Categoriearchief: Politiek

2024 – een kantelpunt?

Eind 2023, om precies te zijn op 14 december, heeft er een belangrijke gebeurtenis plaats gevonden die voor zover ik weet in Nederland geen publiciteit heeft gekregen. (Dat laat zien hoe benepen Nederland gericht is op het eigen land!) Op die datum heeft het Amerikaanse congres, senaat en huis van afgevaardigden, democraten en republikeinen, de zogenaamde disclosure act aangenomen. Dat is een wet die de overheid en alle betrokken bedrijven verplicht om binnen 300 dagen alle informatie die ze hebben over UAP (unidentified aerial phenomena zoals UFO’s) openbaar te maken. Een opmerkelijk staaltje van samenwerking tussen democraten en republikeinen.(zie: https://www.popularmechanics.com/military/a46105999/uap-disclosure-act/# of The Gardian: https://www.theguardian.com/us-news/2023/dec/15/ufo-records-release-congress)

Een korte voorgeschiedenis. Sinds 80 jaar gaan er berichten rond over UFO’s, onverklaarbare verschijnselen in de hemel, zoals luchtshepen die met onvoorstelbare snelheden kunnen manoeuvreren (in de lucht en onder water), en contacten met buitenaardse wezens. Er schijnen honderden betrouwbare en gerverifieerde getuigenissen te zijn, voornamelijk in de Verenigde Staten (maar ook wel elders), die echter door de veiligheidsdiensten en de NASA systematisch geheim zijn gehouden. Dit omdat men aanvankelijk dacht dat het hier ging om nieuwe technieken van de ‘vijand’ (Sovjet Unie, China), en later omdat men deze technieken zelf wilde ontwikkelen (afkijken) om diezelfde vijanden definitief te kunnen overheersen. Er is zelfs met zekerheid een getuigenis van een gecrashed ruimte schip, dat tot op de huidige dag om die reden bestudeerd wordt.

Van deze ondemocratische geheimhouderij heeft nu de overgrote meerderheid van het Amerikaanse congres genoeg; vandaar de nieuwe wet. In het oorspronkelijke wetsvoorstel waren ook sancties opgenomen: een toezichtsorgaan dat moest toezien op naleving van de wet, en de mogelijkheid tot sanctie indien niet aan de wet zou worden voldaan. Helaas hebben twee republikeinse senatoren, onder invloed van de lobby van twee bedrijven uit de defensie-industrie gedreigd de wet dan tegen te houden, en daarom zijn deze sanctiemogelijkheden bij amendement uit de wet geschrapt. Maar zonder betekenis is de wet niettemin toch niet: bij niet naleving is immers nog altijd een gang naar de rechter mogelijk. Helaas werkt dat echter veel trager; vandaar dat er allerlei acties in de VS gaande zijn om alsnog die sancties in de wet te krijgen.

Het staat intussen wel vast dat er zoiets plaats vindt als UAP. Ik was voorheen geneigd alle theorieën daarover als complottheorieën of nepnieuws af te doen, maar heb mijn mening inmiddels herzien. Dit muisje zal in 2024 nog wel een staartje hebben. Ik kom hierop in volgende blogs nog terug, maar besluit dit blog met mijn mening dat 2024 in diverse opzichten in belangrijk kantelpunt zal betekenen in de ontwikkeling van onze planeet. Ook die mening dat zal ik later onderbouwen.

Nu horen we het eens van een ander:

We hebben geen migratiecrisis maar een huisvestingscrisis.

Dit jaar begin ik met ruimte geven aan een van mijn voorheen vaak onderdrukte eigenschappen: luiheid. Ik laat mijn blog vandaag eens voornamelijk door een ander schrijven. Dit om de boodschap die het behelst wat meer gewicht te geven doordat die gegeven wordt door een externe autoriteit. Een boodschap die bij de lezers van Trouw, en door veel van mijn lezers, al wel bekend is, maar die niet vaak genoeg benadrukt kan worden. Ik merk dat zelfs weldenkende mensen nog wel eens menen te weten dat de huisvestingscrisis voor een belangrijk deel wordt veroorzaakt door asielzoekers. Niets is minder waar. Lees onderstaand citaat dat ontleend is aan een artikel van Bart Zuidervaart in Trouw van 22 december.

In tegenstelling tot wat meerdere politieke partijen beweren, waaronder de grote verkiezingswinnaar PVV, zijn asielzoekers niet de oorzaak van de huisvestingscrisis. In werkelijkheid worden de problemen veroorzaakt door de overheid, doordat de IND met achterstanden kampt, het Coa structureel te weinig opvangplekken voor asielzoekers heeft en gemeenten verzuimen hun aandeel te leveren. Deze boodschap verkondigt Balakrishnan Rajagopal, de speciale rapporteur van de Verenigde Naties die onderzoekt of landen geschikte woningen aan alle inwoners bieden. . . Rajagopal noemt de omstandigheden in de opvanglocaties ‘erbarmelijk’. “Ze zijn overbevolkt, de hygiënische toestand laat er te wensen over en mensen raken vervreemd van de samenleving.” Hij is in het bijzonder bezorgd om de kinderen, die ‘disproportioneel’ worden getroffen, ook omdat ze met hun ouders van de ene naar de andere locatie moeten verhuizen.

Het grotere probleem is, zegt Rajagopal, dat een dak boven je hoofd hier wordt gezien als een ‘economisch product’ en niet als een mensenrecht. Hij pleit ervoor dat het recht op adequate huisvesting stevig wordt verankerd in de Nederlandse wetgeving, ook in de Grondwet. De VN-rapporteur zag tijdens zijn bezoek hoe Nederland worstelt met een ‘acute en enorme huisvestingscrisis’. Hij merkte dat inwoners ‘te snelle conclusies’ trekken, door met een beschuldigende vinger naar asielzoekers en vluchtelingen te wijzen. “Er is geen enkele reden om aan te nemen dat dit echt zo is. Het is een argument dat gebruikt wordt voor politieke doeleinden en slechts bijdraagt aan stereotypen tegen bepaalde groepen buitenlanders.” 

Daar kan ik nog aan toevoegen dat minder dan 10 % van de vrijkomende sociale huurwoningen worden toegewezen aan statushouders (voor andere woningen komen statushouders überhaupt niet in aanmerking). Dat zijn asielzoekers die in Nederland een verblijfsvergunning hebben gekregen omdat ze zijn gevlucht voor oorlog, geweld of vervolging. Niet alleen dat Nederland zich met zijn asielbeleid van zijn meest inhumane kant laat zien, ook is het zo dat Nederland met dit (en ander) beleid zijn internationale invloed en moreel leiderschap op het gebied van solidariteit en mensenrechten in snel tempo aan het verliezen is.

Als. . .

Er wordt wel beweerd dat als je je fysiek niet goed voelt dat daar een geestelijke oorzaak aan ten grondslag moet liggen. Ik heb al tien dagen last van een hardnekkige griep, waardoor ik de hele dag loop te hoesten en me lamlendig voel. Gisteravond ontdekte ik een geestelijke oorzaak, en het heeft te maken met de verkiezingen. Ik zal het uitleggen.

Op 8 november j.l. bracht het CPB de doorrekeningen uit van acht partijprogramma’s; later werden daar nog twee aan toegevoegd. Daarover is natuurlijk wel gepubliceerd, maar het kreeg lang niet de aandacht die het verdiende. Ik weet wel dat er kritiek is op de modellen van het CPB, maar ze geven toch wel een aardige indicatie. En wat bleek: het programma van GroenLinks/PvdA gaf veruit de mooiste uitkomst. Zie onderstaande tabel:

Dit is heel opmerkelijk. Niet alleen dat het programma van GroenLinks/PvdA op het gebied van bijna alle indicatoren – koopkracht, begrotingstekort, staatsschuld, werkloosheid, enz. – het beste scoort, ook worden alle vigerende problemen – INCLUSIEF MIGRATIE – er grondig in aangepakt. Het enige wat er niet expliciet in staat is het thema bestuurlijke vernieuwing. Waarom is dit programma zo goed? Omdat het uit linkse hoek komt? Misschien, maar ik denk dat het ook komt omdat het gebaseerd is op de studies van twee voortreffelijke wetenschappelijke bureaus die al jaren hun kwaliteit hebben bewezen.

Als dit programma, inclusief het feit dat het als beste kwam uit de doorrekening van het – objectieve – planbureau de volle publiciteit had gekregen van alle media, dan hadden we denk ik een andere verkiezingsuitslag gehad. Daarbij hadden die media dan wel hun voorlichtende functie goed moeten vervullen. Ze hadden moeten uitleggen wat er feitelijk in het plan van GroenLinks/PvdA werd voorgesteld.

Waarom de media dit niet gedaan hebben? Misschien waren ze bang partijdig over te komen. Maar dat had niet gehoeven, men had zich tot de feiten kunnen beperken. Conclusie, de journalistiek heeft hier in zijn voorlichtende functie gruwelijk gefaald. En ikzelf heb ook zitten slapen – ik had dit blog natuurlijk al op 16 november moeten schrijven, dan had het nog enig nut kunnen hebben.

Overigens, het GroenLinks/PvdA programma zoals het er nu ligt, zou zo maar een goede regeringsverklaring kunnen zijn, als de politici uit andere partijen over hun schaduw heen zouden kunnen stappen. Hun doelen kunnen dan perfect gerealiseerd worden. Misschien doen ze dat nog wel eens, over driekwart jaar, als de zoveelste formatiepoging mislukt is.
In dit blog staat heel veel het woordje ALS. Maar ja, mijn grootmoeder zei het al: AS is verbande turf.

Het verlangen naar een nieuw Plan.

Op weg naar een armageddon? Wij modderen vrolijk voort
(Tomas van Heste)

Op 2 maart heb ik het boek van Michiel Zonneveld aangekondigd, Het Plan van de Arbeid, en beloofd daar op terug te komen als het zou zijn verschenen. Dat is nu gebeurd op 25 april, en belofte maakt schuld. Dus ik kom er nu op terug.

Onze samenleving moddert voort sinds het tweede kabinet Kok, en gedurende de kabinetten Balkenende en Rutte. Voor zover ik kan nagaan is vrijwel geen enkele van de grote vraagstukken waar we als samenleving voor staan sindsdien echt aangepakt. In tegendeel, de prachtige samenleving die we destijds hadden is systematisch afgebroken door bezuinigingen en een volstrekt ongefundeerd geloof in de heilige markt. Eigenlijk is er maar één ding redelijk goed gegaan, en dat is het vaststellen van het deltaprogamma 2022. Ook het beleid voor natuur en biodiversiteit was aanvankelijk veelbelovend, maar wordt nu stap voor stap onderuit gehaald. Verder is het twijfelachtig of er een heldere stikstofwet komt die niet aan elkaar hangt van vage compromissen, en hetzelfde geldt voor het landbouwakkoord. De net uitgekomen voorjaarsnota is door de Raad van State afgekeurd wegens vaagheid en uitstel van duidelijke beleidsplannen (bezuinigingen). Er komt geen krachtig beleid voor asielzoekers, en ook de klimaatplannen van minister Jetten , hoewel omvangrijk, zijn het resultaat van een slap compromis. De energietransitie loopt volledig spaak doordat het stroomnet niet voldoende snel wordt uitgebreid (zoals gebruikelijk laat de centrale overheid het ook nu weer volledig afweten. De provincies of de gemeenten moeten het maar oplossen, maar die hebben uiteraard geen geld). En zo voort en zo verder. De verantwoordelijkheid hiervoor kan maar ten dele toegeschreven worden aan de genoemde kabinetten, maar ligt in hoofdzaak bij de partijen die deze regeringen vormden, en die steeds deelbelangen lieten en laten voorgaan op het algemeen belang. Ook de burgers, die deze partijen bij verkiezingen hun stem bleven geven zijn mede verantwoordelijk.

Deze situatie doet denken aan de situatie in de dertiger jaren van de vorige eeuw. Ook toen was er alom stagnatie. Het was onder die omstandigheden dat er een brilliant Plan werd gelanceerd, dat aan die situatie een einde zou kunnen maken: het Plan van de Arbeid. Hoewel het initiatief daartoe lag bij de SDAP en het NVV, werd het Plan ontworpen door min of meer onafhankelijke deskundigen. Maar desondanks werd ook toen het Plan vrijwel meteen afgeschoten door andere partijen en belangengroepen. Er was een wereldoorlog voor nodig om dat Plan uitgevoerd te krijgen. Het was toen inmiddels wel duidelijk dat de oude inrichting van de samenleving niet meer werkte. Het algemene besef van ‘Dit nooit weer’ sloeg niet alleen op het fascisme en de wereld oorlog, maar ook op de diepgaande crisis uit de dertiger jaren, die door de oudere burgers in de samenleving nog niet was vergeten. Vandaar dat de maatregelen uit het Plan op wijde steun konden rekenen, niet alleen bij de verantwoordelijke politici, welgevers en werknemers, maar ook bij de bevolking als geheel.

Ook nu leven we in een tijd van stagnatie en dreigende rampspoed. Daarom is volgens Michiel Zonneveld een nieuw Plan van de Arbeid nodig. Hij staat met dit idee niet alleen – ook elders zijn initiatieven voor een nieuw Plan in ontwikkeling. Een aanzet daartoe vinden we bijvoorbeeld bij het Sociaal Cultureel Planbureau, en bij de Wetenschappelijk Bureau’s van Groen Links en de Partij van de Arbeid. Ook de Jonge Klimaatbeweging denkt in die richting.

In mijn volgende blogs ga ik in op het Plan van Michiel Zonneveld. Intussen raad ik u aan het boek te kopen en te lezen; met name als u (met mij, of in het algemeen) mee wilt denken of praten over dit Plan. Het leest makkelijk, is maar 150 pagina’s, is niet duur (€ 15). Mocht u, omdat u erg krap in uw tijd zit, voorlopig een samenvatting willen lezen dan kan dat op https://www.planvandearbeid.nl/het-boek-is-er-2/?ref=plan-van-de-arbeid-newsletter. Wie de presentatie van het boek van Michiel Zonneveld nog wil zien kan dat doen op https://www.youtube.com/watch?v=Z9Lm7rqMZsI.

Een Europese oorlog – een gevaar voor ons allemaal.

Ik ben geen deskundige, maar ook een leek kan zien dat Oekraïne de oorlog met Rusland niet op eigen kracht kan winnen. Rusland is bijna nooit verslagen, niet door Napoleon, niet door Hitler en ook niet daarna (de enige uitzondering hierop is de nederlaag tegen Japan in 1905). Het beste wat je tegen Rusland kan bereiken is een patstelling (zoals na de eerste Tetsjeense oorlog en in Afghanistan), wat nu ook weer dreigt in Oekraïne. Er zijn drie redenen waarom Rusland niet te verslaan is: het beschikt door zijn omvang altijd over vrijwel onbeperkte financiële middelen (zelfs al is het per hoofd van de bevolking vaak armer dan zijn tegenstanders), het beschikt over een onuitputtelijk menselijk potentieel (kanonnenvoer), en het Russische volk is zo nationalistisch dat het vrijwel altijd in meerderheid achter zijn leiders staat in tijden van oorlog. Dat nationalisme wordt dan ook door de (autoritaire) leiders handig uitgebuit – vaak worden de oorlogen juist daarom begonnen – het vergroot de populariteit van de dictator. Al deze factoren spelen nu ook bij de oorlog in Oekraïne.

Bijna geen enkele oorlog eindigt met de nederlaag van een van de strijdende partijen (Een uitzondering hierop is de nederlaag van Duitsland in de 2e wereldoorlog, door de idiotie van Hitler, die op het hoogtepunt van zijn successen geen eieren voor zijn geld koos maar daarentegen een uitzichtloze oorlog met Rusland begon). Ze eindigen eigenlijk altijd in een patstelling, waarna een een wapenstilstand plaats vindt, gevolgd door onderhandelingen. Voordien probeert elk van de partijen een zo sterk mogelijke uitgangspositie te bereiken. Daardoor duurt de oorlog vaak langer dan vanuit welk gezichtspunt dan ook zinvol is, ten koste van veel bloedvergieten en onnoemelijk leed. We zien dat nu ook in Oekraïne, waarbij Oekraïne alleen maar een gunstige uitgangspositie kan bereiken met behulp van de NAVO(-landen). Die zullen daartoe steeds meer wapentuig met de daarbij behorende instructeurs leveren. Uiteindelijk zullen ze wellicht onder druk komen te staan om ook manschappen te leveren, want daaraan heeft Oekraïne een structureel tekort. Zo kan de oorlog steeds verder escaleren tot het uiteindelijk een oorlog wordt tussen de NAVO en Rusland (met de levering van de tanks is het dat nu al bijna zo), en Poetin nog maar één optie is gelaten: de inzet van atoomwapens.*)

Alle bovenstaande inzichten zijn weliswaar door mij als leek ontwikkeld, maar worden gedeeld door mensen die echt wel weten waar ze over praten, onder wie Henry Kissinger, en te onzent Maarten van Rossum, en verscheidene militaire deskundigen. Iedereen kan deze informatie uit de publieke media halen, met name als je goed tussen de de regels door leest en luistert/kijkt en je niet laat leiden door de oorlogsretoriek. Niettemin weigeren beide partijen hardnekkig te onderhandelen; ze verkeren nog in het stadium waarin ze beiden betere posities proberen te bereiken. Oekraïne wordt hierin door Europa en de NAVO gesteund. Dit leidt tot giga risico’s: zoals gezegd meer leed, verwoesting en bloedvergieten en een grotere kans op een nucleair conflict. Maar misschien nog wel het ergste van alles: al die tijd wordt er mondiaal nauwelijks energie besteed aan de ramp die ons meer dan wat ook bedreigt: de klimaat catastrofe. Alle aandacht gaat op aan het proberen de schadelijke effecten van de oorlog op economisch gebied zoveel mogelijk te beperken.

Daarom MOET er NU onderhandeld worden, en niet pas over een of anderhalf jaar. Ik ben natuurlijk niet de eerste die dit stelt, zie bijvoorbeeld de ‘golfgroep’ op 19 december, Henry Kissinger en Marli Huijer in Trouw van 1 februari j.l. Maar die oproepen bieden geen handvatten om te komen tot een rechtvaardige oplossing. Om beide partijen aan de onderhandelingstafel te krijgen, zal er eerst druk moeten worden uitgeoefend op beide partijen. Rusland zal een uitweg geboden moeten worden zodat de oorkog niet als een nederlaag zal overkomen. Naar mijn mening zal dat moeten inhouden dat ze de Krim mogen houden (daar is namelijk op historische gronden wel iets voor te zeggen **). Voorts moet ze een vrije doortocht worden gegarandeerd door Oekraïne naar de Krim (daarvoor is een bezetting van-Oost Oekraïne volstrekt onnodig – Duitsland heeft al eeuwen een vrije doortocht naar de Noordzee via Nederland). Anderzijds moet ze worden duidelijk gemaakt dat hun bezetting van een vrij land volstrekt niet acceptabel is, wat zou moeten resulteren in herstelbetalingen aan Oekraïne. Daarentegen zou Oekraïne het verlies van de Krim moeten slikken, waartegenover het het gezag over Oostelijk Oekraïne terugkrijgt***) en volstrekte autonomie tegenover Rusland, waardoor het bijvoorbeeld kan aansluiten bij de EU. Tevens ontvangt het herstelbetalingen.

Het lijkt niet waarschijnlijk dat een van beide partijen bereid is tot open onderhandelingen als niet voldaan is aan een aantal onacceptabele eisen vooraf. Daarom zullen die beide landen onder druk moeten worden gezet. De enige instantie die dat kan doen is de EU of de VN (Algemene Vergadering) – de NAVO en de VS worden door Rusland te veel gezien als partij in het conflict. Helaas heb ik geen enkele invloed op de EU en de VN. Maar misschien heeft een van mijn lezers wel relaties in die kringen, eventueel via de Nederlandse regering of Europese parlementsleden. Het zou de moeite waard zijn de bovenstaande ideeën onder hun aandacht te brengen.

I

*) Dat gevaar dreigt nu al na de levering van de tanks. Poetin heeft gezegd dat hij ‘nadere maatregelen’ zal nemen als de tanks Russisch grondgebied bereiken, waaronder hij ook Oostelijk Oekraïne rekent. De tanks hebben echter weinig nut als Oekraïne ze niet aldaar kan inzetten.
**) Dit is ook de mening van Harry van Bommel uit de ‘golfgroep’. Zie ook Maarten Van Rossum in: https://www.maartenonline.nl/de-wrok-van-een-mislukte-supermacht/. Dit artikel is ook in ander opzicht zeer informatief over het het conflict.
***) Er wordt vaak beweerd dat de Donbas en Loegansk eigenlijk bij Rusland zouden moeten horen, omdat het aantal ethnische Russen dat er wonen een meerderheid vormen: 80 % van de bevolking. Afgezien van het dubieuze van dit argument (in de meeste landen wonen wel ethnische minderheden) is het ook onjuist. Bij de volkstelling van 2001 woonden er in beide landsdelen minder dan 40 % ethnische Russen – dat lijkt sindsdien niet noemenswaard veranderd te zijn. Bij het referendum van 1991 stemden overigens 84 % van de Oekraïners voor onafhankelijkheid van Rusland. 

En de overheid, zij moddert voort.

En de boer, hij ploegde voort.

Bovengenoemd onderschrift komt uit een beroemd en prachtig gedicht uit 1935. J.W.F. Werumeus Buning schreef dat gedicht ter ere en verdediging van de boer, want ook toen stond de landbouw al onder druk.

In mijn vorige blog schreef ik dat de overheid bij monde van minister Van der Wal mu eindelijk de stikstofproblematiek onder ogen ziet. Helaas moet ik daar nu toch weer een kritische kanttekening bij maken.

Einstein zei het al in een andere beroemde uitspraak: je kunt een probleem niet oplossen met dezelfde methode die het probleem gecreëerd heeft. Toch is dat het wat de overheid probeert te doen. In mijn vorige blog wees ik al op het onvermogen tot leiding geven en communiceren. De overheid erkent nu het probleem, maar slaagt er niet in dat bij de wortels aan te pakken. Dat komt omdat deze overheid zelden gebruik maakt van de doorwrochte analyses en aanbevelingen die vanuit adviesorganen en vanuit het veld worden aangedragen. Ze denkt het altijd beter te weten. Haar blik wordt vertroebeld door het oor altijd te lenen aan lobbyisten vanuit het industriële bedrijfsleven (in dit geval veevoerbedrijven, transportondernemingen, industriële zuivelproducenten, kunstmest fabrieken, enz.)en de gevestigde landbouworganisatie LTO die vooral de belangen van de industriële landbouw behartigt.

Men probeert nu de stikstof problematiek aan te passen door een restrictief vergunningen beleid en het sluiten van landbouwbedrijven. Maar het zou veel beter zijn als alles zou worden ingezet op een meer extensieve vorm van landbouw bedrijven. Dat is heel eenvoudig te bereiken door een restrictief invoerbeleid in te voeren voor kunstmest en veevoer. En dat kost ook nog eens veel minder dan het bedrag dat nu voor de landbouwtransitie wordt uitgetrokken. Het geld dat dan overblijft zou kunnen worden besteed aan subsidies voor boeren die over willen stappen naar deze nieuwe vorm van landbouw, om de eerste jaren waarin er nog geen inkomsten uit die nieuwe bedrijfsvoering plaats vindt te overbruggen, en hen ook te helpen bij de aflossing van de schulden die de boeren in de afgelopen jaren door het beleid van de overheid en de banken, in het bijzonder de Rabobank, hebben moeten maken.

Deze gedachten zijn helemaal niet origineel,; ze worden vanuit het veld al jarenlang aangevoerd. Maar zoals ook in andere sectoren, de belangen van het grootkapitaal gaan altijd voor.

Het voert voor een blog als dit te ver om alle details van dit idee uiteen te zetten. Als u daarin geïnteresseerd bent leze u het voortreffelijke overzichtsartikel in De Correspondent: https://decorrespondent.nl/13608/het-kan-de-stikstofcrisis-oplossen-en-de-landbouw-perspectief-geven/1090264523040-bf85ddb1?pk_campaign=weekly , dat ook gediend heeft als een inspiratiebron voor dit blog.

U zou zich kunnen afvragen waarom ik aandacht besteed aan een probleem waar ik weinig of niets mee te maken heb, en waarvan ik eigenlijk ook weinig afweet. Ik doe dit omdat dit het eerste probleem is dat onze democratie bedreigt, en ik denk dat wij burgers de plicht hebben ons te informeren over de belangrijke kwesties die in de samenleving spelen, zodat we sterke staan bij de verdediging van die democratie.

VOLGENDE WEEK GEEN BLOG IN VERBAND MET VAKANTIE

Sic transit gloria mundi

Heel weinig mensen geven echt om vrijheid, om de waarheid, echt heel weinig. Heel weinig mensen hebben lef, het soort lef waarvan een echte democratie afhankelijk moet zijn. Zonder mensen met dat soort lef sterft een vrije samenleving of kan die niet worden gevormd (Doris Lessing).

Volgens Oswald Spengler gaan alle beschavingen na hun opkomst en bloei noodzakelijkerwijs ten gronde. Dit liet hij zien aan de hand van de volgende wereldbeschavingen: de Babylonische, de Egyptische, de Chinese, de Indische, de Indiaans-Mexicaanse, de klassieke of Grieks-Romeinse, de Arabische, Joodse en Byzantijnse. Dit idee is nader uitgewerkt door Arnold Toynbee. Later is dit idee beschreven voor imperia: natiestaten die hun invloed behalve over hun eigen grondgebied uitstrekken over vele landen en grondgebieden elders. Voorbeelden hiervan zijn het Romeinse rijk, de Verenigde Nederlanden vanaf de 17e eeuw en het Britse Verenigd Koninkrijk vanaf de 18e eeuw. De wet van opkomst en ondergang is in deze gevallen duidelijk gebleken, al zijn er in het geval van Engeland en Nederland wel welvarende naties overgebleven.

Hedendaagse imperia zijn Rusland, China en de Verenigde Staten. Rusland is duidelijk in verval, terwijl dat wellicht ook zo is voor de Verenigde Staten (zie mijn vorige blog). Wat China betreft is de toekomst onduidelijk – het krijgt wel een enorme klap door zijn rigide Covid-beleid en zijn partijkiezen voor Rusland.

Steeds wordt het verval van de beschavingen en imperia ingeluid door een paar duidelijke symptomen: toenemende social-economische ongelijkheid, corruptie, verzwakking van het bestuur, toenemende autoritaire bestuursvorm, tirannie. We zien deze symptomen heden ten dage duidelijk in Rusland en de VS, in mindere mate ook in China.

Kan de Europese cultuur zich redden temidden van deze ontbindingsprocessen? Dat hangt af van de kracht van de democratieën in de afzonderlijke staten. Ik kan niet overzien hoe die in alle staten er voor staat, maar voor Nederland is het beeld bepaald ongunstig. In dit verband een lang citaat:

Het bestuur gooit problemen jarenlang bewust over allerlei schuttingen, en moet nu verbaasd constateren dat ze niet vanzelf zijn opgelost. Zo ontstaan er onmenselijke toestanden in de asielopvang en in de jeugdzorg, zijn er onvoldoende ic-bedden, worden kinderen uit huis geplaatst zonder dat goede zorg gewaarborgd is, blijft het toeslagenschandaal dooretteren, worden de Groningers geschoffeerd, moeten rechters eraan te pas komen om de overheid aan haar eigen stikstofregels te houden en kopen ouders bijlessen in om hun kinderen door het examen te helpen – ‘een patroon van onvermogen’, aldus ombudsman Van Zutphen donderdag in Trouw.*)

Daaraan kan ik nog toevoegen het niet doortastend aanpakken van de problemen in de landbouw, de klimaatproblematiek in het algemeen, de vluchtelingenproblematiek, de ongelijkheidsproblematiek, enzovoort en zo verder, door u moeiteloos met andere voorbeelden uit te breiden. De kabinetten Rutte hebben geen verantwoordelijkheid genomen, maar deze afgeschoven naar lagere overheden en andere instanties in de samenleving (zonder ze daarvoor voldoende budgetten te verschaffen). Een recent voorbeeld is weer hoe minister Kuipers de verantwoordelijkheid voor een robuust Covid-beleid neerlegt in de samenleving.

De rijksoverheid in Nederland levert niet. Mocht dat in de nabije toekomst veranderen, en de overheid de problemen in de samenleving wel echt gaan aanpakken, dan zal ze enorme weerstanden oproepen. Het is maar de vraag of deze regering dat zal overleven en de verkiezingen in 2023 en 2025 dan kan winnen. We zullen zien.

Geen wonder dat onze democratie in een crisis verkeert – misschien nog niet zo erg als in de VS, maar wat niet is kan komen.

*) Column Stevo Akkerman in Trouw, 13 mei 2022.

Code Rood II

Het fascisme, als het ooit terugkeert, zal het zich ongetwijfeld aandienen in het gewaad van het antifascisme (Jacques Presser *)

Onze democratie is in gevaar. Acuut is het gevaar in Amerika, met name als de democraten de verkiezingen in november verliezen. Het is nu al zo dat ‘de grote leugen’ (de verkiezingen van 2020 zijn Trump ontstolen) aangehangen wordt door een groot deel van de Amerikanen (in elk geval door de helft van de replublikeinse kiezers. Hoeveel democraten en partijlozen die leugen aanhangen is me niet bekend). Maar ernstiger is dat veruit de meeste republikeinen alles in het werk stellen om te voorkomen dat gekleurde mensen gaan stemmen: gerrymandering, wetgeving die registratie van kiezers bemoeilijkt en plannen om kiezers bij de stembureau’s te intimideren of zelfs te molesteren. Vooruitstrevende kandidaten (voor het congres, de senaat, als gouverneur of voor de staatsparlementen) worden met alle mogelijke middelen belaagd: bedreigingen, ook van familieleden, scheldkanonades in de sociale’ media, enz.) en dat geldt ook voor de ‘secretaries of state’ die in elke staat de verkiezingsuitslag moeten vaststellen. In 10 staten worden ze onder druk gezet om de uitslag hoe dan ook in het voordeel van de republikeinen vast te stellen, ongeacht de werkelijke resultaten. Door de rechterlijke macht wordt hier vooralsnog niet tegen opgetreden. In juni verschijnt het rapport van de commissie die de bestorming van het Capitool begin 2021 onderzoekt – of dit veel gevolgen zal hebben wordt betwijfeld.

Als de Amerikaans democratie zou vallen is het maar de vraag of de Europese democratieën het in de wereld zullen volhouden. Nu al worden deze van binnenuit bedreigd en van buitenaf aangevallen. Éen voorbeeld: Frank Westerman laat in NRC Magazine (Mei 2022) zien hoe in Servië de hele bevolking als een man (en een groot aantal vrouwen) achter Poetin staat: ‘die immers het fascistische westen bestrijdt’. Met betrekking tot de klimaatcrisis, waar ik sinds de tachtiger jaren pessimistisch over was, is mij vaak alarmisme verweten. Dat zou me nu weer kunnen overkomen, maar dan ik ben in goed gezelschap.(Zie Humanity Rising op You Tube, afleveringen 462 t/m 466).

Als de democratieën zouden vallen is het onmogelijk de problemen van deze tijd aan te pakken. Hannah Arendt, geciteerd door Tamara de Waal in ‘De Groene’ van vorige week, stelt dat de kern van de totalitaire ideologie is: ‘Alles is mogelijk’. Dit klinkt als een positief credo (daarom is het totalitarisme zo aantrekkelijk: ‘Ik, de leider, los alle problemen voor je op’), maar er is weinig zo gevaarlijk als dit uitgangspunt. Het betekent in de praktijk vooral dat alles verwoest kan worden (zie Hitler, Stalin, Poetin, en Ki bij de Oeigoeren, enzovoort).

Deze gedachtengang zette mij aan het denken. Is er iets wat ik kan doen om het tij te keren? Ik besef wel dat ik als burger mede verantwoordelijk ben voor de samenleving die we creëren. Hoe deze verantwoordelijkheid ten volle waar te maken? Daar ben ik nog niet uit.

*) Presser zei dat bij mijn weten al eind veertiger jaren. Wonderlijk vooruitziende blik: zie Milosevic en Poetin)

Hoogmoed

Is dit een blog van een knorrige oude man die zegt dat vroeg alles beter was? Lees dit blog en oordeel zelf.

In mijn jeugd werd me geleerd dat we in een begenadigd, superieur land(je) leefden. Er kwam geen echte armoede in voor (in elk geval geen honger). We hadden een van de beste gezondheidszorgstelsels ter wereld (nou ja. . . er waren wat wachtlijsten, en het onderscheid fonds/particulier was ook niet ideaal, maar dat was bijzaak). We hadden de beste bedrijven ter wereld, die leidend waren op hun terrein, en een goed personeelsbeleid hadden (Shell, Unilever, Hoogovens, KLM , NS, Stork, Philips, en later Daf/VDL, DSM en ASML). We hadden een prima post- en girodienst. Een efficiënte en humane belastingdienst, een van de beste ter wereld. Een uitstekend OV systeem. Ons onderwijsstelsel werd superieur geacht, en inderdaad scoorde onze jeugd op internationale lijstjes heel goed. We hadden de beste waterstaat en de meest efficiënte landbouw. We waren leidend in de wereldhandel en op verschillende wetenschapsgebieden. In verschillende sporten bereikten we de wereldtop: zwemmen, schaatsen, voetbal, judo, hockey, korfbal. . . waarin een klein land groot kan zijn! Het leidde tot een natuurlijk gevoel van nationale superioriteit.

Toen kwamen er wat barstjes in dat beeld. Het begong met de domme, rampzalige en misdadige oorlog in Indonesië. Daarover heen kwam de watersnoodramp in 1953 – was onze waterlinie wel zo goed? (maar dat leidde uiteindelijk tot een opnieuw superieur nieuw deltaplan). Toen kwam Sebrenica. En later het bombardement op Hawija. En sindsdien is het eigenlijk alleen maar slechter gegaan.

Nog steeds zijn we in een aantal zaken kampioen.Zo zijn we een van de meest efficiente belasting paradijzen ter wereld voor het witwassen van geld en het ontduiken van belastingen. We hebben de leidende rol in de drugscriminaliteit van Italië overgenomen. We zijn intussen recordhouder als het gaat om de tijd die we nodig hebben voor het vormen van een wettige regering. We hebben de meest hardvochtige en onrechtvaardige belastingdienst ter wereld (niet corrupt, dat is waar). Onze Raad van State is de belastingdienst daarin gevolgd. In Europa heeft Nederland dankzij Ruttes opstelling ten aanzien van het Corona herstelfonds en de migratieproblematiek de reputatie gekregen van het meest onbarmhartige land. Op klimaatgebied is Nederland in Europa het slechtste jongetje van de klas. In een aantal andere zaken behoren we thans tot de grauwe middelmaat: onderwijs, gezondheidszorg, defensie (we kunnen geen enkele missie meer aannemen), openbare orde, rechterlijke macht, OV. Maar we zijn nog steeds een van de rijkste landen ter wereld, en ASML, DSM en VDL bestaan nog.

Op de oorzaken van dit verval wil ik hier niet ingaan (lees het artikel van Mathieu Segers in De Groene Amsterdammer van 17 november, dat als inspiratie diende voor dit blog). Hier wil ik alleen benadrukken dat het gevoel van superioriteit dat we hadden over Nederland, en dat afstraalde op onszelf als Nederlander (een superieur mensensoort) met het verval van Nederland niet verdwenen is. Maar daar is nu geen basis meer voor (zo die er al ooit was), en dan ontaardt dit gevoel van superioriteit in hoogmoed. Rutte geeft ons daarin het voorbeeld: hij heeft in alle opzichten als regeringsleider gefaald (behalve in het overleven), en is niettemin van mening dat hij de beste persoon is om de problemen op te lossen. Kennelijk volgen we hem daarin als burger en kiezer.

Ik heb me natuurlijk afgevraagd wat mijn eigen rol in dit alles is. Ik ben en voel me een Nederlander en ben graag trots op mijn land. Ik vind het mooi als het Wilhelmus gespeeld wordt en de vlag wordt gehesen. Dat is eigenlijk heel vreemd, want ik waardeer patriottisme, laat staan chauvinisme, niet positief. Maar kennelijk maakt het deel uit van mijn persoonlijkheid. Ben ik dan ook hoogmoedig? Misschien wel, maar in alle eerlijkheid meen ik te mogen zeggen dat mijn hoogmoed niet voortkomt uit mijn patriottisme. Maar het is goed om waakzaam te blijven, want hoogmoed komt inderdaad vaak voor de val.

Bart Jan van Ettekoven, de hoogste bestuursrechter van het land. Van Ettekoven is diep door het stof gegaan over het falen van de Raad van State in een interview in Trouw d.d. 20 november. De foto straalt niettemin een (te?) grote mate van zelfverzekerdheid uit. Ik vond het een goede illustratie van ons zelfbeeld als Nederlander. (Beeld Werry Crone)

Tot elke prijs.

I have nothing to offer but blood, toil, tears and sweat.
(Winston Churchill)

Naar aanleiding van een aantal artikelen in De Groene Amsterdammer en NRC van vorige week kom ik te spreken over het volgende.

Volgens mij hebben veel politici geen flauw idee van de werkelijkheid, de context waarin ze beleid moeten voeren. Althans ze geven daarvan geen blijk in hun publieke optreden. Ik geef drie voorbeelden. Het eerste op het gebied van klimaat. Hier ken ik maar twee politici van wie ik vermoed dat ze weten waarover ze praten: Bas Eickhout (europarlementariër) en Esther Ouwehand (2e kamerlid). Over Frans Timmermans twijfel ik. Het plan dat hij namens de Europese Commissie lanceert, hoe radicaal ook, gaat lang niet ver genoeg om het klimaatprobleem werkelijk aan te pakken, terwijl hij dat wel beweert. Maar misschien weet hij wel beter, maar denkt hij alleen op deze manier nog voldoende te bereiken. Ik geloof daar niet in, maar dat terzijde. Wetenschappers worden wanhopig van alle politici die hun waarschuwingen niet serieus nemen (hoofdredactioneel commentaar en artikel van Jaap Tielbeke in De Groene). “Je zou Rutte wel eens wat klimaatangst willen toewensen.” (Jurriën Hamer in Trouw van Dinsdag)

Een tweede voorbeeld ligt op het gebied van de migratieproblematiek. Politici denken dat criminele netwerken van mensensmokkelaars de oversteek over zee in stand houden. Maar althans op de oversteek van West-Afrika naar de Canarische eilanden is daar geen sprake van. De migratiegolf wordt door de bevolking van Gambia en Senegal spontaan georganiseerd – daar komt geen crimineel aan te pas. Waarschijnlijk geldt hetzelfde voor overteek over de Middellandse Zee. (artikel van Lex Rietman in De Groene)

Een derde voorbeeld ligt op het gebied van de misdaadbestrijding, met name de bestrijding van de grote drugskartels. Waar je geen politicus over hoort is dat Nederland intussen ‘het rottende hart’ op dat gebied in Europa is, en dat dit komt door het financiële en fiscale systeem systeem dat we in stand houden op de Zuidas. Ondanks enkele beperkte maatregelen kan je Nederland op één lijn stellen met de beruchte belastingparadijzen. Dat maakt het mogelijk om alle zwart verdiende gelden door drugshandel hier moeiteloos wit te wassen. Onze politie doet verdienstelijk werk op dit gebied, maar met ons huidige financiële en fiscale stelsel is het dweilen met een aantal kranen open. De moorden op Martin Kok, Derk Wiersum, Peter R. de Vries en de broer van Nabil N. zijn slechts het topje van de ijsberg. (artikel van de gerenommeerde Italiaanse misdaad journalist Roberto Silviano in Opinie en Debat van NRC van afgelopen zaterdag en van Emile Kolthoff in De Groene).

Er zijn waarschijnlijk moeiteloos meer voorbeelden te bedenken, bijvoorbeeld op het gebied van de stikstofproblematiek, het windmolenbeleid, de aardbevingsschade in Groningen, kernenergie, tot voor kort de kinder- en jeugdzorg, CO2 opslag onder de grond, de situatie bij defensie, en zo meer en zo verder. Soms denk je: zouden ze nu echt niet beter weten, of doen ze maar aslof? Hoe dit zij, we kunnen geen vertrouwen in onze politici verwachten als ze zo duidelijk en zo vaak de plank mis slaan. Er zijn natuurlijk ook wel enkele politicic die op hun terreinen wel op de hoogte zijn (Pieter Omtzigt, Renske Leijten en wellicht enkele anderen) maar ze vormen de minderheid.

Ik geloof niet in leiders die de werkelijkheid ontkennen, of voor het publiek verdoezelen, en ik denk dat ik dat gemeen heb met het overgrote deel van de bevolking. Juist het beestje bij de naam noemen kan mensen danig motiveren. Een beroemd voorbeeld uit de geschiedenis is de rede van Churchill bij de aanvang van de tweede wereldoorlog; zie het citaat hierboven. Maar hij voegde er een visie aan toe – alleen dan motiveert het: You ask, what is our aim? I can answer in one word: Victory. Victory at all costs—Victory in spite of all terror—Victory, however long and hard the road may be, for without victory there is no survival. Wat is het doel in onze tijd, bijvoorbeeld in relatie met de klimaatontwrichting? Ik zou eveneens zeggen: de overwinning tot elke prijs, hoe lang en moeilijk de weg ook moge zijn, want daarzonder there is no survival. Overwinning in dit geval betekent niet dat we de klimaatverandering hebben overwonnen, maar dat we onszelf hebben overwonnen en individueel en collectief hebben gedaan wat werkelijk nodig is, en de prijs vrijwillig hebben betaald, zoals de Britten deden in de tweede wereldoorlog. Ik laat het aan ieders fantasie over wat die prijs zal zijn.