Maandelijks archief: februari 2021

Bronnen van kracht – II

Dit is een blog in een serie die begonnen is op 4 februari j.l.

Hier is een test om erachter te komen of je missie op aarde ten einde is: als je nog leeft, is dat niet het geval. (Richard Bach, Illusions)

Als we op het gebied van de klimaatontwrichting verschil willen maken, moeten we tot ons laten doordringen wat er werkelijk aan de hand is. Maar hoe bouwen we dan de veerkracht op om daar tegen te kunnen? In mijn vorige blog gaf ik drie mogelijkheden, hier volgen er meer.

Vele leraren zijn van mening dat we hier op aarde komen met een opdracht, een missie.* Die opdracht is voor elk van ons uniek. Hoewel we onbewust ‘weten’ wat die opdracht van ons vraagt is het toch een hele ontdekkingsreis om ons bewust te worden van wat die opdracht precies inhoudt. Wat is het puzzelstukje dat wij hebben en dat nodig is om de planetaire puzzel te vervolmaken (Danaan Parry)? Het helpt om ons daarbij af te vragen wat het is dat we hier op aarde te leren, te geven en te doen hebben, en daarover na te denken.** Als we hier meer duidelijkheid over hebben, gaat die opdracht richting geven aan ons leven, dat we daardoor als zinvol gaan ervaren. Ook dat is een bron van kracht (zie ook het citaat waarmee dit blog begint).

Nu we toch in de meditatieve sfeer beland zijn: meditatie beoefenen is ook een bron van kracht. Men kan mediteren zonder meer: zitten, de aandacht richten op en luisteren naar de stilte achter de geluiden. Je kan yoga beoefenen, of Aikido, loopmeditatie, dynamsiche meditatie, of wat dan ook. En je kan ook verzinken in gebed (maar probeer niet een hogere macht voor je karretje te spannen; dat werkt niet – we blijven zelf verantwoordelijk voor ons leven), of je kan je open stellen voor de niet-fysieke wereld achter de wereld die je waarneemt met je zintuigen. Het helpt als je daarbij contact zoekt met organisaties of personen die daar al mee in contact staan. *** Op den duur kan je het besef ontwikkelen dat je geleid en gedragen wordt. Uiteraard maakt dat je ook weer sterker.

Door dit proces van zelfreflectie, meditatie, contemplatie en gebed verandert je bewustzijn van een zuiver zintuigelijk en mentaal bewustzijn, gericht op de materiële wereld, in een meer spiritueel en mystiek bewustzijn, waarin ook plaats is voor de niet-materiële wereld en het grote mysterie van wat is. Zodoende stel je jezelf open voor de kwantum sprong in het collectieve bewustzijn, die al gaande is, maar die velen zich nog niet realiseren. Die bewustzijnstransitie kan ons ook hoop geven – daarover de volgende week meer.

De stukjes van de planetaire puzzel

*Zie bijvoorbeeld Plato, De Republiek. Caroline Myss spreekt van een ‘sacred contract’: Sacred Contacts, 2001. Ikzelf sprak vroeger van onze bestemming.

** Een handleiding hiervoor kun je vinden in mijn boek: Op weg naar jezelf . . . een pelgrimsreis in zeven etappes, pag. 74 e.v.

*** Bijvoorbeeld: https://www.findhorn.org, https://lorian.org. Er zijn hierover ook fantastische boeken geschreven, veel te veel om hier op te noemen. Ik maak een uitzondering voor Richard Bach, Illusions, buitengewoon inspirerend en zeer geestig (het citaat waarmee dit blog begon is hieruit afkomstig).

Bronnen van kracht.

Dit is een blog in een serie die begonnen is op 4 februari j.l.

Als we de ernst van de klimaatontwrichting werkelijk tot ons willen laten doordringen (en dat is nodig als we een verschil willen maken) dan moeten we er voor zorgen dat we in onszelf de kracht ontwikkelen om niet in wanhoop, vertwijfeling en machteloosheid te verzinken. Gelukkig zijn er vele bronnen waaruit we die kracht kunnen putten.

De eerste bron is de wanhoop zelf. Als we ons realiseren hoe vreselijk we het vinden als de wereld die we kennen, inclusief de mensheid, ten onder zou gaan, dan kunnen we ons realiseren dat die wanhoop uit liefde voortvloeit. Liefde voor de wereld, voor schoonheid, de natuur, de mensheid als geheel, en meer in het bijzonder voor ons eigen nageslacht (dan wel de nakomelingen van degenen die we liefhebben). Als die liefde er niet was, zouden we immers onverschillig staan tegenover deze dreigingen. Het zou ons dan weinig kunnen schelen wat er morgen gebeurt, maar dat het kan ons juist wel schelen! Die liefde is een expressie van de levenskracht zelf, en derhalve een bron van vitaliteit. Laten we die liefde koesteren, en in ons gedrag tot uiting brengen – dat maakt ons sterker.

Een tweede bron van kracht is ons vermogen om ons verdriet en onze woede even te parkeren. Niet onderdrukken, want dan wordt het alleen maar sterker, maar even ter zijde stellen, zoals je je auto kan parkeren bij de supermarkt, en dan in de supermarkt niet meer aan je auto denkt. Dan komt er ruimte vrij om te leven in het moment en te genieten van wat er is. De schoonheid van een sneeuwlandschap, een boterham met boerenkaas (dat is uiteraard persoonlijk), spelende of schaatsende kinderen, een bloem in een vaas of buiten, muziek, kunst, enfin, te veel om op te noemen. Je kunt de voorbeelden zelf eindeloos uitbreiden. Daar word je blij van, en dat maakt ons sterker. Organiseer ook voldoende leuke dingen en momenten in je leven. Er is voor alles een tijd: een tijd voor genieten en een tijd voor somberen. Verdriet en vreugde kunnen naast elkaar bestaan.

Daarbij aansluitend: een derde bron van kracht is aandacht te geven aan alles waarvoor we dankbaar kunnen zijn. Dat Gaia ons maar blijft voeden, ondanks alles wat we haar aandoen. Dat vele mensen het mogelijk maken dat die voeding dagelijks op ons bord komt (de boeren, de handelaren, de supermarkten, onze werkgevers of onze cliënten, die ons immers het geld verschaffen of verschaften die het mogelijk maken of maakten dat we dit alles kunnen kopen). Dat we een comfortabel huis hebben, dat er helder water uit de kraan komt, en zelfs zomaar warm water uit de douche. Dat er zoveel schoonheid is in deze wereld – kortom er is zoveel om dankbaar voor te zijn dat als we er bij stil staan het niet anders kan dan dat we dankbaar worden voor het leven zelf.

Er zijn nog veel meer bronnen van kracht; daarover de volgende week.

Klimaatramp voorkomen vereist acuut ingrijpen.

Dat was de kop in Trouw op 15januari boven een verslag van een studie van het milieubureau van de VN. Grote aanpassingen zijn in alle scenario’s nodig. En een andere kop, daaronder: De aarde is er al veel slechter aan toe dan de mensheid zich realiseert. En op 5 februari: Een verwoeste planeet? We kunnen er met ons hoofd niet bij (Esther Bijlo). Het is nu niet meer vijf voor twaalf, maar de twaalf uur is gepasseerd. En eindelijk verschijnen nu de eerste berichten die de ontwrichting niet meer verdoezelen. Zie ook De Groene van 4 februari: Het klimaat in de media. Daarin wordt beschreven hoe de laatste twintig jaar de ernst van de klimaatcrisis wordt verdoezeld door vanuit een vals gevoel voor objectiviteit de klimaatsceptici een volwaardig podium te geven.

In mijn vorige blog heb ik beloofd de balans te bewaren tussen tussen hoop, vreugde en veerkracht aan de ene kant, en verdriet, vrees en woede aan de andere kant. Dat zal ik ook doen, maar we moeten eerst de put in. Uit de organisatiekunde weten we dat als een bedrijf een ernstig probleem heeft het niet te snel naar ‘quick fixes’ moet zoeken. Het is nodig eerst gezamenlijk af te dalen naar de bodem van dat probleem, met alle vertwijfeling en gevoelens van machteloosheid die daarbij horen. Vanuit die bodem, en vanuit de gemeenschappelijkheid die daar beleefd kan worden (gedeelde smart) kan dan de creativiteit ontstaan van waaruit een oplossing mogelijk is. Dit staat bekend als de theorie U; zie de afbeelding hieronder. De verleiding is altijd groot om van seeing direct over te steken naar prototyping, maar dat werkt niet. Met de klimaatcrisis moeten we op dezelfde manier omgaan, ook al is een oplossing in de meest letterlijke zin hier niet meer mogelijk. Maar we zullen eerst moeten afdalen voordat we überhaupt iets zinnigs kunnen doen (het liefst dus samen met anderen – anders wordt het wel een erg eenzame reis).

Uit: Theorie U van Otto Scharmer. Zie ook: Peter Senge e.a.: Presence

Dus nu maar eerst eens kijken: hoe erg is het gesteld met de klimaatcrisis? Het antwoord: erger. De 1º temperatuurstijging zijn we in 2015 gepasseerd. Willen we de 2º graden niet overstijgen, dan zouden we in 2030 onze CO2 uitstoot* op 0 moeten hebben. Dat is al over negen jaar! Het is wel duidelijk dat daar geen schijn van kans op is. Dat betekent dat we in de eerste helft van de dertiger jaren de 2º zullen passeren. En dat betekent dat ten gevolge van allerlei terugkoppelingsmechanismen ook de 3º zal worden bereikt. Als je wilt weten wat 2 en 3 graden betekent, dan raad ik het boek Zes graden van Mark Lynas aan (laatste druk: 2020. De eerste druk uit 2007 is volkomen achterhaald). Geen vrolijke lectuur, maar de eerste stap voor iedereen om werkelijk van betekenis te zijn in de klimaatcrisis is het probleem onder ogen te zien. Dat gebeurt nog steeds veel te weinig, al is er in de media (met name Trouw) nu hier en daar een kentering gaande (zie de artikelen waarmee ik dit blog opende). Politici gaan nog steeds uit van volstrekt onrealistische doelen: onder de de 2º blijven (om van 1,5º maar te zwijgen), en de uitstoot van CO2 in 2045 halveren bijvoorbeeld.

Tja, nu heb ik alle ruimte in dit blog opgebruikt. Een hoopvoller verhaal moet dus toch nog maar even wachten tot volgende week.

  • Gemakshalve ga ik uit van zogenaamde CO2 equivalenten. Dat wil zeggen dat het opwarmingseffekt van andere broeikasgassen – methaan, lachgas, gefluroreerde gassen en waterdamp – is omgerekend naar de hoeveelheid CO2 die hetzelfde effect zou hebben.

Doendenken.

Ik wil het niet weten! Ik wil het niet weten!! IK WIL HET NIET WETEN !!!

Ik aarzel om weer over het klimaatprobleem te beginnen. De berichten daarover zijn namelijk zo somber, dat ik, als ik daarmee doorga, al mijn lezers en mijn eigen veerkracht dreig te verliezen. We willen nou eenmaal niet geconfronteerd worden met ellende, zeker als die ons (nog) niet onmiddellijk treft. Dat is nu echter juist het probleem. Omdat we de realiteit van de situatie niet tot ons willen laten doordringen ontbreekt in de samenleving het gevoel van urgentie, dat nodig is om de gevolgen van de klimaatproblematiek te verzachten. Dit proces is nog versterkt door de pandemie, die ons wel onmiddellijk bedreigt, en die alle andere problemen naar de achtergrond verdringt.

Is de situatie wat het klimaat betreft dan al helemaal hopeloos? Dat denk ik toch niet, maar we zullen er wel aan moeten werken om de hoop levend te houden en zelfs te versterken. We zullen naast het bewustzijn van de dreiging, en het verdriet en de woede die daaruit voort kan vloeien, de kracht moeten ontwikkelen om niettemin blijmoedig voort te gaan en te genieten van de schoonheid en de plezierige zaken in ons leven. We, en ook de samenleving, hebben er niets aan als we door het slechte nieuws depressief worden en ons er helemaal door laten verlammen. Zij die op het symposium waren ter gelegenheid van mijn 80ste verjaardag weten dat dit precies het thema was van dat symposium.

Ik zal in de komende blogs dus toch weer aandacht geven aan de opwarming van de aarde en het verlies van onze biodiversiteit, en wat dat betekent, maar tegelijkertijd onderzoeken hoe we daarbij geestelijk overeind kunnen blijven. Ik zal daarbij mijn neiging tot doemdenken omzetten in doendenken. Daarbij denk ik dan niet primair aan de actie die we in de buitenwereld moeten ondernemen (al is die zeker niet onbelangrijk), maar vooral aan de geestelijke discipline die we moeten ontwikkelen (dat is ook een vorm van doen). Ik nodig u uit me bij dit avontuur te vergezellen, en kan dan van mijn kant beloven dat ik de balans tussen hoop, vreugde en veerkracht aan de ene kant, en verdriet, vrees en woede aan de andere kant zal bewaren. Ik kan nu al vast zeggen dat daarbij twee dingen uitvoerig aan de orde zullen komen: ten eerste wat houdt de omslag van het bewustzijn in, en hoe kunnen we die bevorderen, en ten tweede: wat is, afgezien van de klimaatcrisis, een inspirerend doel om naar te streven, en hoe kunnen we daaraan werken?

Orkaan Halong