Tag archieven: klimaat

Be realistic, plan for a miracle.

Zoals ik in mijn vorige blog zei ziet het er niet naar uit dat de mensheid op eigen kracht het klimaatprobleem gaat oplossen. Daarom hebben we hulp nodig, hulp van buiten, van boven, vanuit de transcendente werkelijkheid. Maar die hulp komt niet vanzelf. We zullen daarom moeten vragen. En omdat op een effectieve manier en vanuit een bescheiden houding te kunnen doen zullen we ons moeten voorbereiden.

Een van de eerste voorwaarden voor een effectief verzoek om hulp is dat we in de mogelijkheid daarvan moeten geloven. Geloven we in een transcendente wereld van waaruit ons hulp kan worden geboden? Voor velen van ons is dat pure fantasie, wensdenken. Anderen, die de mogelijkheid van het bestaan van een transcendente wereld niet uitsluiten worden niettemin geplaagd door twijfel: bestaat die wereld wel, en bekommeren de wezens daar zich ons om ons lot? Zelfs diegenen die gelovig of godsdienstig zijn kennen die twijfel: geloof zonder twijfel is per definitie onmogelijk (wat niet betekent dat gelovigen  zich steeds van die twijfel bewust zijn).

Hoe gaan we om met twijfel? In elk geval niet het wegstoppen of onderdrukken; daar wordt het alleen maar sterker van. Het beste is deze twijfel rustig onder ogen te zien, maar ons tegelijkertijd te realiseren, dat we ook nooit zeker kunnen weten dat de transcendente wereld niet bestaat, en dat de daarin levende wezens zich niet om ons bekommeren. Het is dus niet realistisch niet te hopen, zoals mijn goede vader reeds zei. Wonderen zijn altijd mogelijk. En als we met deze houding naar de wereld om ons heen kijken, dan zien we hiervoor ook de bewijzen. In mijn vorige blog noemde ik al de praktijk van de Findhorn community, maar er is veel meer. De wereld, het leven als geheel, is een wonder, dat nooit geheel door de natuurwetten kan worden beschreven en begrepen. Er is altijd ruimte voor het mysterie en wonderbaarlijke gebeurtenissen. ‘Miracles are natural. When they do not occur, something has gone wrong.” (A Course in Miracles)

Deze houding van een open staan voor de toekomst, verwachtingsvol zijn zonder pessimisme maar ook zonder irrealistisch optimisme, is de eerste voorwaarde voor een effectief verzoek om hulp. Over de tweede voorwaarde kom ik in een volgend blog te spreken.

 

 

Dood en herrijzenis, de wereldcrisis in een wonder (Pasen 2017).

In de oude Esseense en Iers-Keltische tradities is de periode voor Kerstmis (voorafgaand aan de winterzonnewende) er een van inkeer en bezinning,  om dan in de periode naar Pasen toe de aandacht weer meer op het handelen in de buitenwereld te richten, in harmonie met de ontluikende natuur (Essene Book of Days). Maar in de Christelijke traditie is de vastentijd vanaf aswoensdag, culminerend in de stille of lijdens-week voor Pasen, eveneens een periode van bezinning.

Zelf heb ik wel wat me beide periodes. In de vastenperiode onthoud ik me van snoepen en alcohol, zoals tegenwoordig velen doen, om me wat los te maken van de routine van alledag. Bij  de avondmeditatie draaien we klaagliederen of passiemuziek. Dit alles culmineerde dit jaar in een aantal bijzondere gebeurtenissen, die ik hier kort zal memoreren (voor een meer uitvoerige rapportage is dit blog niet geschikt, helaas).

Afgelopen zondag woonde ik een uitvoering bij van de Kanon Pokajanen van Arvo Pärt, een boetekanon gebaseerd op teksten uit de traditie van de Russisch-orthodxe kerk. Meestal vind ik het bijzondere van goede vocale muziek dat tekst en muziek elkaar zo prachtig kunnen versterken, maar hier werkte dat niet voor mij. De muziek was prachtig en werd schitterend uitgevoerd door Cappella Amsterdam, maar de tekst was zo zwaar van schuld en boete, dat ik er door werd afgeleid, en begon na te denken over wat wij (ikzelf incluis)  zo verschrikkelijk verkeerd doen in de wereld. Ter illustratie:

Ik las eergisteren  in Trouw dat het ‘Great Barrier Reef’, een van de 20  cruciale ecosystemen in de wereld, op sterven na dood is ten gevolge van de opwarming. Dit kan een kettingreactie inluiden van de ineenstorting van de andere ecosystemen, en als dat gebeurt helpe God ons de brug over. Tegelijkertijd las ik dat de Australische regering eigenlijk niets doet om dit rif te beschermen. Net als Trump ontkent die regering het klimaatprobleem, en staat op het punt een nieuwe kolenmijn te openen. We kunnen hier in Nederland erg verontwaardigd over doen, maar intussen zijn we hier verwikkeld in complexe onderhandelingen over het klimaatbeleid, waarbij Rutte en Buma er alles aan zullen doen om het programma van GroenLinks af te zwakken, dat op zichzelf al onvoldoende is om de opwarming tot 2 graden te beperken (zelfs als het zou worden overgenomen door de rest van de wereld).

Andere gebeurtenissen in onze  vastentijd: Eerder deze maand woonde ik een Mattheus Passie bij van de IJ-salon in een scenische uitvoering. Ook geen vrolijk werkje, maar toch beter te verdragen, omdat er een duidelijke verhaallijn in zit en Bach’s muziek veel minder zwaar is dan die van Pärt. Ontroerende uitvoering. En gisteravond zongen we met ons koor de Johannes Passion in het Concertgebouw. Ongeloofijk hoe actueel dat werk is, als je kijkt naar de volkswoede en de vreselijkste dingen die worden gezegd en gedaan.

Maar het hoogtepunt van de afgelopen weken was voor mij het transformatiespel dat ik mocht begeleiden in het kader van de Leiderschapsacademie voor de Energietransitie (zie: https://www.greenbridges.nl/contact/).Voor lezers die het spel niet kennen: het is een bordspel, waarbij de deelnemers symbolisch hun eigen levensweg aflopen, aan de hand van een persoonlijke levensvraag. Zonder uitzondering maakt het op de deelnemers een diepe indruk, en verschaft het baanbrekende inzichten. In dit geval belandden de deelnemers in een wereldcrisis, terwijl er tegelijkertijd een wonder plaats vond. Zij die het spel kennen weten hoe bijzonder dat is. En dat vond ik een prachtige metafoor voor deze tijd.

In mijn ervaring is het spel een spiegel van de werkelijkheid, en ik ontleende dan ook hoop aan deze gebeurtenis. Als we zonder al te veel kleerscheuren de klimaatcrisis willen overleven is er echt een wonder nodig, een transcendente gebeurtenis. Een overwinning van het leven op de dood. En is dat niet precies de betekenis van Pasen? Het transformatiespel laat zien dat dit mogelijk is. Maar we zullen er wel voor moeten werken en een regelmatig gebed op zijn tijd is ook niet weg: Ora et labora (bid en werk).

Ik wens u een hoopvol Pasen!

Pretentie en mystificatie.

“Burgers willen wel duurzamer, maar niet minder consumeren. Overheden willen best vergroenen, zolang het maar geen pijn doet in de koopkrachtplaatjes. En bedrijven zijn niet langer de boeman, maar onderdeel van de oplossing.” Dit is een citaat uit een gedegen artikel in De Groene Amsterdammer van 23 maart j.l. over Unilever: Duurzaamheid uit een pakje *)

“Unilever wil zijn omzet verdubbelen en zijn milieu-impact met de helft verminderen. Dat is revolutionair; het is nog geen enkel bedrijf gelukt.” (Dit is een citaat uit een college op Nijenrode van professor ‘Sustainable Business and Stewardship’ André Nijhof, docent in good practices van bedrijven.) En, maar dat zegt de professor niet, dat gaat Unilever ook niet lukken. Dat blijkt duidelijk uit bovengenoemd artikel (een ‘must read’ voor wie in dit soort zaken geïnteresseerd is). En naar mijn mening zal dat op redelijke termijn geen enkel productiebedrijf lukken. Want omzet of winst vergroten vraagt meer grondstofffen, en draagt bij tot de ‘global warming’, hoe maatschappelijk verantwoord je dat ook probeert te doen. Misschien is in de verre toekomst een volledig circulaire economie zonder CO2 uitstoot technisch mogelijk, maar daarvan zijn we nog zeer ver verwijderd, en tot zolang is een doelstelling als die van Unilever een onhaalbare utopie.

In genoemd college vraagt een student zich af:  “Wordt de wereld er eigenlijk wel beter van als wij onze omzet verdubbelen”. Niet relevant, oordeelt de professor  streng. ‘Een non-discussie.” En hiermee wordt de wezenlijke discussie uit de weg gegaan.

Paul Polman, de CEO van Unilever geldt als de duurzaamheidskampioen van het bedrijfsleven. Hij heeft binnen Unilever het ‘Sustainable Living Plan’ gelanceerd en wordt daar alom voor geprezen. Volgens Polman is Unilever ‘de grootste NGO ter wereld’. Unilever werkt samen met Oxfam, Wereldnatuurfonds en andere NGO’s. De Verenigde naties roepen Polman uit tot ‘Champion of the Earth’, de hoogst mogelijke milieu-onderscheiding.

Ik word van dit alles lichtelijk onwel. Natuurlijk is het goed dat Unilever en andere bedrijven aandacht geven aan de duurzaamheid van hun productieprocessen, en dat ook uitdragen. Maar als dan tegelijkertijd blijkt dat Unilever haar duurzaamheidscriteria aanpast aan wat er mogelijk is, en dat Unilevers duurzame landbouw nauwelijks afwijkt van de reguliere landbouw; als je ziet dat hun streven naar het duurzaam verbouwen van palmolie nog lang niet bereikt is (en ook niet bereikt kan worden, terwijl ze dat wel pretenderen), en als je ziet dat ze streven naar een giga vergroting van hun omzet in cosmetica producten, dan kom je vanzelf uit bij de vraag van die student op Nijenrode.

Ik word niet goed van de pretentie en de misleidende woorden waarmee dit duurzaamheidsstreven gepaard gaat. Voor een werkelijk duurzame wereld is een totale omslag van ons denken nodig, waaruit dan een totale herstructurering van onze samenleving kan voortvloeien, en bedrijven zoals Unilever, met in hun voetspoor professors zoals Nijhof dragen daar niet aan bij, om het maar eens gematigd uit te drukken. In tegendeel, hun mystificatie bevordert dat we over dit soort vraagstukken niet echt gaan nadenken.

Dit is geen aanklacht specifiek bedoeld voor Unilever – het geldt het hele bedrijfsleven, met name die bedrijven die pretenderen een wezenlijke bijdrage te leveren aan een duurzame wereld. Het zou mooi zijn als die bedrijven zich wat realistischer en bescheidener zouden opstellen. Wel vragen aan het het nieuwe kabinet om miljarden te spenderen voor een groene politiek, maar zelf alleen maar vage intenties uitspreken in plaats van concrete investeringen toe te zeggen. Kom  niet alleen halen, kom eerst eens wat brengen, zeg ik samen met Marike Stellinga (NRC/Handelsblad van j.l. dinsdag).

Kortom, wees waakzaam en doorzie de pretenties. Volgende week ga ik in op een mystificatie op dit gebied in de politiek.

 

*)door Daphné Dupont–Nivet, Anouk Ruhaak, Marije Schuurs, Jaap Tielbeke & Emiel Woutersen

Van ‘Tja. . .’ naar ‘Ach. . .’

In mijn vorige blog schreef ik dat mijn reactie op de uitslag van de verkiezingen niet veel verder kwam dan ‘Tja. . . ‘. Maar nu heb ik een diepere gedachte. Dat kwam zo.

Vorige week woonde ik een prachtige scenische uitvoering van de Matheus Passie bij door de IJ- salon. Het deel na de pauze begint met de aria: “Ach, wo ist mein Jesus hin?’, hier gezongen door de zowel qua stem als uiterlijk beeldschone alt Rosina Fabius (een naam om in de gaten te houden). In deze aria zingt ze haar vertwijfeling uit na de gevangenneming van Jezus. In deze aria komt 11 keer het woord ‘Ach’ voor. (Dominee Klaas Vos dacht dat dit verwees naar de elf apostelen – Judas is dan immers al afgevallen).

Deze aria was voor mij de aanleiding tot een contemplatie over het woordje ‘Ach’. Er zijn maar weinig tussenwerpsels in de Nederlandse taal die zoveel kunnen uitdrukken: verdriet (zoals in de aria), medelijden, medeleven, meewarigheid, verwondering, onverschilligheid (zoals in de uitdrukking: ‘Ach, wat kan mij dat schelen!’), verbazing, een klacht, en nog veel meer. Maar het wordt zelden zonder emotie gebruikt. Daarom was het voor mij een goede reactie op de uitslag van de verkiezingen.

Zoals ik die uitslag waarneem zijn er vrijwel uitsluitend verliezers. Kijk maar naar de uitslag: Rechts: 60 zetels, Links: 42 zetels, Populisten: 29 zetels (hebben in de peilingen op 37 zetels gestaan!), gematigd/midden (D66): 19 zetels. Je kunt het ook wat anders indelen, maar de trend is duidelijk. Tegelijkertijd beschouwen alle lijsttrekkers, behalve die van de PvdA, zich als winnaars. Interessant. Met enig recht zouden Pechtold en Klaver zich wel winnaar kunnen noemen, maar hun ruimere doelen zijn niet bereikt; een breed midden, respectievelijk een krachtig links. Ik vermoed dat hun invloed beperkt zal blijken.
De allergrootste verliezer is echter het klimaat. Met een beetje goede wil tel ik 52 zetels als voorstanders van een klimaatbeleid dat enig hout snijdt (overigens bij geen van die partijen wordt de problematiek ten volle onderkend, behalve misschien bij de Partij voor de Dieren). Dat is natuurlijk wat meer dan een paar jaar geleden, maar het is toch treurig dat er voor dit levensbedreigende probleem – we hebben nog maar twee decennia de tijd om het allerergste, waar onder de ondergang van Nederland, te voorkomen – slechts bij een derde van de kamerleden aandacht is. Ik zou pas blij geweest zijn met een verkiezingsuitslag waarbij dat bij de meerderheid van de kamerleden het geval zou zijn.

In twee jaar kan natuurlijk veel veranderen. Het kabinet kan vallen, er kunnen vervroegde verkiezingen komen, het kan ook zijn dat de rechtse partijen tot inkeer komen. Ik hoop dat het boek Drawdown, The 100 Things We Need To Do To Reverse Global Warming van Paul Hawkes zoveel impact zal hebben dat er wezenlijk wat verandert. Het komt uit eind april, dan kom ik er op terug.

Zoals gezegd is mijn reactie op de verkiezingsuitslag en de arme politici en de burgers van Nederland die hiermee moeten leven een welgemeend ‘ach. . . ‘ Daarin kan ik alle bovengenoemde emoties en betekenissen kwijt. Het is wat emotioneler en dieper vdan het ’tja.. . ‘ van vorige week.

Een reis van 1000 stappen begint met de eerste dribbelpas. . .

Wat is dat toch met mij? Iedereen jubelend over het klimaatakkoord, terwijl ik er weinig in zie. Ik ben wat je noemt een zwartkijker. Een karakterfout vrees ik. Velen noemen mij een pessimist. Ikzelf houd altijd vol dat ik een realist ben. Dus als je dit blog leest: wees gewaarschuwd. Als je onbezorgde kerstdagen wilt hebben: niet lezen. (Ik ben een groot bewonderaar van Bas Heijne, columnist van NRC/Handelsblad, altijd zwartgallig en meestal zeer to the point. Dat laatste hoop ik ook te zijn)

Eerst het goede nieuws: er is een wereldwijd akkoord tussen 195 landen. Dat is op zichzelf uniek en een teken dat er enig besef begint door te dringen: het gaat niet helemaal goed met ons leefmilieu. Er dreigen wat eilandjes te verdwijnen, er dreigen wat droogtes en overstromingen, watertekorten, voedseltekorten,. . . jammer maar helaas. . . moeten we wat aan doen.

Nu het slechte nieuws: het akkoord bevat voor zover ik kan zien maar twee concrete maatregelen: Eén: iedere vijf jaar, te beginnen in 2018, wordt gepeild of landen genoeg doen om de temperatuurstijging beneden de 2 graden te houden (wat nu niet zo is), en zo niet, dan wordt dat concreet vastgesteld. Twee: er komt in 2020 een fonds waarin de rijkere landen 100 miljard dollar per jaar zullen storten om ontwikkelingslanden te steunen bij hun klimaattransitie. Dit is te weinig en te laat, en over de verdeling (hoeveel welk land moet bijdragen) zijn geen afspraken gemaakt. Waar de overige gelden vandaan moeten komen is niet vastgesteld. Overigens leert de ervaring met steun bij rampen, dat toezeggingen nog niet betekenen dat dit geld er ook werkelijk komt.

Er staat een heleboel NIET in het verdrag. Er is niet afgesproken dat er een wereldwijde prijs komt voor elke ton CO2 equivalent die wordt uitgestoten. De EU hanteert voor haar emissierechten een prijs van € 8 per ton, de Shell intern € 50 per ton CO2 (als een investering per jaar meer kost dan dit bedrag bij de ontwikkeling en exploitatie wordt hij niet meer uitgevoerd), terwijl volgens deskundigen een bedrag van € 90 minimaal nodig zou moeten zijn. (Sommigen zeggen € 300). Dit is volgens hen die het weten kunnen de ENIGE manier om de uitstoot van broeikasgassen daadwerkelijk tegen te gaan. De vervuiler moet betalen – dus in feiten zou dit bedrag grotendeels doorberekend moeten worden aan de consument. € 20 tot € 30 verhoging van de prijs van vliegtuigtickets – ik moet er niet aan denken. . . Overigens worden de sectoren luchtvaart en scheepvaart, die samen verantwoordelijk zijn voor een aanzienlijk deel van de CO2 uitstoot, in het verdrag niet genoemd.

Als deze CO2 belasting wel zou worden ingevoerd zou dat meteen een oplossing geweest zijn voor het vullen van het eerder genoemde fonds.

Het verdrag is juridisch bindend  (behalve voor de VS en Australië), maar pas als het door 55 landen geratificeerd is. De procedure daarvoor begint op 22 april van het volgende jaar, en zal dan enige jaren in beslag nemen. Veel stelt dat trouwens niet voor, omdat het, zoals zojuist is vastgesteld, maar twee concrete maatregelen bevat, die elk op zichzelf maar weinig zoden aan de dijk zetten.

Kortom, ik begrijp niets van de euforie die na dit verdrag alom heerste. Obama: “Dit akkoord is de beste kans die we hebben om de planeet te reden”.(?) Ban Ki -moon: “Het Parijs akkoord is een monumentaal succes. .  “(???). Onze staatssecretaris Dijksma: “We hebben onze kleinkinderen een grote dienst bewezen.” De schat. Ik vind haar wel lief (en ze was absoluut bekwaam op landbouw) maar nu moet ze zich maar beperken tot Prorail en NS; dat is al moeilijk genoeg om te overzien. Nee dan Marita Hutjes (Oxfam): ” Er worden beloftes gedaan, maar het akkoord dwingt landen niet om snel hun CO2-uitstoot te verminderen.” Een geestverwant. U weet wel, de weg naar de hel. . .

instrumental_temperature_record

Kennelijk leef ik op een andere planeet. Maar het is waar, een reis van 1000 stappen begint met de eerste stap, zoals de Taoist zegt, en de eerste dribbelpas is gemaakt. De reis is begonnen. De kans dat we onder de drie graden blijven lijkt me groter geworden. Helaas lijkt de kans dat we onder de twee graden blijven nog steeds nihil. Laten we onze aandacht dus vooral richten op hoe we een waardige wereld kunnen scheppen in een tijd van grote bedreigingen. Je kunt dit verdrag ook zien als een stap in die richting. Laten we het daar voorlopig maar op houden. En voor de Kerst hoop ik nog met een iets vrolijker blog te komen, al heb ik er nog geen flauw idee van waar dat over zou moeten  gaan.

To make a difference (Dutch and English texts).

DUTCH TEXT, ENGLISH BELOW.

Nu het wel duidelijk is dat de Aarde zal opwarmen met minstens drie graden, met alle desastreuze gevolgen van dien, lopen we het gevaar uit onmacht weg te kijken en onverschillig te worden. Maar dat is toch niet nodig – want we kunnen leren hoe we op een menswaardige en creatieve wijze met deze dreiging kunnen omgaan. In 2008 schreven Jan Paul van Soest, Judy McAllister en ikzelf in ‘De Aarde heeft koorts’ (2008) hierover een passage die nog niets aan actualiteit heeft ingeboet. Hier volgt deze passage:

Blijven kijken houdt ook in dat we openstaan voor onorthodoxe ideeën en mogelijkheden, voor wat schijnbaar onmogelijk is.

We willen je nu even meenemen in een van die mogelijkheden, en nodigen je uit eens even te denken in termen van ‘Wat als…?’ Wat als er een intelligent, creatief bewustzijn zou bestaan dat die andere levensvormen van informatie voorziet? Een bewustzijn waarmee we ons zouden kunnen verbinden? Wat als er behalve ons nog een andere scheppende kracht zou bestaan, niet-fysiek, waartoe we ons op creatieve wijze zouden kunnen verhouden en die als het ware een verbond van bondgenoten vertegenwoordigt die met ons willen samenwerken bij de uitdaging die voor ons ligt. Dit soort vragen komt op als we kennis nemen van wat er in Findhorn gebeurd is in de zestiger jaren. (zie: https://www.findhorn.org/aboutus/vision/history/ – .VgT7nekmVb4) *)

Samenvattend: we staan dus voor een keuze. Of we zien de realiteit onder ogen, of we sluiten de ogen daarvoor. Ook als we blijven kijken zullen we af en toe de tirannen van ontkenning en positiviteit**) ontmoeten, maar dan kunnen we ze laten voor wat ze zijn. We kunnen onze veerkracht ontwikkelen, en er voor kiezen moedig te leven. Dan kunnen we op zoek gaan naar bondgenoten zowel binnen als buiten de fysieke werkelijkheid.

Maar er is geen garantie dat we deze crisis zonder kleerscheuren te boven zullen komen. Aan de andere kant, als we niet kijken en niet moedig zijn, dan loopt het zeker op een ramp uit.

Stel je bent van nature cynisch. Dan vragen we je er eens even op deze manier tegenaan te kijken. Stel dat jouw hart of verstand nu juist de cruciale druppel kan leveren die maakt dat het vat van de collectieve wil laat overstromen. Dat jij degene bent die het verschil maakt tussen een toekomst waarin het verhaal verteld wordt van hoe, op de valreep, nog heel grote veranderingen plaatsvonden, of een toekomst waarover gezegd kan worden: ‘ze hadden het bijna gered.’

*) Een interessante spirituele vraag is of dit bewustzijn los van de mensheid bestaat, of dat het collectieve bewustzijn van de mensheid hier deel van uitmaakt.

**) Bedoeld wordt het ten onrechte stellen dat het allemaal zo’n vaart niet zal lopen, en dat we het wel eenvoudig zullen oplossen.

 

ENGLISH TEXT.

Now that it is clear that the Earth will warm up until at least 3 degrees centigrade with all its disastrous consequences, we run the risk, out of impotence, to look away and become indifferent.  However, that is not necessary because we can learn how to be able to deal with this treat in a human and creative way. In 2008 Judy McAllister, Jan Paul van Soest and I wrote about this in ‘Earth Fever ‘ (American Edition: 2009). This passage is still up-to-date. Quote:

Sustaining our gaze also entails being willing to be open to unorthodox ideas and possibilities, staying open to the seemingly impossible. While acknowledging the time spent, individually and/or collectively, caught up in the pastime of ‘if only’ I would like to invite you to enter into a few moments of ‘what if’.

What if there is an intelligent, creative consciousness informing those forms with which we can engage?  What if there is another constituency, a non-physical, non-human constituency with which we can creatively engage and which represents a league of allies unlike any previously called into the challenge that lies before us. These are questions that follow on naturally if we learn to know about what happened in Findhorn in the sixties.[1]

In summary: it’s our choice.  We can sustain our gaze, adding our voice and energy to the process or we can choose to inhabit a favourite abyss, be it panic, paralysis, denial or despair. Those who choose to cultivate resilience, to live courageously, to sustain their gaze, will inevitably visit the abyss that is the abode of the tyrants. *) It is our capacity to visit them, to experience them as fully as the moment requires, and then to leave them. We can choose to develop our resilience and living courageously. Then we can search and find allies, in this and the other reality.

There are no guarantees that the movement towards a simpler, healthier world system will triumph. On the other hand, if we don’t look and dare, then a disaster will be certain.

And if you are of the cynical inclination – we would ask you to consider this.  What if it’s your heart/mind that’s the final drop needed to allow the vessel of collective will to reach overflow point?  What if you are the one who makes the difference between a future where the story that is told is one of where and how the radical changes actually happened just in time, or a story of how ‘they’ almost made it?



[1] In Findhorn at that time a community grew, based on cooperation with those allies. This community still exists, and developed into a successful living and working community, an international educational centre, an eco-village and a network of small, commercial sustainable businesses. See https://www.findhorn.org/aboutus/vision/history/ – .VgT7nekmVb4). It is an interesting question if the mentioned constituency is non-human after all, or if the human collective consciousness is part of it.

*) The  tyrants of denial or false optimism.

 

 

De twee vloedgolven: vluchtelingen en de zee.

Tot nu toe heb ik me niet uitgelaten over het vluchtelingenvraagstuk. Er wordt zoveel over gezegd en geschreven – wat zou ik er nog aan kunnen toevoegen?

Misschien dit: dat er eigenlijk nauwelijks gesproken wordt over de structurele kant van dit vraagstuk. Het vluchtelingenvraagstuk heeft een paar oorzaken: het bestaan van vele misdadige regimes in de wereld, waar tegen de bevolkingen terecht in opstand komen, welke opstanden dan ontaarden in terrorisme en oorlog, en daarnaast de gruwelijke economische ongelijkheid en armoede in de wereld. En misschien ook nog de ontaarding van verschillende godsdiensten in blikvernauwing en fanatisme. Deze oorzaken hangen overigens onderling samen, en het laat zich aanzien dat deze oorzaken tenminste nog decennia zullen voortduren.

Daarom is het geen oplossing om hier grote aantallen vluchtelingen op te nemen. Het is mooi dat beginselen van humaniteit de ergste nood van het moment wellicht verzachten, maar met een oplossing van het vraagstuk heeft het niets te maken, want er zullen steeds weer nieuwe massale stromen vluchtelingen bijkomen. Ook het principe van ” opvang in de regio” is geen oplossing. Zelfs al zou daar genoeg geld voor beschikbaar komen: je kunt je niet voorstellen dat mensen eindeloos kunnen en willen verblijven in vluchtelingenkampen, zonder dat ze daar weer een zinvol bestaan kunnen opbouwen (net zomin als ze hier eindeloos in opvangcentra kunnen verblijven).

pyramids-global-warming

Zoals ik het zie staan we in de komende decennia voor een tweetal gigantische uitdagingen: het scheppen van een vredige, waardige, rechtvaardige en min of meer democratische wereldsamenleving (zodat niemand meer zijn huis en haard hoeft te ontvluchten), en het overleven van de klimaatcrisis (waaronder de zeespiegelstijging). Deze uitdagingen staan ook nog eens diametraal tegenover elkaar in die zin, dat de klimaatverandering zal leiden tot schaarste, waardoor het nog moeilijker zal worden op een fatsoenlijke manier met elkaar om te gaan. Ook vraagt het scheppen van een rechtvaardige samenleving om economische investeringen, hetgeen we in verband met de klimaatcrisis nu juist eigenlijk niet moeten hebben (lang niet alle investeringen kunnen werkelijk groen zijn).

Wat moeten we doen als we voor een of meer problemen eigenlijk geen oplossing weten? De eerste stap is dan dat we het probleem onder ogen moeten zien. Echt onder ogen zien, bekijken in al zijn facetten, zo diep en breed mogelijk, het tot ons laten doordringen, niet wegkijken. Dan ons vervolgens realiseren dat we het  probleem niet kunnen oplossen met de denkwijze die het heeft veroorzaakt, zoals Einstein reeds zei. De enige weg is dan de methodiek van het U-model (Scharmer, Senge): net zolang de vertwijfeling, machteloosheid en wanhoop toelaten tot onze creativiteit vrij komt. Dat proces kunnen we niet alleen doen, we moeten dat samen doen met anderen, anders kunnen we het geestelijk niet aan, en breken we het voortijdig af. Een dergelijk proces vergt tijd en moed (en een goede begeleiding!).

Van politici kun je deze  stap niet verwachten. Zij zijn  ondergedompeld in de waan van de dag, en zijn niet in een positie om dit aan te gaan. We hebben echter enkele organen in onze samenleving die een dergelijk proces wel zouden kunnen starten. Ik denk daarbij aan het Planbureau voor de Leefomgeving, de Wetenschappelijk Raad voor het Regeringsbeleid of het Sociaal en Cultureel Planbureau. Maar ik denk niet dat deze organen dat zullen doen, als ze daartoe niet worden uitgedaagd.

Ik heb in deze wereld weinig invloed (meer). Maar misschien zijn er anderen (misschien zelfs wel onder mijn lezers)  die deze organen direct of indirect wel in beweging kunnen brengen (zoals een klein steentje een steenlawine kan losmaken). En als die organen dagen, weken of maanden in deze processen zouden zijn ondergedompeld (want zolang kan dat wel duren), dan zullen ze misschien de samenleving daarbij gaan betrekken. En dan kunnen er wonderen gebeuren, en kan Nederland weer gidsland worden.

Misschien een volstrekt idiote droom. Echter: naast de fysieke wetten uit de Newtoniaanse natuurkunde kent deze wereld ook een vijftal mystieke wetten, waavan de vijfde wet die is van het ongelimiteerde potentieel. Die wet houdt in dat er geen grenzen zijn aan wat de mensheid kan scheppen. Dat is de creativiteit die kan vrijkomen als we met elkaar de problemen daadwerkelijk tot ons door laten dringen. Ongelimiteerd potentieel . . . een bemoedigende gedachte.

Een stukje vaderlandse geschiedenis (juni-sept. 2015) – deel II.

Vervolg van het blog van gisteren:

Op 20 augustus wordt bekend dat 29 wetenschappers, onder wie 17 klimaatexperts, van mening zijn dat het vonnis van 24 juni goed uitvoerbaar is. Zij adviseren de staat niet in hoger beroep te gaan. Diederik Samson schrijft in een email aan verontruste PvdA-ers dat de uitspraak van de Haagse rechter nog lang niet ver genoeg gaat om de klimaatcrisis te bezweren. ‘We zullen veel meer moeten doen.” (Trouw)

Op 27 augustus laat Herman Philipse, hoogleraar filosofie, zien dat de schatting van zeespiegelstijging van 3 meter die Hansen noemt nog aan de voorzichtige kant is. Zelfs bij 2 graden temperatuurstijging is een zeespiegelstijging van 5-9 meter al mogelijk. De regering, zo zegt hij, is op zoek naar nieuwe ambities. Hier is er een: er naar te streven dat ons land ook in 2100 nog bestaat. (NRC/Handelsblad)

Op 1 september wordt bekend dat het kabinet tegen het rechterlijk vonnis in beroep gaat, maar dat ze het vonnis wel gaan uitvoeren – ze moeten wel; de rechtbank heeft het vonnis uitvoerbaar bij voorraad verklaard, hetgeen betekent dat het hangende eventueel hoger beroep voorshands uitgevoerd moet worden -, zonder nochtans concrete en voor de hand liggende maatregelen aan te kondigen. De argumentatie: uitzoeken of de rechter zich niet op het terrein van de politiek begeeft. Een tweede fossiele mastodont, Frits Bolkestein, gaat eveneens op de stoel van de rechter zitten en  en keurt in zijn grote wijsheid het besluit van het kabinet goed. (NRC/Handelsblad)

Op 3 september wordt duidelijk dat er van de uitvoering van het vonnis door het kabinet niets terecht zal komen. Aanvullende maatregelen worden uitgesteld tot 2016. Voor de hand liggende maatregelen (sluiting kolencentrales, verlagen maximumsnelheid) worden daarbij door de VVD uitgesloten. Een rapport van het gezaghebbende Planbureau voor de Leefomgeving en het Energiecentrum Nederland wordt door het kamerlid Dijkstra van de VVD  afgedaan als prutswerkje. Tegen een dergelijke arrogantie zal staatsecretaris Mansvelt niet zijn opgewassen, neem ik aan. (Trouw)

Tot zover deze beknopte geschiedenis van de zomer van 2015, die de geschiedschrijving zal ingaan als de geschiedenis van de laatste gemiste kansen. Ik concludeer hieruit het volgende: 1. De PvdA is in dit kabinet niet opgewassen tegen de VVD, 2. Het is lang niet zeker dat dit land de 22e eeuw zal halen (dat komt natuurlijk niet alleen door het Nederlandse beleid), 3. In Parijs zullen in december belangrijke afspraken gemaakt worden over het klimaatbeleid, maar te weinig en te laat; afspraken die bovendien door landen als Nederland niet of onvolledig zullen worden uitgevoerd.

Natuurlijk blijft het van belang om te pleiten voor een VEEL intensiever klimaatbeleid, maar ik denk dat het nog veel belangrijker zal zijn ons te bezinnen hoe we als mensheid waardig zullen kunnen blijven leven op een planeet die door ons doen en laten zal verworden tot een onbarmhartig milieu. Daarbij denk ik aan het loslaten van onze gehechtheid aan het materiële, en het koesteren van die werkelijkheid die het tijdelijke ontstijgt: stilte, vreugde, schoonheid, liefde en vrede. Als we hiermee bij onszelf beginnen kunnen we deze geesteshouding ook uitdragen, en zo bijdragen aan de ontwikkeling van weerbaarheid. We zullen dat nodig hebben.

 

Een stukje vaderlandse geschiedenis (juni-sept. 2015) – deel I.

24 juni. De Haagse rechtbank bepaalt dat de Nederlandse staat zich moet houden aan door Nederland onderschreven  internationale afspraken om klimaatverandering tegen te gaan. In concreto betekent dat dat in 2020 de uitstoot van CO2 met 25 % moet zijn teruggedrongen ten opzichte van 1990. Bij het huidige beleid komt Nederland niet verder dan 17 %. De rechtbank baseert zijn oordeel op twee gronden: Nederland moet zich houden aan eerdere  beleidsfafspraken (principe van behoorlijk bestuur), en de zorgplicht jegens de burger. De rechter stelt uitdrukkelijk dat de rechtbank geen politieke uitspraken wil doen, met name zich niet wil uitlaten over het al dan niet juist zijn van het overheidsbeleid, maar zich met nadruk wil beperken tot de rechtmatigheid van de uitvoering van het beleid, getoetst aan de beide zojuist genoemde principes.

1 juli. Pieter Pauw en Sander Cahn, onderzoekers bij het Duitse Institut kür Entwicklungspolitik, noemen de reacties van de meeste politici op dit vonnis stuitend. Ze vergelijken die reacties met de reactie van  een fabriek die van de rechter opgelegd krijgt om zijn water- en luchtuitstoot verder te zuiveren, omdat de huidige uitstoot in strijd is met de wet en een bedreiging vormt voor mens en milieu; en die dit ook erkent maar het vonnis verder gewoon naast zich neerlegt en geen maatregelen neemt. (NRC/Handelsblad)

Eveneens op 1 juli roert zich de fossiele mastodont Wiegel, die nog eens even op de stoel van de rechter gaat zitten (dat is immers geen vak!) en stelt dat de rechter op de stoel van de politiek gaat zitten. De enige die daar natuurlijk een uitspraak over zou kunnen doen is een hogere rechter. Maar uit zijn  verdere column blijkt dat zijn bezorgdheid over de rechtsstaat gevoed wordt door politieke overwegingen: een radicaal klimaatbeleid acht hij te duur – en overigens loopt het met de opwarming van de aarde helemaal zo’n vaart nog niet. Een waardig vertegenwoordiger van de Twijfelbrigade. (NRC/Handelsblad)

Op 27 juli stellen de vooraanstaande D66’ers Paternotte en Bosman dat het een misverstand zou zijn om een goed klimaatbeleid te associëren met links. Wij kunnen gezien ons erbarmelijke klimaatbeleid beschouwd worden als het meest vieze land van Europa, maar de Scandinavische landen bewijzen dat het ook anders kan. Zweden en Noorwegen veranderden hun energievoorziening wel, wij nauwelijks. Denemarken, dat voor wat betreft het politieke landschap sterk op ons lijkt heeft een totale energierevolutie doorgemaakt, die nog steeds doorgaat. Rechts en groen kunnen in andere landen heel goed samen gaan. (NRC/Handelsblad)

Op 30 juli publiceert Jan Paul van Soest een artikel in Trouw, waarin hij de mythe doorprikt dat een maximale temperatuurstijging van 2˚ nog haalbaar is. 3 graden is zo goed als zeker, 4 graden zeer waarschijnlijk. Hij stelt de mystificatie in de klimaatdiscussie aan de kaak en stelt dat dit leidt tot een besluiteloze en halfslachtige politiek. Op dezelfde dag wordt bekend dat James Hansen, een wereldwijd gezaghebbend klimaatexpert, met een aantal onderzoekers heeft vastgesteld dat de zeespiegel binnen 50 jaar 3 meter zal stijgen. Uiteraard worden Van Soest en Hansen van allerlei zijden tegen gesproken, maar zij baseren zich op feiten.

Tot zover voor vandaag – morgen verder.