Maandelijks archief: mei 2024

Onverschilligheid.

Voor zover ik kan nagaan zijn alle dictators en autoritaire leiders (zij die de het niet zo nauw nemen met democratie en rechtsstaat) op één van twee manieren aan de macht gekomen: door geweld (een revolutie of coup) of doordat de gevestigde partijen hen binnenhaalden. Een klassiek voorbeeld van het laatste is de vooroorlogse Duitse Weimarrepubliek. De gevestigde partijen dachten Hitler te kunnen inkapselen door hem een minderheidspositie in de regering aan te bieden. We weten allemaal waar dat toe geleid heeft. De meeste na-oorlogse Europese autocraten zijn evenzo aan de macht gekomen: Orban, Erdogan. Kaczynski, Poetin. In die landen ging het steeds zo dat zogenaamde middenpartijen extremistische standpunten grotendeels overnamen in de hoop op die manier de extremistische partijen de wind uit de zeilen te nemen. Voor zover ik kan nagaan blijkt echter als regel het omgekeerde te gebeuren. Door deze tactiek worden de extremistische standpunten en daarmee de partijen die die standpunten eerder uitdroegen ‘salonfähig’, en trekken de kiezers van de gevestigde partijen naar de extremistische partijen toe. Te onzent zien we dat gebeuren bij de VVD, en als we de peilingen mogen geloven ook bij NSC.

Deze processen kunnen plaats vinden omdat veel kiezers zich eigenlijk niet echt verdiepen in wat er voor hun en hun nazaten op het spel staat, met name op de wat langere termijn. (We zagen dat in Engeland rond Brexit). Populisten zijn er meester in om problemen die een grondige aanpak vergen te definiëren als calamiteiten, en dan altijd schuldigen aan te wijzen die vervolgens gedemoniseerd worden. Aansluitend beweren ze dat als je op hen stemt, zij op korte termijn voor een voor ieder bevredigende oplossing kunnen en willen zorgen. En inderdaad, omdat ze met de consequenties geen rekening houden nemen ze op korte termijn vaak maatregelen waar velen zich happy bij voelen: eigen risico in de zorg verlagen, maatregelen rond landbouw, natuur en klimaat uitstellen, vliegen en autorijden blijven bevorderen, en zo voort. Trump in de VS, en te onzent Wilders, zijn daar meesters in. Trouwens, ook onze vorige regering heeft wat dat betreft een goede staat van dienst.

Overigens gaan ook de media daarin vaak mee. Een goed voorbeeld is het interview van Arjan Noorlander met Frans Timmermans in Op1, voorafgaand aan het PvdA-GL congres. Dat was geen interview, maar een verhoor.

Waarom stel ik dat allemaal nu aan de orde – terwijl u dit eigenlijk allemaal al weet? Dat heeft te maken met dat er verkiezingen aankomen. Als in Europa het populisme en het rechts extremisme de overhand zouden krijgen, dan is de ellende niet te overzien. Niet alleen kiezers die populistisch stemmen, maar ook vele anderen staan hier eigenlijk niet bij stil. Zij onderschatten het belang van die verkiezingen, en nemen zelfs vaak niet de moeite om te stemmen. Dat kun je zien als onverschilligheid, en dat is de grootste bedreiging in onze samenleving. Dat was wat er ook in Weimar-Duitsland aan de hand was, waardoor Hitler zijn gang kon gaan. Nu wil ik Wilders niet vergelijken met Hitler, maar veel goeds heeft hij niet voor ons op het oog.

Ik ben een kind van de oorlog, en misschien heb ik daardoor een overdreven beeld van het gevaar waarin we verkeren. Maar ik neem liever het zekere voor het onzekere, en wek u dus op om te stemmen. En als u in uw omgeving familie, vrienden en relaties tegen komt die van plan zijn niet te stemmen, ga dan met hen de dialoog aan.

Heilig.

Alles wat leeft is immers heilig. . . (William Blake)

Het woord ‘immers’ in bovenstaand citaat zette me aan het denken. Hoezo is het leven immers heilig? Is dat een intrinsieke eigenschap van het leven, of slechts een kwalificatie die wij er aan geven? Maar wat betekent ‘heilig’ dan?

We kennen het epitheton ‘heilig’ toe aan bepaalde locaties (bijvoorbeeld Chartres, Mekka, Lourdes, Santiago de Compostela, Glastonbury of de Tempelberg in Jeruzalem), aan de natuur, aan personen (bv. Teresa van Avila of Franciscus van Assisi), aan de ruimte tussen passer en winkelhaak (vrijmetselarij), aan processies en rituelen, aan momenten van innerlijke openbaring of ervaring van het mysterie, aan Gaia, aan speciale dagen, bijvoorbeeld Goede Vrijdag, Hemelvaartsdag of Kerstnacht, enzovoort. Wat betekent ‘heilig dan eigenlijk? Het woordenboek geeft als synoniem ‘verheven’ maar dat voelt voor mij niet helemaal kloppend. Ik denk meer dat we de kwalificatie ‘heilig’ toekennen als we een directe verbinding waarnemen of ervaren met de onzichtbare werelden achter of boven deze zichtbare materiële wereld. Je kunt natuurlijk zeggen dat de hele materiële wereld daarmee in verbinding staat en dat is ook zo maar dat wordt veelal niet direct waargenomen, en we realiseren ons dat in dat geval ook niet. We noemen iets heilig, als we die verbinding wel direct kunnen ervaren als we er voor open staan.*)

Een mooie illustratie hiervan wordt gegeven door Albert Schweitzer:

Aan het einde van de derde dag, juist toen we bij zonsondergang door een, kudde nijlpaarden liepen, lichtte in mijn geest, onvoorzien en ongezocht, de zinsnede ‘Eerbied voor het Leven ‘ op.

Dat is sindsdien voor hem een heilige waarde, en sinds ik hiervan kennis genomen heb is dat ook voor mij zo. Het is met heiligheid net als met schoonheid: het is niet een eigenschap van het waargenomene, maar iets of iemand is heilig in het oog van de aandachtige toeschouwer. Dat roept dan vaak ontzag of verwondering op.

Tussen passer en winkelhaak, alwaar is heiligheid

*) Sommige mensen die verslaafd zijn aan werk, geld of sex noemen het obiect van hun obsessie of verslaving heilig. Maar die betekenis laat ik in dit stuk verder buiten beschouwing.

De ontsporingen van de ecosofie.

Economische groei is goed voor het milieu.
(ecosofische leugen)

Ik beweer al decennia dat economie geen wetenschap is, althans niet een empirische (op waarneming gebaseerde) wetenschap zoals bijvoorbeeld natuurkunde of astronomie. Bij die laatste wetenschap wordt een onderscheid gemaakt tussen astronomie en astrologie. De astronomie gaat over de waarneembare en verifieerbare werkelijkheid, terwijl de astrologie gaat over de betekenis die hemellichamen zouden kunnen hebben voor ons persoonlijke en collectieve leven. De astrologie is dus geen empirische wetenschap en pretendeert dat ook niet.

Het zou goed zijn als er ook een dergelijk onderscheid zou bestaan op het terrein van de ‘huishoudkunde’. Maar het woord ecologie kunnen we niet gebruiken voor het niet-verifieerbare gedeelte van de economie (dat is dus bijna alles! ) want dat woord is al in gebruik voor de biologische deelwetenschap over de relaties tussen en binnen systemen en gemeenschappen. De economie bestaat naar mijn mening in hoofdzaak uit een aantal op bepaalde vooronderstellingen gebaseerde redeneringen, uitmondend in modellen die ontwikkelingen beschrijven gebaseerd op die vooronderstellingen. Omdat die vooronderstellingen als regel niet stroken met wat er werkelijk in de wereld gaande is leiden die modellen in het algemeen tot onjuiste voorspellingen (zoals momenteel goed te zien is aan het verschijnsel inflatie). Een meer bizar voorbeeld is de uitspraak dat een mondiale opwarming van 10˚ geen schadelijk effect op de economie zal hebben en een opwarming van 4˚ zelfs optimaal is voor onze economie en ons welzijn. Deze opvattingen – gebaseerd op het DICE-model en de opvattingen van Nobelprijswinnaar William Nordhaus – liggen ten grondslag aan hoofdstuk 2 van het meest recente IPCC-report, en staan in flagrante tegenstelling met de conclusie van klimatologen en ingenieurs uit hoofdstuk 1.*) In dit hoofdstuk 2 wordt overigens beweerd dat deze opvattingen de conclusie weergeven van vrijwel alle economen ter wereld. Een flagrante leugen.

Ik stel voor dit soort idiotie buiten de wetenschap economie te plaatsten en samen te vatten onder het kopje ecosofie: als wetenschap vermomde opvattingen. Intussen is het vreemd dat deze ecosofen de mainstream van de ‘economie’ beheersen en door politici veelvuldig worden geraadpleegd. Er zijn natuurlijk wel economen te vinden die deze idiotie doorzien, zoals in Nederland onder anderen Dirk Bezemer, Marike Stellinga, Arnoud Boot, Bas Jacobs, Mirjam de Rijk, maar die hebben weinig invloed op de politieke mainstream. Wel geven ze in belangrijke mate goede adviezen op deelterreinen, gebaseerd niet zozeer op wetenschappelijke bevindingen uit de economie, maar gebaseerd op klimaatwetenschap en gezond verstand. Naar die adviezen wordt overigens zelden geluisterd.

Wat zou de eerder genoemde ecosofen motiveren om zulke evidente onzin serieus te nemen en hun reputatie op het spel te zetten? Is het gewoon domheid of kwaadaardigheid? Geloven ze er zelf in? Het zegt in elk geval iets over de goddelijk/religieuze status die deze ecosofie in onze samenleving heeft. Hun theorieën zijn zo schadelijk, dat de promotie ervan iets misdadigs heeft. Ik vond het, toen ik er over vernam zo schandelijk en ridicuul, dat ik het nauwelijks geloven kon. Vandaar mijn disclaimer in mijn voetnoot.*) . Mocht u niettemin op deze theorieën stuiten, handel dan naar bevind van zaken. Waarvoor dank.

.

*) Bron: Matthias van de Heyden, in De Helling, tijdschrift van het wetenschappelijk bureau van GroenLinks, 1-2024). Disclaimer: Ik heb dit helaas niet kunnen verifiëren, omdat verwijzingen naar de bronnen in dit tijdschrift ontbreken en ik de originelen niet kon vinden.