Maandelijks archief: januari 2016

Boos!

Dezer dagen werd ik weer eens geconfronteerd met iemand die hardnekkig alle geestelijke activiteit verklaarde uit hersenactiviteit. U  kent dat wel: vrije wil bestaat niet, bewustzijn bestaat niet, het denken, voelen, ervaren vindt plaats in de hersenen; alleen dat wat zintuigelijk waar te nemen en te meten is bestaat, enzovoort en zo verder. Als u het zo ziet staan klinkt het nogal extreem en dwaas, maar ik zou niet graag het aantal natuurwetenschappers en medici, en ook overigens weldenkende burgers, de kost geven die dit werkelijk geloven. Ik druk me verkeerd uit: die dit absoluut zeker weten. Alle wetenschap die zich met niet-materiële verschijnselen bezig houdt (zoals bijvoorbeeld de studie van P. van Lommel naar bijna doodservaringen, de acupunctuur of bepaalde gebieden uit de kwantummechanica) wordt door hen als niet relevant ter zijde geschoven. Ik ga die onzin in dit blog niet weerleggen, dat kunt u zelf wel (maar anders verwijs ik u naar hoofdstuk 3 van mijn boek ”Voor niets gaat de zon op . . . ‘). Waar ik het in dit blog over wil hebben is waarom dit verontwaardiging, ja zelfs woede, bij me opwekt, en waarom diegenen die dat beweren er zo hardnekkig aan vasthouden en ongevoelig zijn voor tegenargumenten. (Overigens blijk ik niet de enige te zijn die hier boos over wordt bleek me in een gesprek met een bankier).

Eerst wat mijn eigen gevoelens betreft. In de eerste plaats zijn dit soort beweringen denk ik een belediging voor mijn intelligentie; ze houden een zeker dedain in voor wie er anders over denkt. Éen voorbeeld: een zin als “het denken vindt plaats in de hersenen” slaat natuurlijk nergens op. In de hersenen vinden alleen maar chemische, elektrische en magnetische processen plaats, parallel aan het denken. Hoe de verbinding met de ervaring van denken tot stand komt is een onbegrepen mysterie.

In de tweede plaats denk ik dat dergelijke opvattingen maatschappelijk schadelijk zijn. Het opvatten van de wereld als een louter materiële werkelijkheid belemmert de spirituele bewustwording. En spirituele bewustwording is wat we in deze ontkerstende en geseculariseerde samenleving hard nodig hebben als bron voor een collectief handelen dat is gebaseerd op de waarden van ontzag en eerbied voor het leven, verwondering, respect voor de ander, broederschap/zusterschap en openheid van geest. Het ontmoedigt de gedachte dat we alles en iedereen kunnen controleren en manipuleren.

37766_struis3Mijn reactie doet me denken aan mijn  reactie op zogenaamde ‘experts’ die, – zelfs vandaag de dag nog! – ontkennen dat er zoiets is als ‘global warming – en, zoals de Nederlandse regering (en volgens Trouw van dinsdag 80 % van de Nederlandse bevolking)  de urgentie van dit probleem niet willen zien. Hoe geborneerd kun je zijn!

Zoals Robert Long al zong: het is allemaal angst. Dat valt bij het minder ontwikkelde deel van onze broeders en zusters nog wel te begrijpen en ook te billijken, maar dat een groot deel van onze zogenaamde elite het zo grondig laat afweten stemt treurig. Ik denk dat het in feite angst is die veel van onze ‘opinion leaders’ zo doet vasthouden aan evident niet kloppende denkbeelden. Waardoor ze niet het spirituele en wijze leiderschap kunnen uitoefenen, waaraan onze maatschappij zo dringend behoefte heeft.

Laat nog steeds de vraag open, waarom ik hier steeds maar weer zo ‘upset’ van word. Kan ik het niet van me laten afglijden? Kennelijk niet. Ik gaf hierboven daarvoor wat redenen, maar daarmee ben ik er nog niet uit. Het zelfonderzoek gaat door.

 

Typische gevallen van jammer. . . de kunst van leiderschap.

  • Kabinet wil, tegen vele adviezen in, een fusie tussen UWV en SVB. Voorspelbare effecten: kostenoverschrijdingen, administratieve chaos en vastlopende IT systemen.
  • Minister Kamp wilde zo graag twee zaken die weinig met elkaar te maken hebben (Tennet verbinding met windmolens op zee, en de splitsing van de electriciteitsbedrijven) tegen alle adviezen in per se regelen in één wet, die vervolgens in de 1e kamer werd verworpen. Gevolg: vertraging bij de uitvoering van het energieakkoord.
  • Minister Dijsselbloem sloeg alle adviezen aangaande COCO’s (contingent convertibles) in de wind en steunde zodoende het verzet van de banken tegen hogere kapitaaleisen, dat hij eerder vorig jaar  publiekelijk bekritiseerde.
  • Minister Van der Steur wil geen excuses aanbieden nadat hij ten onrechte de antropoloog Maat beschuldigd heeft  van ‘buitengewoon onsmakelijk en ongepast’ gedrag.
  • Een premier en een minister ven Verkeer en Waterstaat die willens en wetens instemmen met het beleid van de Europese Commissie om gesjoemel met uitstootnormen van auto’s onder het tapijt te vegen.
  • Sjoerd van Keulen, verantwoordelijk voor het miljoenendebacle bij SNS Reaal (verwacht verlies voor de overheid, de belastingbetaler, € 162)is wegens zijn deskundigheid herbenoemd als commissaris bij Heijmans bouwbedrijf.
  • De verdiepte aanleg van rijksweg 4 in het Westland blijkt onverantwoord. Nu moet er teveel grondwater worden weggepompt (tot in de eeuwigheid. . .  ?) met alle schade voor het milieu van dien. Als de natuur zich niet wil aanpassen aan onze plannen, dan leggen we onze plannen gewoon aan de natuur op.
  • Wanbeleid bij Meavita (thuiszorg) heeft de overheid (de belastingbetalers) 37 miljoen gekost. President-commissaris en senator Loek Hermans werd bijna benoemd als burgemeester van Zutphen, maar dat werd de bevolking toch wat te gortig.
  • Maar dat is niets in vergelijking met de schade bij Vestia (schade 2 miljard) Topman Eric Staal schikte voor € 1 mio)
  • De bestuurders van het ROC Leiden zetten, tegen alle adviezen in, een nieuwbouw neer, die bijna vijf keer zo duur  – € 223 – werd als begroot – € 46 -, die vervolgens niet voldeed. De school ging bijna failliet. Het is maar de vraag of de verantwoordelijken aansprakelijk gesteld kunnen worden.
  • De oplevering van de NZ-lijn  in Amsterdam loopt waarschijnlijk weer vertraging op, omdat het gekozen IT systeem (te) complex is, en vooralsnog niet goed werkt.
  • De meeste politici in dit land steunen een gedoogbeleid voor soft drugs, dat coffeeshops die gedoogd worden welhaast in de criminaliteit dwingt. In elk geval geldt dat voor hun toeleveranciers.

Tja. . .

Hoogmoed, roekeloosheid, tunnelvisie. . .

Kennelijk is het erg moeilijk om op topposities niet te verdwazen, al zijn er natuurlijk ook vele voorbeelden van leiders die de verleiding hebben weerstaan. Ik weet niet hoe ik het er zelf in een dergelijke positie afgebracht zou hebben. Zowel qua voorkomen, karakter als capaciteiten zou ik nooit voor een toppositie in aanmerking zijn gekomen – en ik heb er dan ook nooit naar gestreefd. Bescheidenheid past me dus, maar ik begrijp wel dat onder grote groepen in de bevolking het respect voor het leiderschap in onze samenleving is afgenomen.

De weg naar het einde. . .

Het was weer de tijd van de voornemens voor het nieuwe jaar. Maar u weet, de weg naar de hel. . . De weg naar de hemel ook trouwens. Waar we in feite naar toe gaan weten we natuurlijk niet – naar het einde in elk geval.

Wat houden die voornemens in? Eigenlijk komen ze allemaal op hetzelfde neer. Het zijn concretiseringen van ons verlangen een goed mens te zijn, of een beter mens te worden. Maar wat is goed, wat is beter? De meeste terroristen beschouwen zichzelf als goede mensen.

Er is  al decennia een discussie gaande over wie of wat een goed mens, een ‘Gutmensch’ nu eigenlijk is. Sinds de nazi’s deze termen als scheldwoord gebruikten voor mensen van goede wil, die zich verzetten tegen het nationaal socialisme, is het in populistische en extreem rechtse kringen nog steeds een populair scheldwoord voor weldenkende mensen (zoals Merkel bijvoorbeeld). Wat zij die dit woord als scheldwoord gebruiken zich wellicht niet realiseren is dat de tegenpool van de Gutmensch de Übermensch is:  de aristocraat, een heerser, eentje die zelf waarden schept, een roofdier met een sterk, nietsontziend karakter, voornaam en afstandelijk, maar bovenal: vrij van rancune. De gebruikers van het woord zijn schatplichtig aan Nietzsche, die het woord ‘Gutmensch’ heeft ingevoerd en heeft gesteld tegenover de Übermensch. Wie de Gutmensch veracht moet de Übermensch eren (Schnitzler in de Volkskrant, 30/9/2011). Het zich afzetten tegen de Gutmensch impliceert twee zaken: het zich afzetten tegen iedere vorm van altruïsme, zoals Nietzsche en in zijn voetspoor Ayn Rand doen (daarop is het neo-liberalisme gebaseerd), en een verlangen naar een sterke leider (terwijl diegenen die de term gebruiken zich juist afzetten tegen iedere vorm van elite. Maar zonder elite gaat het in de wereld niet).

Maar stel dat we wel degelijk mensen willen zijn van goede wil. Waar gaat het ons dan om? Willen we goede mensen zijn, of willen we goede dingen doen? In het eerste geval komt het erop aan de klassieke, kardinale deugden in onszelf te ontwikkelen: moed, gematigdheid, verstandigheid en rechtvaardigheid (deugdenethiek). Als we daarentegen ons willen richten op ons handelen dan kunnen we te rade gaan bij de plichtethiek van Kant: de categorische imperatief schrijft dan voor dat we zo behoren te handelen jegens anderen als we zouden willen dat die anderen jegens onszelf zouden handelen.

Zelf kan ik me in deze beide ethische theorieën niet zo goed vinden. Ze worden door mij ervaren als een morele druk, waartegen ik neig me te verzetten. Ik geloof meer in een persoonlijke ethiek waarbij we ons in elke situatie laten leiden door onze innerlijke gids, ons zuivere geweten (datgene wat we al wisten voor dat we onze normen hebben aangeleerd). Je zou dat ook een waarde ethiek kunnen noemen, voor zover dat geweten is gefundeerd op enkele boven-persoonlijke waarden. Deze ethiek vraagt een grote mate van bewustwording, en als we derhalve een ‘beter’ mens willen worden zullen we continu moeten werken aan ons (zelf)inzicht en openheid van geest. Diegenen die dat doen kunnen zich niet verbinden met godsdienstige of politieke ideologieën of een starre dogmatiek. Zij vormen misschien dan geen elite, maar zeker een voorhoede op weg naar het einde. Welk einde, wanneer? Misschien de dood, of het einde van onze beschaving. Maar het zou ook het einde kunnen zijn van onverschilligheid en destructie. Dat geloof ik.