Maandelijks archief: augustus 2016

Tussen droom en daad staan wetten in de weg. . . *

Vorige week had ik een interessante ervaring. Ik had een lunch met een bekend iemand uit het bedrijfsleven, die ik ken als een zeer betrokken, maar tegelijkertijd kalme  persoonlijkheid, die niet gauw opgewonden zal raken over iets. Om de een of andere reden kwamen we te spreken over het wegsturen van Yuri van Gelder van de Olympische spelen, dat hij schandelijk noemde. Toen ik het niet meteen met hem eens was, werd hij zeer geëmotioneerd. Zo had ik hem nog niet eerder meegemaakt. Dat zette me aan het denken.

Voordat ik inga op zijn (en mijn) argumenten eerst iets vooraf. In 2003 heb ik samen met Jan Paul van Soest een boek geschreven met als titel: ‘Het Leven een Spel’. Daarin betoogden we, in navolging van Huizinga, dat het (hele) leven te zien is als een spel. Dat geldt a fortiori voor de Olympische Spelen. Dat betekent overigens niet dat het leven niet met aandacht gespeeld kan worden of betekenisvol kan zijn. Maar als we vergeten dat het leven een spel is, en het resultaat van ons handelen(spelen) belangrijker wordt dan het spel zelf, dan wordt het bloedserieus, of zoals we zeggen, dodelijk ernstig. Het is jammer dat ik daar gezien de beperkingen van een blog niet dieper op in kan gaan, want het is een zeer wezenlijk inzicht dat we in het boek met vele ervaringen en voorbeelden adstrueren. (Helaas is het boek uitverkocht, maar het is nog wel tweedehands te verkrijgen, of te lenen bij de bibliotheek. En als dat helemaal niet meer lukt, heb ik ook nog wel een ongecorrigeerd manuscript dat ik desgewenst per email kan toesturen).

Een van de wezenlijke aspecten van een spel is dat er spelregels zijn. Nu heeft Nederland een wat merkwaardige verhouding met regels. Enerzijds willen we alles precies regelen, anderzijds wordt er in Nederland heel veel gedoogd. Ik denk dat dit niet zo’n gelukkige combinatie is. Ik zeg altijd: waar een regel is is er ook een ‘nee’. Veruit de meeste mensen hebben weerstand tegen regels. De behoefte aan vrijheid zit ons ingebakken. Daarom is het goed om zo min mogelijk te regelen. Maar als je het doet moet je ze handhaven, anders worden de regels steeds verder opgerekt, of krijg je allerlei onzekerheden met alle onveiligheid(sgevoelens) van dien (zoals in het verkeer of bij het Nederlandse drugsbeleid, waar veel te veel is geregeld met regels die vervolgens niet worden gehandhaafd. We noemen dat gedoogbeleid, maar met beleid heeft het natuurlijk niets te maken). Overigens moet er natuurlijk altijd ruimte zijn voor uitzonderingsgevallen in onvoorziene situaties.

imagesKeren we terug naar het wegsturen van Yuri van Gelder. Mijn gesprekspartner bij de lunch was van mening dat Van Gelder nooit had mogen worden weggestuurd. Hij is iemand die één ding in zijn leven heel goed kan (hij was in de finales geplaatst als de achtste van de wereld), en dat moet je hem dan ook laten doen. Desnoods geef je hem achteraf op zijn falie, of een straf (boete) maar je mag iemand niet zo in zijn mogelijkheden beperken. Bovendien, als je weet dat hij makkelijk te verleiden is (en dat kon je bij Van Gelder heel goed weten), laat je hem niet ’s avonds alleen weggaan. Je gaat als coach zelf mee, of  laat iemand anders, een vertrouwd iemand, met hem meegaan (dat laatste was ik overigens met mijn tafelgenoot eens).

Voor mij is het wel duidelijk dat zowel Yuri’s coach, de officials van de turnbond, als ook de chef de mission helemaal vergeten waren dat het leven een spel is. Ze speelden het spel niet meer om het spel zelf, maar streefden een ander doel na: prestige, macht, moreel gelijk, of wat dan ook. Dus konden ze niet meer relativeren. De regels werden van absolute betekenis. Ik denk dat ze niet vanuit innerlijke vrijheid hebben gehandeld. Ze konden hun ego’s niet opzij zetten; ze waren op hun pik getrapt. Of ze daarmee ook schandelijk hebben gehandeld, of moreel onjuist, dat kan ik zo gauw niet beoordelen. Als ze vrij waren geweest in hun handelen, wie weet wat ze dan hadden besloten (zie wat ik hierboven gezegd heb over regels. Gedogen heeft ook zo zijn bezwaren). Dat zullen we nooit weten, net zomin of als we nooit zullen weten of Yuri een medaille zou hebben gewonnen.

Mijn tafelgenoot bij de lunch vond deze gebeurtenis symptomatisch voor het bestuursklimaat in Nederland: bureaucratisch, meer gericht op procedure dan op inhoud, fantasieloos, visieloos, en met weinig zorg voor het individu. Dat was een van de redenen waarom hij er zo boos over was. Ik ben het wel eens met zijn mening over het Nederlands bestuursklimaat, en heb daar net als hij ook moeite mee. Maar in mijn geval leidt dat er niet toe dat ik geëmotioneerd word door het besluit van de coach en de officials, laat staan dat ik het beoordeel als schandelijk. Misschien komt dat wel omdat ik hun rigiditeit en hun autoritaire gedrag veel te goed herken als een kant van mezelf. Ik ben niet zonder zonde, en wou de eerste steen dus maar niet werpen.

* Willem Elsschot

 

De knop gebroken.

Veel mensen dragen negatieve denkbeelden mee over zichzelf . Enkele voorbeelden: ik word niet gezien/geaccepteerd voor wie ik ben, ik mag er niet zijn, ik ben volslagen machteloos, ik ben dom, stout, slecht. Aan die laatste formuleringen kan je zien dat deze denkbeelden vaak worden opgedaan in de vroegste kindertijd. Die denkbeelden worden later op grond van nieuwe informatie of goedbedoelde adviezen vaak terzijde geschoven of onderdrukt. Maar daarmee zijn ze niet weg, ze leven in het onderbewuste voort. En zoals bekend hebben onbewuste denkbeelden vaak meer invloed op je leven dan bewuste. Ze hebben de neiging zichzelf waar te maken. En voor ouders: je draagt ze vaak onbewust over op je kinderen. Zo ben je er zelf waarschijnlijk ook aan gekomen.

Om na te gaan of je dit soort negatieve zelfbeelden bij je draagt is een scrupuleus zelfonderzoek noodzakelijk. Vaak helpt het om eerst de negatieve zelfbeelden van je ouders te onderzoeken. Vaak vind je sporen daarvan bij jezelf. Je kan ook kijken nar je eigen gedrag. In welke vicieuze cirkels kom je terecht? Wie kan je raken op je kwetsbare punten (de rode knoppen bij jou)? Dat zijn vaak sleutels voor je negatieve zelfbeelden. Hoe dit zij, ik ken niemand die niet enige negatieve zelfbeelden bij zich blijkt te dragen.

Maar hoe kom je daar nu van af? Het helpt niet om je negatieve dekbeelden te onderdrukken en je het tegendeel in te prenten, want dan ontstaat er een innerlijke tweestrijd tussen beide denkbeelden, die in feite beide denkbeelden versterkt, met alle onvrede van dien. Wat wel helpt is een ander denkbeeld vinden waar je in gelooft, dat het negatieve denkbeeld ontkracht, en dat te versterken door het aandacht te geven. Bijvoorbeeld: het denkbeeld ‘ ik ben volsagen machteloos’ wordt niet onschadelijk gemarkt door het denkbeeld: ‘ik ben machtig’ (want dat geloof je toch niet), maar wel door het denkbeeld: ‘ik maak verschil’ of: ‘ik geloof in mezelf”.

imagesAls je dusdoende succesvol bent in het onschadelijk maken van je negatieve zelfbeeld(en) kan je het resultaat bestendigen door het dichten van een of meer haiku’s, die een metafoor zijn voor het proces dat je doormaakt. Een klassieke haiku bestaat uit drie regels van resp. 5, 7 en 5 lettergrepen, staat in verband met de natuur, en beschrijft een interessante wending of transformatie. Enkele voorbeelden die slaan op het bovenstaande voorbeeld:

  • de knop gebroken
  • zaad valt op vruchtbare grond
  • stralende toekomst

of:

  • de lege woestijn
  • onverwachte regen valt
  • op zaad dat ontkiemt.

Succes ermee! Als je het leuk vindt, zet ze dan maar eens op Facebook.

 

 

 

De dubieuze intenties van WikiLeaks

Toen destijds Assange zijn WikiLeaks publiceerde, vonden we dat allemaal prachtig. Allerlei dubieuze praktijken van bestuurders, politici en andere leiders in onze samenleving lagen ineens op straat. Dat daarbij op grote schaal de privacy van publieke, maar ook ‘gewone’ mensen, op grote schaal werd geschonden namen we maar voor lief.

Nu heeft WikiLeaks twee weken geleden een groot aantal emails van de Democratische partij in Amerika arton643gepubliceerd (Het is niet duidelijk of ze ook door WikiLeaks zijn gehackt, of dat Russische hackers dat voor hen hebben gedaan). Daarbij kwam overigens niet veel anders aan het licht dan dat de leiding van die partij Clinton steunde tegenover Sanders, en besprak hoe ze dat in de campagne konden realiseren.  Alom wed daarvan schande gesproken, maar ik kan er eerlijk gezegd weinig schandelijks in zien. Ik vind het nogal logisch dat als je een sterke voorkeur hebt voor een kandidaat, je die dan probeert te steunen met alle middelen die je in het politieke spel kunt vinden.

Het leidt geen twijfel dat deze actie Trump in de kaart speelde, en dat de kans dat Trump er hierdoor met de overwinning vandoor gaat is toegenomen (zie mijn blog van vorige week). Dat was natuurlijk te voorzien, maar kennelijk kan dat de mensen die achter WikiLeaks staan niet schelen – of ze zijn aanhangers van Trump; Clinton is immers een vertegenwoordiger van het establishment.

Met deze actie komt voor mij de intentie van WikiLeaks in een bedenkelijk licht te staan. Ze doen me denken aan de ‘boulevardpers’ die immers ook weinig rekening houdt met de belangen van de mensen waarover ze schrijft. Dit in tegenstelling tot de meer serieuze  en fatsoenlijke journalistiek, die in het algemeen wel rekening houdt met de effecten van haar publicaties, daarbij het algemeen belang  in het oog houdt en probeert zo objectief mogelijk te berichten. Als de serieuze journalistiek politiek partij kiest, doet ze dat in alle openheid, en niet verkapt zoals WikiLeaks doet.

Ik vraag me af of Assange, de initiator van WikiLeaks, die vastzit in de ambassade van Ecuador in Londen (om zich te beschermen tegen de uitlevering aan de VS), achter deze hack van de emails in de Democratische partij zit. Heeft hij nog de macht en de middelen om dit te doen, of wordt dit inmiddels gedaan door zijn navolgers? In het eerste geval wordt het misschien tijd dat Assange inderdaad eens aan de VS wordt uitgeleverd.

 

Dit blog is geïnspireerd op een column van Rosanne Hertzberger in NRC/Handelsblad van 30 juli.

 

Gaat Trump toch nog de verkiezingen winnen?

Een week geleden was ik er van overtuigd dat Trump de Amerikaanse presidentsverkiezingen zou winnen. Na zijn  uitspraak over de familie Khan en de ophef die dat veroorzaakte twijfel ik er aan. Toch geef ik hem nog een goede kans. Ziehier mijn overwegingen.

Vreemd! Toen Donald Trump zijn campagne voor de republikeinse nominatie begon gaven de analisten hem geen schijn van kans. Kennelijk hebben ze daar niets van geleerd, want nu wordt opnieuw een ruime overwinning voor Clinton voorspeld. Terwijl mij de kans dat Trump de nieuwe Amerikaanse president wordt aanzienlijk groter lijkt. Maar ja, ik ben geen deskundige, en gebruik alleen maar mijn intuïtie en mijn (gezond?) verstand. Maar ik heb wel enkele argumenten.

260px-ElectoralCollege2004.svgEerst de technische kant. Clinton staat in de peilingen maar 3 % voor op Trump – en in het Amerikaans systeem betekent dat niets. Het hangt er maar van af welke staten je wint. Stel dat Trump (bijna) alle zogenaamde ‘swing states’ wint (zoals Bush in 2004, zie kaartje hiernaast), plus bijvoorbeeld Florida (of Michigan of Colorado en Wisconsin samen), dan heeft hij gewonnen.

Waarom denk ik dat dit een waarschijnlijk scenario is? Daarvoor zijn verschillende redenen.

  1. Clinton zal blijven achtervolgd worden door haar misstappen (die zijn er bij Trump ook – maar bij hem doet dat er niet toe, tenzij hij doorgaat met het schofferen van de familie van gedode Amerikaanse militairen. . . maar hij zal wel wijzer zijn neem ik aan). Ze is  nooit erg eerlijk over haar eigen aandeel daarin. In dat opzicht doet ze denken aan president Nixon.
  2. Bijna steeds kiezen de Amerikanen na een presidentschap van twee termijnen voor een president van de andere partij.
  3. Trump biedt voor alle problemen die iedereen aan den lijve voelt een oplossing. Natuurlijk niet echt, maar hij pretendeert dat wel. Wanhopige en angstige kiezers (en dat zijn er in Amerika – en elders – heel veel) willen dat maar al te graag geloven. Clinton daarentegen is daarvoor te redelijk: zij weet ook wel dat ze niet alles kan oplossen en maakt dat ook duidelijk. Daar heeft de wanhopige kiezer geen boodschap aan.
  4. Clinton is niet alleen in schijn, maar ook daadwerkelijk verbonden met het grootkapitaal, en zal daarom de huidige neo-liberale koers blijven vervolgen, met handelsverdragen, vrije markt, en de daaruit voortvloeiende tweedeling in de samenleving als gevolg. Ze overgiet dit standpunt onder invloed van Sanders met een waterig links sausje, maar daar kijkt de kiezer wel doorheen (dat geldt overigens niet alleen voor de wanhopige, maar ook voor de goed geïnformeerde kiezer).
  5. Het feit dat Trump door zijn geblunder nu te weinig fondsen heeft voor zijn campagne kan ook nog in zijn voordeel werken: hij krijgt nu een soort underdog-positie. Vaak gaan kiezers voor de underdog.
  6. Maar de belangrijkste reden dat Trump gaat winnen  is dat hij ‘entertainment’ is (maar misschien gaat hij vervelen als het nieuwtje eraf is). Clinton en Kaine zijn saai (Kaine zegt dat zelf), en in deze tijd van bedreiging en somberheid heeft het publiek boven alles behoefte aan vertier. Clinton en Kaine proberen wel te boeien, maar dat gaat ze niet lukken. Voor de oudere lezers: de persoonlijkheden van Clinton en Trump doen me denken aan de toneelspelers Guus Oster en Ko van Dijk. Ze speelden beiden een rol, maar die van Guus Oster was volkomen cerebraal en bedacht, terwijl Ko van Dijk zijn rollen – op het podium en daarbuiten – speelde met hartstocht. Hij was dan ook zeer populair bij het grote publiek, dat nauwelijks wist wie Guus Oster (overigens ook een goed bestuurder) was. Zo is het ook met Clinton en Trump. Clinton’s hartstocht is gespeeld, bedacht, en doet onecht aan. Trump daarentegen kan het waarschijnlijk geen moer schelen hoe het met en in de wereld gaat, maar hij komt wel authentieker over.

Mocht u een meer diepgaande analyse willen waarom Trump kan winnen, dan moge ik u verwijzen naar een artikel van George Lakoff in the Huffington Post: https://www.huffingtonpost.com/george-lakoff/understanding-trump_b_11144938.html. Hij geeft ook aan wat het Democratische kamp daartegen kan doen: de nadruk leggen op empathie, zorg voor elkaar en voor de ‘common  goods’. Helaas zijn dat niet Clinton’s sterke punten – daarvoor moet je zijn bij Bernie Sanders of Elizabeth Warren.

Dus als Trump zijn eigen kansen niet vergooit door nog meer gewone, aardige mensen te beledigen, dan gaat hij winnen. Hij zal dan ongetwijfeld goede vrienden worden met Poetin, Assad, Netanyahu en Lieberman, en waarschijnlijk oorlog gaan voeren met Iran, maar verder weet ik het ook niet. Zoals ik al zei: ik ben niet deskundig, en Trump is een ongeleid projectiel, dat ineens ook nog wel heel goede dingen zou kunnen doen (voor het klimaat bijvoorbeeld). We zullen zien.