinneren: Het kan niet anders dan dat de middenweg in het leven het beste is.

.

*) Zie elders op deze website (Spelen voor het leven). Deze feedback is een van de twee diepste inzichten die je in het spel kunt verwerven. Een ander inzicht uit het spel is: Plezier hebben in je leven betekent niet dat je pijn vermijdt.

Timshel

Handel je slecht, dan ligt de zonde op de loer, begerig om jou in haar greep te krijgen, maar jij moet sterker zijn dan deze. (Genesis 4:7)

Disclaimer: Veel wat ik in dit blog aan de orde stel is al eerder neergeschreven (John Steinbeck, East of Eden, en bijvoorbeeld: https://peterdejaegher.com/2016/02/11/timshel/.) Niettemin heb ik er voor gekozen er ook zelf nog eens op in te gaan. Excuses voor de lezers die hier al alles over weten.

De bijbel is nog geen vier bladzijden oud of de mensheid wordt al twee keer opgezadeld met de erfzonde. De eerste keer is de bekende zondeval (Genesis 3); de tweede keer is de val van Kaïn nadat de Heer zijn offer had afgewezen. Tussen beide verhalen is een belangrijk verschil.

Na de eerste zondeval wordt de mensheid zonder meer gestraft. Dat heeft er toe geleid dat de leer van de erfzonde – wij zijn alzo verdorven, dat wij ganselijk onbekwaam zijn tot enig goed en geneigd tot alle kwaad (Heidelbergse catechismus) – in Christelijke kringen wijd verbreid is. Slechts de genade Gods kan ons redden – tenzij dan dat wij door den Geest Gods wedergeboren worden (Heidelbergse catechismus, vervolg).

In het geval van Kaïn ligt dat anders – zie het citaat hierboven, dat de reactie van God is op de woede van Kaïn. Opvallend is dat in alle bijbelversies die ik heb gelezen het woordje moet is gebruikt als vertaling van het Hebreeuwse timshel. Zo vertaald klinkt het als een bevel; vriendelijker geformuleerd, een opdracht. Het kan echter ook vertaald worden als zal, en dan is het meer een voorspelling, iets wat is voorbeschikt. En tenslotte is de meest voor de hand liggende vertaling: kan. Dan wordt de verantwoordelijkheid geheel gelegd bij Kaïn: je hebt een keuze.

We zien dat achter deze vertalingsmogelijkheden drie verschillende levensbeschouwingen schuil gaan. Wat zegt het over de westelijke cultuur dat vanaf de middeleeuwen timshel steeds vertaald is als moet, (Engels: must) terwijl de vertaling kan dichter bij het oorspronkelijke Hebreeuws schijnt te liggen (hierover kan ik niet zelf oordelen – want ik ben geen kenner van het bijbels Hebreeuws. Ik moet dus afgaan op het oordeel van ter zake kundigen).

Wat denkt u, welke visie overheerst in de hedendaagse Westerse cultuur, die in de wereld zo dominant is geworden? Als we deze vraag bijvoorbeeld toepassen op de klimaatcatastrofe: is de uitkomst onvermijdelijk (voorbeschikt), is de uitkomst afhankelijk van of we een bevel of opdracht uitvoeren van een externe instantie die beslist wat juist en niet juist is, of zijn we zelf verantwoordelijk en hebben we een keuze? Volgende week kom ik hierop terug.

Citaat uit John Steinbeck, East of Eden.

NB: In verband met de verkiezingen verschijnt het volgende blog al op dinsdag.

Cui bono?

’Een linkse wolk. . . Dat zou slecht nieuws zijn voor de hardwerkende Nederlander’ (Rutte in zijn rol als woordvoerder van PVV en Ja21)

Wie heeft er baat bij? Dit was een standaard vraag van de Romeinse advocaat Cicero bij de zoektocht naar het motief van een verdachte. Als we die vraag stellen in verband met ons huidige financieel-economisch stelsel, dan is het antwoord overduidelijk: de welgestelden. Niet alleen de minder bedeelden, de middenklasse en de in armoede levenden hebben er geen voordeel van; ook de aarde aarde als geheel, de biodiversiteit en de toekomstige generaties hebben er duidelijk geen baat bij.

Maar welk stelsel willen we dan wel? Die vraag is minder makkelijk te beantwoorden. Er zijn wel verbeteringen voorgesteld, onder andere door het Sustainable Finance Lab., en ook door economen die veelbelovende economische modellen hebben ontworpen (zie vorige blog), maar al deze voorstellen tasten de essentie van het huidige systeem niet aan en blijken bovendien in de praktijk lastig uitvoerbaar. Al zou het wel mooi zijn als we alleen maar het financiële systeem weer aan soortgelijke regels zouden binden zoals die golden voor 1970, en die sindsdien vrijwel allemaal zijn afgeschaft. Daar zouden we op zijn minst enige tijd mee winnen.

Maar één keer eerder in de moderne geschiedenis van ons land is er met politieke wil en door overheidsingrijpen een alomvattende wijziging in onze economie doorgevoerd. Die was gebaseerd op het Plan van de Arbeid*) dat reeds voor WO II was ontwikkeld, maar er was een catastrofe als de oorlog voor nodig om er, zoals we dat tegenwoordig noemen, voldoende draagvlak voor te verkrijgen. Zo’n catastrofe beleven we nu ook, maar in slow motion: de oorlog, de klimaatcrisis en de biodiversiteit crisis bedreigen ons minstens zozeer in ons bestaan als de wereldoorlog dat deed. Maar we voelen dat nog niet voldoende dus de ondersteuning voor een nieuw plan komt misschien pas als het (bijna) te laat is.

Niettemin hebben NU dringend een nieuw Plan voor de Arbeid nodig. Belangrijk is dat dit gebaseerd is op het echte algemeen belang, dat van ons en van Gaia als geheel, want anders zal er nooit voldoende draagvlak voor zijn. Maar wie moeten dat opstellen, en aan ons allen voorleggen? Het is wel duidelijk dat we dit niet van de huidige regering kunnen verwachten – wat dat betreft is het wel goed dat Rutte zijn masker heeft afgelegd (zou hij weten wat er met het woord solidariteit, of broederschap/zusterschap wordt bedoeld? Zo ja, dan is zijn uitspraak nog onthullender). De WRR, het PBL of de SER zouden het misschien kunnen doen, maar ik denk dat het beter is deze opdracht voor te leggen aan een burgerforum.

Een eerste aanzet schijnt geleverd te worden door Michiel Zonneveld in zijn op 25 april te verschijnen boek. Ik ben benieuwd, en zal er t.z.t. als ik zijn boek gelezen heb op terug komen. Een belangrijke vraag die daarbij aan de orde moet komen: zijn we nog wel in staat om onszelf aan te passen aan een radicale ‘shapeshift‘ van onze omgeving, i.c. onze financiële context? Over die vraag laat ik u alvast eens nadenken.

*) https://www.planvandearbeid.nl/essay/

De collectieve waanzin.

Ach! waren alle mensen wijs,
En wilden daarbij wel,
De aard’ waar haar een paradijs;
Nu is ze meest een hel.
(Dirck Rafaëlsz. Camphuysen (1586-1627))

Ik ben geen deskundige maar ook een leek kan zien dat we met ons huidige financieel-economisch systeem de klimaatcatastrofe niet gaan mitigeren om het gematigd uit te drukken. Vanaf ca. 1970 hebben we vrijwel alle wetten en reguleringen die het financiële systeem stabiel, veilig en sociaal verantwoord hielden afgeschaft, wat geleid heeft tot diverse financiële debacles (in Chili, de Verenigde Staten, Maleisië, Rusland, Brazilië, enz.) ten slotte uitmondend in de wereldwijde crisis van 2008-2010. Sindsdien zijner allerlei mooie voornemens geformuleerd om het systeem weer aan banden te leggen, maar is er in feite nauwelijks iets gebeurd*). En ook de economie als geheel verkeert in een treurige staat. De academische economie wordt ten onrechte voorgesteld als een wetenschap: een overzicht van objectieve feiten en bewezen wetten. Maar in feite is het een stelsel van politieke theorieën gebaseerd op een aantal onbewezen aannames en voorkeuren. En om het nog erger te maken is de theorie van het neo-liberalisme sinds de tachtiger jaren de dominante theorie geworden, die zowel op de universiteiten als in de media gepresenteerd wordt als de enige economische theorie die de kwalificatie wetenschappelijk verdient. Deze theorie is gebaseerd op de aanname van de vrije markt als enige heilzame kracht voor het oplossen van maatschappelijke vraagstukken en op de absolute waarde van het individuele eigenbelang (ondanks verhullende woorden die iets anders suggereren). Exponenten van deze zienswijze waren Margaret Thatcher (“Er bestaat niet zoiets als een samenleving. Er zijn individuele manen en vrouwen, en er zijn gezinnen”) en Ronald Reagan (“De overheid bestaat om ons tegen elkaar te beschermen. Maar zij is haar boekje te buiten gegaan door ons tegen onszelf te beschermen”). Wat mij betreft is deze zienswijze een duidelijke manifestatie van de waanzin waarover ik schreef in mijn vorige blog.

Volgens Ha-joon Chang **) bestaan er in wezen maar negen van die theorieën die pretenderen de hele samenleving te beschrijven. Zij beschrijven echter allemaal maar een deel ervan, afhankelijk van op welk aspect ze het accent leggen (productie, consumptie of markt), en van welke waarden ze uitgaan. Bij de leek bekend zijn de kapitalistische, de marxistische, en de keynesiaanse scholen. Geen van deze scholen biedt echter een oplossing voor de maatschappelijke valkuil waarin we zijn verdwaald, ook niet in combinatie, zoals Chang betoogt. Er zijn nog enkele andere deel-theorieën, zoals het donut-model en cradle-to-cradle (volledige recycling), of deel-maatregelen (zoals meer ‘commons‘ terug brengen in het collectieve eigendom, dan wel de financiële sector beter reguleren), maar deze ‘oplossingen’ zijn grotendeels cosmetisch en pakken het probleem waarin we verzeild zijn niet bij de wortel aan. Dat geldt ook voor de ideeën van het Sustainable Finance Lab. Hoe het dan wel zou moeten weet ik ook niet, maar er valt nog wel wat over te zeggen. Daarover de volgende keer.

*) Zie bijvoorbeeld: https://sustainablefinancelab.nl/wp-content/uploads/sites/334/2019/02/Banken_zijn_nog_te_dominant_De_Telegraaf.pdf, of https://www.wrr.nl/publicaties/working-papers/2016/02/17/europese-financiele-regulering-voor-en-na-de-crisis (pag.83)
**) Ha-joon Chang, Economie, de gebruiksaanwijzing, 2014.

Tussen waanzin en onschuld.

Waar het bij zen om gaat is dat het tegenstrijdigheden op de spits drijft, waarbij men moet kiezen tussen waanzin en onschuld. En zen wijst erop dat we misschien op kosmische schaal naar het ene òf het andere op weg zijn. Erheen op weg zijn omdat we er op de een of andere manier, als waanzinnigen of onschuldigen, reeds zijn.
Het zou misschien goed zijn onze ogen te openen en te zien.

(Thomas Merton, mysticus, 1915-1968)

Opmerkelijk dat Thomas Merton, de wereldberoemde mysticus, deze uitspraak al deed in de zestiger jaren. Wellicht na Silent Spring (1962) van Rachel Carson, maar nog voor het eerste rapport van de club van Rome (1972). Afgezien van wat hij zegt over zen geloof ik dat zijn uitspraak veel waars bevat.

Naar aanleiding van zijn uitspraak heb ik bij mezelf eens nagegaan – tot welke categorie behoor ik nou zelf eigenlijk? Schuldig heb ik me eigenlijk nooit zozeer gevoeld over mijn handelingen in het verleden. Ik heb natuurlijk wel stomme, en ook destructieve, dingen gedaan in mijn leven (die wou ik nu maar even niet opbiechten ?), maar daar voel ik eigenlijk nog meer schaamte voor dan schuld. Ik begrijp wel hoe ik daartoe gekomen ben, al keur ik deze handelingen van mezelf niet goed. De sterkste schuldgevoelens heb ik eigenlijk vandaag de dag over mijn ecologische voetafdruk: ruim 4,25 ha tegenover 5,5 voor de gemiddelde Nederlander (maar daar zitten diegenen die te arm zijn om deze voetafdruk te bereiken ook tussen! *). Terwijl ik als aardbewoner maar recht heb op 1,7. Als ik mijn voetafdruk verder substantieel omlaag zou willen brengen moet ik mijn huidige comfortabele ‘lifestyle’ opgeven – en dan nog is het in deze samenleving heel moeilijk. Hoe dan ook, daar ben ik tot nu toen niet toe bereid (U wel? Laat me weten hoe u dat gedaan heeft en hoe het bevalt).

Uit het bovenstaande volgt al dat ik ook bijdraag tot de waanzin in deze wereld. Derhalve ben ik niet alleen schuldig maar, als medeplichtige aan die waanzin, ook zelf enigszins waanzinnig. Dus ja, Merton heeft wat mij betreft helemaal gelijk. Tussen onschuld en waanzin – zo leef ik mijn leven. Dat is waarschijnlijk waarom het in mijn leven met zen niet echt heeft willen vlotten. Op de waanzin in de wereld ga ik volgende week verder in.

*) Voor hen die dit nog niet weten: de ecologische voetafdruk is in hectaren uitgedrukt het grondoppervlak (inclusief het watergebruik) dat we gebruiken voor onze huidige manier van leven. Zie https://voetafdruktest.wwf.nl/uitslag

P.S.
Vorige week schreef ik in verband met Israël/Palestina over de Hope Flowers School (HFS). Ik vergat daar te vermelden dat het bestuur van de Stichting Vrienden van Hope Flowers dringend behoefte heeft aan extra man- en vrouwkracht voor projecten ter ondersteuning van de HFS. Als je/u contact wilt opnemen kan dat via: https://www.vriendenvanhopeflowers.nl