Categoriearchief: Filosofie

Geen mening.

Disclaimer.
Het geweld in Israël en Palestina gaat – uiteraard – gepaard met een golf van publicitair geweld. Op mij is aandrang uitgeoefend om ook mijn reactie te geven. Ik voel me daartoe niet geroepen – vanzelfsprekend keur ik net als iedereen de aanval van Hamas af, maar ik vind het wat goedkoop om het daarbij te laten. Ik heb al jaren geleden over het Israëlisch-Palestijnse conflict gepubliceerd.  Wie mijn inzichten en standpunt ter zake wil weten leze de desbetreffende passage in mijn boek ‘Voor niets gaat de zon op’ (pagina 401-405), of mijn blogs uit 1/2/13, 8/8/14, 22/8/14, 3/6/16 en 3/9/16, die op deze website zijn te vinden (trefwoord: Palestina). Hoewel deze publicaties dateren van jaren geleden en de situatie sindsdien alleen maar slechter is geworden, is mijn standpunt niet wezenlijk veranderd. 

Zoals ik twee weken geleden gelden al zei: wij nemen de wereld waar in tegenstellingen: licht-donker, boven-beneden, yin-yang, goed-kwaad en zo voort. Volgens Kant (Kritik der reinen Vernunft) is dat een eigenschap van onze geest, niet van de werkelijkheid op zichzelf. Niet alleen nemen we de fysieke wereld op deze wijze waar, maar ook onze ideeën en denkbeelden splitsen zich op in thesen en antithesen. Kant noemde dat antinomieën (onderling verbonden tegenstellingen), en vorige week stuitte ik op een van die antinomieën, namelijk de tegenstelling tussen vrije wil en natuurwetten. Kant noemde vier voorbeelden van dergelijke antinomieën, die door Wikipedia voortreffelijk worden samengevat, als volgt:

• 1e antinomie :
these – de wereld (universum) heeft in de tijd en in de ruimte een begin en een eind
antithese – de wereld is wat tijd en ruimte betreft onbegrensd.
• 2e antinomie
these – alles in de wereld (universum) bestaat uit enkelvoudige substanties
antithese – er bestaat niets enkelvoudigs, alles is samengesteld
• 3e antinomie
these – er bestaan in deze wereld (universum) oorzaken die uit (keuze)vrijheid voortspruiten
antithese – vrijheid bestaat niet, alles bestaat uit natuur(wetten)
• 4e antinomie
these – ergens in de reeks oorzaken van dit universum moet er een noodzakelijk wezen zijn
antithese – er is niets noodzakelijks in deze reeks, alles is toeval

Iedereen die gewend is af en toe eens na te denken over hoe hij/zij zelf en de wereld om hem/haar heen in elkaar zit zal wel iets in deze antinomieën herkennen. Het is goed om over deze antinomieën en andere tegenstellingen af en toe eens te reflecteren want dat bevordert de lenigheid van geest. Het voorkomt dat we al te star vasthouden aan opvattingen en standpunten, wat in het algemeen een belemmering vormt voor onderling begrip en harmonie. Nemen we als voorbeeld de vierde antinomie hierboven: als we ons rigide vastklampen aan hetzij de these of de antithese dan leidt dat al gauw tot dogmatisme, fundamentalisme of verkettering. En is dat niet het laatste waaraan we in deze wereld behoefte hebben? Actuele voorbeelden zijn de tegenstellingen Rusland-Oekraïne en Israël- Palestina. Als we de ene partij onvoorwaardelijk slecht noemen, en de andere partij onvoorwaardelijk goed, dan zal er nooit een oplossing komen. Food for thought.

Apocalypsofie

We moeten we niet handelen voordat het te laat is, maar omdat het te laat is.
(Extinction Rebellion, geciteerd door Lisa Doeland*)

In het verleden hebben velen mij gezien als een doemdenker. Zelf heb ik het nooit zo gezien. Een doemdenker voorspelt een toekomst waarin alles verloren is (doem). Ik heb mezelf altijd gezien als een realist: de werkelijkheid onder ogen zien, en daaruit conclusies trekken. Een voorbeeld daarvan is mijn blog van vorige week, dat eindigt met het goede nieuws.

Daarom spreken waarschijnlijk de artikelen van Lisa Doeland in Vrij Nederland en De Groene mij zo aan, die een inspiratie vormen voor dit blog. Zij heeft daarover ook een boek geschreven *). Een doemdenker, zo zegt zij, ziet in de toekomst een apocalyps: een ondergang van de wereld; in deze tijd: de vernietiging van de biodiversiteit zoals wij die kennen, en daarmee van vele dieren, planten en uiteindelijk de mensheid zelf. Maar zo zegt zij: dat is niet de eigenlijke betekenis van apocalyps. Het woord betekent ‘openbaring’. Bovendien is de apocalyps niet iets wat in de toekomst ligt, maar die is NU al gaande. En wat er nu wordt geopenbaard is de werkelijkheid zoals die is. Die wordt je echter alleen geopenbaard als je er echt naar kijkt, en blijft kijken ook als dat ongemakkelijk wordt (zoals Judy Allister al zei in ons boek De Aarde heeft koorts).

Een wezenlijk onderdeel van die werkelijkheid is de samenleving waarin we leven. En als we daarnaar kijken zien we dat die op verschillende terreinen verkeert in code rood: op het gebied van de democratie, op het gebied van oorlog en atoomdreiging, op het gebied van biodiversiteit en op het gebied van klimaat. Dan zien we ook de onwil van onze ‘leiders’ en vele burgers om deze situatie echt tot ons te laten doordringen. Als we dat namelijk wel zouden doen, zou ons denken, ons bewustzijn en ons gedrag veranderen. De paradox is: als we aandacht hebben voor de apocalyps NU, dan wordt de kans dat we de ondergang morgen voorkomen groter! Zoals Krishnamurti al zei: ‘zien is handelen’.

Dus ja, ondanks alle schoonheid en liefde in de wereld, en ondanks de onderstromen van mensen van goede wil, de apocalyps is nu al gaande. Dat onder ogen ziende en daarover nadenkend muntte Lisa Doeland de term ‘apocalypsofie’. En ik kan u een ding verzekeren: als u open gaat staan voor de apocalyps nu, en daarvoor open blijft staan, dan zal u niet alleen de materiële werkelijkheid buiten uzelf geopenbaard worden, maar ook die binnen u zelf (die u ook nog niet volledig kent, al denkt u misschien van wel). En uiteindelijk komt u dan ook dichter bij de metafysische wereld: de onzichtbare werelden achter de zichtbare wereld. Die zal ons in elk geval overleven. Of we daar dan zelf deel van zullen uitmaken? Ik denk van wel, maar daar zijn de geleerden het niet over eens.

Dit was mijn laatste blog voor mijn vakantie. Ik hoop u terug te zien op 13 juli, en ik mag toch hopen dat u in de tussentijd de huidige apocalyps als openbaring kunt ervaren. Er zit meer in dan op het eerste gezicht blijkt.

Mary Evans Picture Library / ANP | New Yorkers vluchten voor een tsunami in de film The Day After Tomorrow van Roland Emmerich, 2004

.

*) https://www.groene.nl/artikel/een-ander-einde-van-de-wereld
https://www.uitgeverijtenhave.nl/boek/apocalypsofie/

Het absolute kwaad.

Het kwaad in de wereld heeft me al lang gefascineerd. Ik heb daarover ook al herhaaldelijk gepubliceerd.*) Maar dezer dagen kwam ik er opnieuw over te denken, doordat ik het boek East of Eden van John Steinbeck herlees. Daarin komt een karakter voor, Cathy, die een personalisatie is van pure kwaadaardigheid. Dat is door Steinbeck zo overtuigend beschreven, dat ik tot de conclusie kwam dat dergelijke personen inderdaad bestaan.

Er zijn mensen die beweren dat het kwaad eigenlijk niet bestaat, zoals duisternis eigenlijk niet bestaat. Duisternis is slechts de afwezigheid van licht, maar op zichzelf is het niets. Zo zou kwaad slechts de afwezigheid van het schone en het goede zijn, maar op zichzelf niet bestaan. Het zou slechts een hersenschim zijn, een illusie. Ik geloof dat niet. De analogie met licht en duisternis gaat mank, omdat duisternis van zichzelf geen energie heeft, maar kwaad wel. Ik geloof dat het kwaad daadwerkelijk bestaat.

Voor dit blog maak ik een onderscheid tussen het relatieve kwaad en het absolute kwaad. Bij het relatieve kwaad spelen andere motieven mee dan alleen het zuiver kwaadaardige. Voorbeelden daarvan is de leugen waarmee een echtgenoot zijn vreemdgaan verzwijgt, of regeringen die willens en wetens problemen voor zich uitschuiven. Zelfs Poetin kan je zien als een manifestatie van het relatieve kwaad, omdat hij ook nog andere, min of meer begrijpelijke motieven heeft; hoewel in dit geval onduidelijk is of deze motieven uitsluitend een tactische dekmantel zijn van het absolute kwaad, of echt zijn gemeend.

Enkele voorbeelden van het absolute kwaad zijn: het met plezier martelen van gevangenen, het neerschieten van onschuldige burgers (in Bachmoet, en soms ook door Israëlische soldaten), het opzetten en financieren van en leiding geven aan de Wagner groep met pure vernietiging van mensenlevens als doel (Jevgeni Prigozjin), en het welbewust verzwijgen van klimaatschade door de eigen activiteiten van het concern en het zich met alle macht verzetten tegen maatregelen om die schade te beperken, terwijl de wetenschap daarover al sinds de jaren zeventig bij het bedrijf door eigen onderzoek bekend was (Exxon; bron: Trouw 13 januari j.l.); met andere woorden: bewust bevorderen van de ondergang van de wereld.

Het absolute kwaad bestaat dus. Dan rijzen er twee vragen: waar komt het vandaan, en waartoe dient het? Daarover een volgende keer.

Dode man in Bachmoet.

*) Zie mijn blogs van 21 juli 2022, 27 mei 2021, 8 augustus 2019, 9 februari 1917

Wat betreft het kwaad in de wereld , heb ik ook uitvoerig geschreven in hoofdstuk 3 van mijn boek Voor niets gaat de zon op, een blauwdruk voor een waardige wereld. Dit boek is tweedehands verkrijgbaar, of nieuw te bestellen bij de uitgeverij Elikser. Ook kunt u hoofdstuk 3 downloaden middels deze link: Hoofdstuk-3 : Download

Waar gaat het (ga ik) heen?

Hebben we nu een vrije wil of niet? In de discussie daarover gaat het doorgaans om de vraag of het bewustzijn primair is, of dat de vrije wil altijd vooraf gegaan wordt door door een hersenactiviteit. In dat laatste geval zou van een eigenlijke vrije wil geen sprake zijn., omdat die hersenactiviteit onbewust is en altijd door materiële oorzaken bepaald wordt. Lang geleden heb ik al gesteld dat deze visie mijns inziens berust op een dwaling, en in die mening word ik door vele gerenommeerde wetenschappers gesteund.

Maar veel interessanter vind ik de discussie over de relatie tussen vrije wil en predestinatie, voorbeschikking. Lang heb ik het begrip predestinatie geassocieerd met Calvijn (en tot op zekere hoogte Luther), maar bij nader inzien blijkt dat deze discussie al minstens duizend jaar eerder is begonnen (en misschien nog wel veel eerder). In de rabbijnse literatuur van na de Babylonische ballingschap wordt deze discussie met verve gevoerd, en ook bij de Stoa, de Essenen en de vroege Christenen speelde deze discussie een rol.

Als we het hebben over predestinatie moeten we onderscheiden tussen de voorbestemming van de mensheid (de wereld) als geheel, en de persoonlijke predestinatie van ieder mens persoonlijk. In het eerste geval wordt verondersteld dat het heelal zoals wij dat kennen met een zekere bedoeling is geschapen. Het ontwikkelt zich dan volgens een soort blauwdruk, een bouwplan, waarvan onder meer de wetten van de evolutie een manifestatie zijn. Eindtijd theorieën zijn van deze opvatting een voorbeeld, maar men kan ook in een bouwplan geloven zonder dat er van een eindtijd sprake is. Over de vraag of een bouwplan kan samen gaan met vrije wil kom ik later te spreken.

Persoonlijke predestinatie kan volgens mij niet samen gaan met vrije wil. De leer dat men al dan niet is uitverkoren is er een voorbeeld van, maar ook als de goddelijke genade ons daarvan kan bevrijden, is er geen sprake van onze eigen vrije wil. Natuurlijk kunnen we goede werken verrichten of juist slechte dingen doen, maar dat zou op zichzelf ook voorbeschikt zijn en dan kan je niet echt van vrije keuzen of beslissingen spreken. Ook als de leer van het al dan niet uitverkoren zijn je niet aanspreekt, kan je geloven in volledige voorbeschikking.

Vele theologen en filosofen hebben met dit probleem geworsteld. De Farizeeën geloofden in voorbeschikking, maar wilden toch de vrije wil niet opgeven (zoals de Sadduceeën en de Essenen deden). Zij moesten zich dus in allerlei filosofische en theologische bochten wringen om deze paradox te verklaren. Datzelfde geldt voor de Stoa, de Griekse tragedieschrijvers, en voor Hillel, Johannes de Doper en Jezus. Voor Augustinus was het duidelijk: die geloofde hartstochtelijk in predestinatie, zowel op collectief als op individueel niveau. Maar voor Thomas van Aquino was dat toch niet bevredigend, en ook de lutheranen hebben dit absolute standpunt gaandeweg verlaten. De befaamde strijd tussen Arminius en Gomarus ging hier ook over, waarbij Gomarus het absolute predestinatie standpunt innam.

In een volgende blog ga ik er op in waarom hierover nadenken voor ons belangrijk is.

Synode van Dordrecht

Vrij denken, ja. Samen leven?*)

Zolang miljoenen mensen niets anders zijn dan in ellende levende dieren is het woord humanisme alleen maar belachelijk en individualisme een gemeenheid. (Simone de Beauvoir)

In mijn vorige blog heb ik me afgevraagd hoe het komt dat de geestelijke leegte, die in de samenleving is ontstaan door de toenemende secularisering, niet is opgevuld door het humanisme of door de vrijmetselarij. Voordat ik daarop inga, eerst een opmerking vooraf. Het naoorlogse humanisme was, althans in Nederland, een antwoord op de vrees voor het nihilisme, dat eigenlijk al voorspeld was door Spengler, Schopenhauer en Nietzsche en in de zestiger jaren filosofisch onderbouwd werd door het existentialisme (Sartre). Volgens de humanisten was gebleken dat een nihilistische samenleving een goede voedingsbodem is voor het communisme, het fascisme en het nationaal-socialisme, omdat die schijnbaar houvast boden aan een geestelijk ontwortelde mens (en overigens ook een ogenschijnlijk antwoord boden op de heersende armoede). De traditionele godsdiensten konden dat houvast niet meer voldoende bieden. Na het echec van het nationaal-socialisme en het fascisme was die behoefte aan houvast onverminderd aanwezig. Des te merkwaardiger dat het humanisme geen wijdverbreide beweging is geworden. Hoe kwam dat?

Ik zie daarvoor twee redenen. In de eerste plaats was het humanisme, hoewel best wel maatschappelijk bewogen, toch voornamelijk een cerebrale beweging. Het bood geen directe aanknopingspunten voor het gevoelsleven, en ook geen praktische oefenmogelijkheid en rituelen, terwijl daar na het teloor gaan van de godsdiensten wel behoefte aan was. Die behoefte werd pas bevredigd door de New Age beweging in de zestiger en zeventiger jaren, en heden ten dage door activiteiten als yoga, bewustzijnstrainingen en dergelijke.

Een tweede reden is onder meer aangevoerd door Rik Pinxten, de voormalige voorzitter van het Humanistisch Verbond in België.**) Als reactie op de dictaturen van Hitler, Stalin en Mussolini werd sterk de nadruk gelegd op de waarde van vrijheid. Dat is nog steeds zo, zie bijvoorbeeld de website van het Humanistisch Verbond. Andere humanistische waarden als eerbied voor het leven (Schweitzer), de gelijkwaardigheid van alle mensen en broederschap/zusterschap, kregen daarbij te weinig aandacht. Dat gebeurde niet alleen binnen het humanisme, het was ook een trend in de samenleving in het algemeen. Dat heeft geleid tot het doorgeschoten individualisme, een gebrek aan solidariteit, het consumentisme en materialisme, en het tekort aan ecologisch bewustzijn. Tegen die maatschappelijke ontwikkeling heeft het humanisme geen tegenwicht geboden, en kon dus ook geen toevluchtsoord zijn voor diegenen die zich in toenemende mate onbehaaglijk voelden bij deze ontwikkeling.***)

Pinxten pleit daarom voor een NEED humanisme: Niet Eurocentrisch, Ecologisch bewust en met aandacht voor de waarde Duurzaamheid in vele betekenissen van dat woord. Dat is een lofwaardige poging, maar ik geloof dat het geen antwoord is is op de gesignaleerde leegte. Dat antwoord heb ik natuurlijk ook niet maar ik denk wel dat de eerste stap is dat we de leegte nader moeten onderzoeken. Zoals ik eerder heb betoogd denk ik dat we ergens in moeten geloven met hart en ziel, niet alleen met ons verstand. Hoe dat te bewerkstelligen is een andere zaak. Ik denk dat yoga en andere verworvenheden uit de New Age periode daarbij een rol kunnen spelen. Voorwaarde is wel dat die activiteiten verantwoord en professioneel worden toegepast.

Volgende week ga ik in op het maatschappelijk falen van de vrijmetselarij.

*) Vrij denken, samen leven: het motto van het Humanistisch Verbond
**) Rik Pinxten, Humanisme in woelige tijden, 2021
***) Al kan niet ontkend worden dat verschillende humanistische organisaties, zoals bijvoorbeeld Humanitas, Hivos en de humanistische geestelijke verzorging een belangrijke bijdrage leveren aan mensen in nood. Dat is echter weinig bekend bij wie er niet direct mee te maken hebben.

Het licht schijnt in de duisternis.*

Finis respondet principio
Het doel beantwoordt aan de oorsprong (Thomas van Aquino)

In deze sombere tijden is het makkelijk de moed te verliezen. Misschien niet als het gaat over ons eigen leven, maar wel als we denken aan de wereld als geheel en aan onze collectieve toekomst. Daarom vandaag een beetje filosofie (en theologie) om een en ander eens in een ander licht te plaatsen.

Wat is de zin van het leven? Deze vraag is makkelijker te beantwoorden als we de vraag stellen met betrekking tot ons eigen leven, dan als we hem stellen met betrekking tot het leven in het algemeen. Wat ons eigen leven betreft: ons leven heeft geen zin anders dan de zin die we er aan geven. Bij sommige mensen gaat dat vanzelf en onbewust, anderen moeten er naar zoeken. En bij weer anderen speelt deze vraag helemaal geen rol; ze leven zo maar een beetje voor de vuist weg. Maar in het algemeen kun je wel zeggen dat mensen streven naar geluk voor henzelf, en vaak ook voor hun naasten. Naar mijn overtuiging vind je het diepste geluk in de vervulling van je leven. Dat betekent dat je je talenten ontwikkelt en je unieke bijdrage levert aan de wereld.

Als we de vraag naar de zin van het leven stellen in algemene zin, wordt het lastiger. Natuurlijk, er is schoonheid en liefde in de wereld, en er wordt ook nog steeds nieuwe schoonheid gecreëerd. Maar anderzijds is er verschrikkelijk lijden. En bovendien: aan alles komt een eind, en dat eind lijkt nu wel heel dichtbij. Vele gevaren bedreigen ons: klimaatrampen, de ondergang van steeds meer ecosystemen, pandemieën, een atoomoorlog, chaos. Wat is de zin van het leven als alles toch ten onder gaat? Maar we kunnen daarentegen een paar dingen bedenken. In de eerste plaats: dit is een wereld van tegenstellingen. Hoe sterker de haat en het lijden, des te krachtiger de liefde. Dat zagen we met Covid en dat zien we momenteel duidelijk in verband met Oekraïne.

In de tweede plaats: het leven schijnt altijd weer terug te keren naar zijn oorsprong. De eik brengt eikels voort, en die eikel kan weer uitgroeien tot een eik. Dieren en mensen planten zich voort, en scheppen daarmee de condities voor de geboorte van weer een nieuw uniek wezen. Zo zou het kunnen zijn dat elk mens afzonderlijk en de mensheid als geheel weer terugkeert naar zijn (de) oorsprong. Als we deze gedachte goed tot ons laten doordringen beseffen we dat de dood dan niet het einde is van ons leven maar eerder de overgang naar een nieuw begin. Met deze gedachte in de lijdenstijd lopen we al enigszins vooruit op Pasen.

Er zijn nog wel meer lichtpunten in deze sombere tijd te bedenken, maar dat laat ik graag aan de lezer over.

*) Het licht schijnt in de duisternis en de duisternis heeft het niet in haar macht gekregen. (Joh. 1:5)

De gift van de oorsprong

Dit blog is het laatste deel van een serie die op 12 augustus is begonnen

En wat dacht je van het ervaren van de oorsprong door levendigheid, trilling, energie, ruimte, diepte te voelen IN het lichaam, op momenten van ge-waar-zijn, al dan niet in meditatie of yogahouding, of een moment van aandacht in het NU (Nanda, yogalerares, als reactie op mijn blog van 21 oktober, https://yoganandavanpraag.com).

Het vijfde aspect van ons als individu is onze persoonlijkheid. Het is de ordenende structuur, het referentiekader waarin de andere elementen hun plaats vinden dat ons door de oorsprong gegeven is. De persoonlijkheid is uniek voor elk van ons, zoals ook onze vingerafdruk uniek is, en we ontlenen er dan ook ons gevoel van uniciteit, van eigenheid aan.

Vanuit de psychologie is vaak geprobeerd de persoonlijkheid in typen te vangen. Zo onderscheidt Freud een orale, een anale en een fallische persoonlijkheidsstructuur. Jung onderscheidt tussen introversie en extraversie. Hippocrates onderscheidde tussen sanguinische, cholerische, flegmatische en melancholische temperamenten. Lowen beschrijft de schizoïde, orale, masochistische, hysterische, fallisch-narcistische en psychopathische karakterstructuur. Kretschmer onderscheidde tussen het pyknische, leptosome en atletische type. Soms proberen we onze persoonlijkheid te vangen in horoscopen. En zo voort en zo verder. Geen van deze typologieën dekt de hele werkelijkheid. Het zijn modellen die ons kunnen helpen inzicht te krijgen in iemands persoonlijkheid, zolang we maar niet de fout maken iemand in een hokje te stoppen. Dat dit niet kan ontdekken we als we onszelf in in een type proberen te vangen. Zij beschrijven allemaal een deel van de persoonlijkheid: karakter of temperament. Met uitzondering van de horoscopen zijn ze een product van nature (genen) en nurture (opvoeding en conditionering). De persoonlijkheid is echter een directe gift van de oorsprong.
Er is een typologie die de spirituele oorsprong van de persoonlijkheid in de beschrijvingen betrekt, en ook ons gedrag en de intra-persoonlijke interconnectie tussen de verschillende typen beschrijft. Ik doel hier op het enneagram. Voor een meer gedetailleerde beschrijving daarvan verwijs ik naar Wikipedia (https://nl.wikipedia.org/wiki/Enneagram) en A.H. Almaas en Helen Palmer.
Als het je bestemming is om na je fysieke overlijden voort te bestaan, dan is het je ziel die samen met je persoonlijkheid doorgaat. De andere elementen van je individualiteit gaan in grotere gehelen op: je lichaam in de aarde; je bewustzijn in de noösfeer (Vernadski, Teilhard de Chardin); het non-lokale bewustzijnsveld. De gedachten afstemmer trekt zich dan terug. Dit zijn natuurlijk maar vermoedens – zeker weten kunnen we het nooit. Ik denk daar in een later blog nog eens op terug te komen.

Met deze beschrijving van de persoonlijkheid wil ik deze serie over het heelal en de oorsprong van alles voorlopig afsluiten. Het was een ware pelgrimsreis. Niet alle vragen die ik op 12 augustus heb gesteld zijn aan de orde gekomen, maar volgens mij zijn we een heel eind gekomen. Het loont de moeite die vragen in dat blog er nog eens op na te slaan en bij wijze van evaluatie te kijken tot welke inzichten ze intussen leiden.
Het onderzoek heeft ons laten zien hoe alles met alles is verstrengeld (David Bohm). Ik spreek de wens uit dat deze serie u heeft geholpen uw spirituele bewustzijn te verdiepen, want dat is wat de wereld nodig heeft. Volgens David Bohm zal dit diepere bewustzijn het ons mogelijk maken diepgaande veranderingen door te maken. In elk geval heeft dit onderzoek mijzelf weer een stapje verder gebracht. En daarmee keer ik terug naar de wereld van alledag in blijvend ontzag voor het mysterie van het bestaan, dat we kunnen ervaren in de wereld om ons heen en in onszelf, als we daar onze onverdeelde aandacht op richten (zie het citaat van Nanda hierboven). De komende advents- en kersttijd is daar een bij uitstek geschikt seizoen voor.

Een beest met geest.

Dit blog maakt deel uit van een serie die op 12 augustus is begonnen

Wat is de mens? Een beest met geest (Pieter Jelles Troelstra)

Dit blog is een direct vervolg op het vorige, dat ik begon met een beschrijving van hoe wij als individu, als afspiegeling van het heelal, in elkaar zitten.

Het derde cluster binnen onze persoon is het bewustzijnscentrum. Dat is de plaats waar alle signalen van onze buitenwereld en uit onze binnenwereld samenkomen. Het wordt vaak aangeduid met de termen verstand, rede, psyche of geest, maar geen van die termen dekt de lading helemaal. (Het Engels kent de term ‘mind’, dat past beter; zie Google Translate voor alle betekenissen van het woord ‘mind’.) Het is de zetel van onze waarnemer, van ons redelijk vermogen, van ons geheugen en van onze kiezer (dus van de vrije wil). Het is een geweldig ontvang- en afstemmingsmechanisme. Signalen vanuit ons lichaam, onze ziel, het non lokale bewustzijnsveld waarvan we deel uitmaken, de gedachten afstemmer en de buitenwereld komen hier binnen en worden omgesmeed tot een samenhangend beeld. Daarom kunnen we lichamelijke en zintuigelijke gewaarwording, archetypen, gevoelens, gedachten, verlangens, begeerten, opvattingen, stemmingen, inspiratie, intuïtie, liefde en eenheidsbeleving ervaren. Ook worden we ons er bewust van onze grenzen en van de buitenwereld. In het bewustzijn liggen ook onze herinneringen, onze levenservaring, en onze aangeleerde normen en de manier waarop we de werkelijkheid waarnemen opgeslagen. Vandaar dat we onze identiteit soms ontlenen aan ons bewustzijn – we noemen dat ons ik-bewustzijn. Die ontlenen we overigens ook aan onze waarnemer en onze kiezer. Dat staat naast onze diepere identiteitsbeleving waarvan in het vorige blog sprake was (bij de ziel, daar noemde we dat ons ‘zelf’). Dat inderdaad van twee verschillende identiteitsbelevingen sprake is blijkt bij voorbeeld uit de uitdrukking ”Ik was mezelf niet”.
Het bewustzijn kan zich, evenals onze ziel, in ons leven ontwikkelen naar een hoger niveau van complexiteit; dat kan zich openbaren als wijsheid.
Sommige neurologen en hersenwetenschappers stellen het bewustzijn gelijk aan hersenactiviteit, maar dat is een grotesk misverstand. De hersenen zijn, samen met andere lichaamsdelen, het fysieke apparaat dat bewustzijn mogelijk maakt, maar het is niet meer dan een gigantische neurotransmitter, die de binnenkomende signalen vertaalt in beleving, en die gewaarwording omzet in waarneming.

Het vierde persoonscluster is de gedachten afstemmer, die ik in mijn blog van 21 oktober heb geïntroduceerd. Het is ons directe contact met de oorsprong. Deze wordt eveneens vaak met de term geest aangeduid, maar ook in dit geval klopt dat niet helemaal, omdat de term geest ook het bewustzijn omvat – zoals we hierboven hebben gezien. Het Engels gebruikt de term ‘spirit’; in christelijke kring wordt soms de term ‘inwoning van de heilige geest’ gebruikt. Voor hen die het transformatiespel kennen: deze afstemmer staat gelijk aan wat we daar noemen het spirituele niveau. Inspiratie, intuïtie, ons diepste geweten, onze innerlijke leiding, onze universele liefde, ons eenheidsbewustzijn, en onze verlichte inzichten, die zich alle in ons bewustzijn openbaren, worden van hieruit aangestuurd. De gedachten afstemmer kan een gevoel van beschermd-en-gedragen-worden oproepen, een gevoel van veiligheid. Als je er goed mee in contact staat verzacht het ook de in het lichaam gewortelde doodsangst.

Nu we met de beschrijving van onze persoon zo ver gekomen zijn kan het niet anders of er overvalt ons een diep gevoel van verwondering, ontzag bijna. Wat is dit een ongelooflijk complex en diepgaand systeem! Zijn wij dat? Ja dat zijn wij. En hoe houden we daarin het overzicht? Hoe komt het dat we niet verdwalen in onze eigen persoon? Daarvoor zorgt het vijfde persoonscluster, dat ik volgende week aan de orde zal stellen.

Lichaam en ziel

Dit blog maakt deel uit van een serie die op 12 augustus is begonnen

De ziel is wat we ervaren als we tot de kern van ons wezen komen (vrij naar Thomas Moore)

De Oorsprong van God en de Oorsprong van de ziel zijn een en de zelfde (Meester Eckhart)

Na ons (in)directe contact met de oorsprong van alles keren we nu terug naar onszelf als individu. We zijn een afspiegeling van de oorsprong en van het heelal. Ook wij bestaan uit miljarden eenheden; op onze schaal atomen genoemd (6,7 x 1027 om precies te zijn), en ook wij bestaan uit verschillende aspecten; spirituele en materiële. Om de atoomkernen cirkelen electronen, zoals planeten om de sterren. En ook wij vormen een eenheid, door de oorsprong geschapen.

Binnen die eenheid zijn vijf clusters te onderscheiden, aspecten van ons individuele zijn. Die clusters zijn alle beschreven vanuit verschillende invalshoeken: wetenschap (psychologie), dichtkunst, literatuur, filosofie, theologie en spirituele tradities. Dit zijn ze:

  • ons lichaam
  • onze ziel
  • ons bewustzijnscentrum (rede, ‘mind’)
  • onze gedachten afstemmer
  • onze persoonlijkheidsstructuur

Ik zal in dit en in de volgende blogs kort op elk van deze aspecten ingaan. Allereerst het lichaam.

Het lichaam is de plaats waar de levensenergie bij ons binnenkomt. De levenskracht komt na de conceptie bij ons binnen via de moeder, aanvankelijk direct, dan via de navelstreng. Bij geboren lichamen komt de levenskracht binnen in een aantal varianten: als energie in voedsel en zuurstof, en ‘onverpakt’ via het ki-centrum (boeddhisme), dat zich in de buik bevindt, ongeveer 4 cm onder de navel, hara in de Japanse traditie. Van daaruit wordt de levenskracht gedistribueerd via de chakra’s. Elk chakra geeft de energie een eigen kleur en kwaliteit mee, die in het bewustzijn kan worden herkend en ervaren (daar kom ik in het volgende blog op terug). Zodoende zijn de chakra’s ook de kracht centra van ons lichaam.

Dan de ziel. Het bestaan van onze ziel is omstreden, omdat het bestaan van de ziel niet volgens de methoden van de traditionele wetenschap kan worden aangetoond. Maar niettemin is het begrip ziel voor zeer veel filosofen, schrijvers, kunstenaars, spirituele leraren, een levende realiteit. De substantie van de ziel is noch spiritueel/geestelijk, noch materieel/fysiek, maar iets daartussenin. Het Urantia Book gebruikt de term morontial; verwant met ons woord mores, zeden. De ziel is ons zedelijk lichaam, dat wat ons mens maakt. De ziel openbaart zich in ons bewustzijn als onze diepste identiteit: ons zelf. Het woord ‘ziel’ wordt in de bijbel veelvuldig gebruikt, ter onderscheiding van zowel lichaam als geest, en het begrip leeft ook in het Hindoeïsme. Voor Jung is de ziel de anima, onze diepste vrouwelijke identiteit die in iedereen leeft, zoals de animus de ‘mannelijke’ geest is. Tevens is de ziel de bron van onze persoonlijke archetypen*), die zich in in ons bewustzijn en ons gedrag manifesteren. De ziel kan zich door ervaring ontwikkelen en dan samen met onze persoonlijkheidsstructuur onsterfelijkheid bereiken (zie mijn blog van 30 september).

Alleen al over de ziel zou een serie blogs zijn te schrijven, maar dat zou voor nu te ver voeren. Er is heel veel over te vinden op internet, onder andere bij ‘citaten over de ziel’. Volgende week ga ik verder met de andere aspecten van het individu.

*) Patronen van oeroude herkomst; zie Caroline Myss, Archetypen en Sacred Contracts. In dat laatste boek ook een verhelderend hoofdstuk over chakra’s.

Indirect contact met de oorsprong.

Dit blog maakt deel uit van een serie die op 12 augustus is begonnen

Ik ben de oorsprong (Krishna in de Bhagavad Gita, hoofdstuk X, vers 2)

Krishna en Arjuna

Ik ken maar twee geschriften waarin de incarnatie (menswording) van de oorsprong wordt beschreven: de Bhagavad Gita en de bijbel. In het eerste geval gaat het om Krishna, die beschreven wordt als de incarnatie van Vishnoe op aarde, maar zichzelf de oorsprong noemt (zie citaat hierboven). In het tweede geval gaat het om Jezus, die zichzelf niet de oorsprong noemt maar er in het evangelie van Johannes zeer dicht bij komt: hij begint een zevental uitspraken met de woorden ‘Ik ben’; dezelfde woorden die God gebruikt in antwoord op Mozes als die vraagt naar zijn naam (Exodus 3:14). Binnen en buiten het Christendom is de discussie over of Jezus alleen mens was, of een zoon van God, en daarmee God zelf, of beide tegelijk nooit uitgewoed. Het is goed te bedenken dat de oorsprong waarschijnlijk naast de schepselen in het waarneembare heelal talloze schepselen heeft geschapen in de onzichtbare werelden, onder wie wellicht zonen. Mijn persoonlijk vermoeden (gebaseerd op The Unrantia Book) is dat Jezus als Christus de incarnatie was van één van deze zonen. Dat impliceert dat volgens deze visie Jezus niet de Zoon is uit de drie-eenheid, die een aspect is van de oorsprong (zie mijn blog van 30 september), maar wel verwant is aan de oorsprong.

Hoe dit zij, zelfs als Krishna en Jezus incarnaties zouden zijn van de oorsprong, dan kunnen we toch geen direct contact met ze krijgen, omdat we niet in dezelfde tijd leven als zij. We kunnen ze alleen maar indirect kennen middels de overlevering. Wel kan bestudering van hun levens en de nagelaten teksten ons helpen in contact te komen met onze gedachten afstemmer, waarvan in het blog van twee weken geleden sprake was.

Er zijn in deze tijd vele spiritueel geïnspireerde mensen die ons eveneens met ons eigen weten in contact kunnen brengen. Ik denk daarbij aan guru’s, leraren, verlichte geesten. Wel is het belangrijk bij hen te onderscheiden tussen hen die werkelijk vanuit een dieper weten spreken, of ‘valse profeten’ die dat wel pretenderen, maar het niet waar maken. Het is alleen je innerlijke gids, je intuïtie, die dit onderscheid kan maken. Zelf heb ik veel te danken aan Krishnamurti, Caroline Myss, Jane Roberts (Seth), de Findhorn Community, Fritz Perls, Richard Bach en vele, vele anderen. Met een verlichte meester, Alexander Smit, heb ik direct persoonlijk contact gehad in een satsang (vraag- en antwoordsessie); dat heeft mij tot twee keer toe een wezenlijk persoonlijk inzicht opgeleverd.

Dat is een mooi bruggetje naar het volgende blog. Zo boven, zo beneden. In het volgende blog keren we vanuit het heelal terug naar onze eigen persoonlijkheid. Wat heeft de oorsprong ons te zeggen over de structuur van ons zelf als individu?