Auteursarchief: erik.van.praag

De onderontwikkelde mensheid.

In de maanden februari en maart heb ik beschreven hoe we de klimaatontwrichting werkelijk onder ogen kunnen zien zonder onze veerkracht te verliezen. Een van de manieren waarop dat kan is om open te staan voor de bewustzijnstransformatie die al begonnen is, maar waarvan we ons nog weinig bewust zijn. Die bewustzijnstransformatie heb ik onder meer beschreven als een overgang van de overlevingsmodus naar een samenlevingsmodus. In dit blog ga ik daar verder op in.

Ik heb individuele bewustzijnsontwikkeling beschreven als een pelgrimsreis proces in zeven etappes.*) Je kunt die etappes onder meer kenschetsten aan de hand van de zeven chakra’s in ons lichaam en energiesysteem. Als we dat zelfde proces toepassen op de mensheid als geheel, dan zien we dat die niet verder is gekomen dan het tweede chakra.**) Het eerste chakra is het chakra van onze incarnatie en ons vermogen op aarde te overleven. Het tweede chakra is het chakra van onze identiteit , onze uniciteit en en onze autonomie, waarzonder geen keuzevrijheid mogelijk is.

De daaropvolgende chakra’s zijn wel bij sommige individuen en kleinere gemeenschappen, maar bij de mensheid als geheel niet of nauwelijks tot ontwikkeling gekomen (en ook in het algemeen niet bij het merendeel van onze leiders). Het derde chakra is het chakra van het zelfbewustzijn en van de menselijke waardigheid. Daarmee is het ook het chakra van ons hogere levensdoel: waartoe we op aarde zijn. Het vierde chakra is het chakra van het hart: van barmhartigheid, medeleven, onbaatzuchtigheid. Het zijn deze chakra’s waarvan de collectiviteit zich onvoldoende bewust is. Dat geldt a fortiori voor de daarop volgende chakra’s.

Dat heeft nogal ernstige consequenties. Het betekent dat we als mensheid eigenlijk geen idee hebben wat onze taak is op deze wereld en dus ook niet van waar we naar zouden moeten streven of wat we zouden moeten scheppen. Ook betekent het dat de mensheid als geheel in ernstige mate tekort schiet in de zorg voor elkaar en de natuur. Er zijn wel enkele ideeën vanuit de traditionele godsdiensten (rentmeesterschap, de juiste arbeid, ‘de mens leeft niet bij brood alleen’) en vanuit de ethiek van inheemse religies (eerbied voor de natuurgeesten en de voorouders), maar op mondiale schaal stelt dat weinig voor. Op individueel niveau zijn er natuurlijk wel mensen te vinden die deze chakra’s op zijn minst gedeeltelijk hebben ontwikkeld. Dat lijkt me echter een weliswaar groeiende maar toch nog kleine minderheid. Ten gevolge daarvan ervaren veel mensen weinig voldoening en levensvervulling. En dat leidt er weer toe dat er veel gecompenseerd wordt op het niveau van de onderste twee chakra’s. Vandaar verschijnselen als overmatig individualisme en eigenbelang, nationalisme, materialisme, primitief stambewustzijn (persoonsverheerlijking, het in extreme mate belang hechten aan voetbalevenementen en festivals, waar ik op zichzelf niets tegen heb), het afhankelijk zijn van onmiddellijke behoeftebevrediging, het succes van autoritair leiderschap. We zitten in de overlevingsmodus. Ik zie niet hoe we vanuit die modus op een zinvolle en creative manier kunnen omgaan met de ernstige problemen van deze tijd: klimaatontwrichting, ongelijkheid en migratie.

Hoe zal het verder gaan? Zullen we als het ware ‘vanzelf’ en tijdig tot de benodigde bewustzijnstransformatie komen? Of moeten er daarvoor eerst grote rampen plaats vinden? En wat is er het nut van om dit alles onder ogen te zien? Wel, in de eerste plaats kan het ons stimuleren na te gaan hoe het eigenlijk bij onszelf zit met de ontwikkeling van de chakra’s. Bijvoorbeeld: blijft onze barmhartigheid uitsluitend bij woorden, of doen we daar ook iets mee? Daarnaast kan het nooit kwaad eens stil te staan bij de staat van de wereld om ons heen. Soms brengt ons dat in beweging.

Chakra’s, van onder naar boven: wortel (overleven), heiligbeen (autonomie), solar plexus, hart, keel, voorhoofd, kroon.

*) Erik van Praag, Op weg naar jezelf . . . een pelgrimsreis in zeven etappes, 2015

**) Dit idee is me aangereikt door Daniel Sheehan, Humanity Rising, aflevering 260, d.d. 1-6-21

Dankbaarheid, mysterie, wijsheid

In mijn vorige blog schreef ik over de heilzame werking van dankbaarheid voor jezelf en de wereld, maar er rijzen wel wat vragen. Wie of wat ben je dankbaar en wie is het die dankbaar is. En wat is dankbaarheid eigenlijk?

Om met de laatste vraag te beginnen: dankbaarheid gaat met gevoelens gepaard maar is zelf geen gevoel. Wat is het dan wel? Een reactie, een houding, een geestesgesteldheid? Het is een karaktertrek die verwant is aan andere karaktertrekken, zoals barmhartigheid en verantwoordelijkheid, die bij ons allemaal in potentie aanwezig zijn en die we al dan niet kunnen ontwikkelen. Samen geven ze het tamelijk abstracte begrip ‘ziel’ meer inhoud. Misschien is het niet van belang dit alles te weten, maar het is wel leuk er eens over na te denken. Dat leidt bijna vanzelf tot de vraag: wie is het die dankbaar is? Dan komen we tot het inzicht dat dankbaarheid onze hele persoonlijkheid omvat. En tot de klassieke vraag, waarmee elke spirituele zoektocht begint: wie is die persoonlijkheid; wie ben ik? Maar op dat raadsel ga ik in dit blog niet verder in.

Daarentegen stel ik de andere vraag: – wie of wat ben je dankbaar? – nu wel aan de orde. Wie ben ik dankbaar voor al het goede in mijn leven, en voor alle uitdagingen die het leven me stelt en gesteld heeft? Mijn ouders? Gaia? God (maar ik geloof niet zo aan een persoonlijke God als ‘first source and center’ *). Het leven zelf dan? Ik voel wel wat voor al die mogelijkheden tegelijkertijd, maar erg duidelijk is het me niet. Wat ik wel weet is, dat ik me tegenwoordig geborgen en gedragen voel ( vroeger, in de eerste helft van mijn leven, was dat minder). Maar misschien is dat niet door één instantie, maar door een collectiviteit, die ik lokaliseer ergens in de onzichtbare, subtiele werelden. Het woord ‘lokaliseer’ is eigenlijk niet goed gekozen, want ik heb geen idee waar die collectiviteit zich bevindt.

Eigenlijk loopt ook deze vraag – wie ik dankbaar ben – dus op een niet opgelost raadsel uit. Als ik dat wat minder banaal wil zeggen: op het mysterie dat aan dit bestaan ten grondslag ligt. Ik denk dat het goed is als we ons van tijd tot tijd van dit mysterie bewust zijn, in verwondering en ontzag, en beseffen dat niet alles logisch, wetenschappelijk te verklaren is. Dat zeg ik als wetenschapper, die wetenschapsmethodologie als specialiteit had, en groot vertrouwen had en heeft in de wetenschap. Maar ons beperken tot de empirische wetenschap als bron van kennis leidt zeker niet tot wijsheid. Sterker nog, dat staat de ontwikkeling van wijsheid in de weg, terwijl wijsheid, zoals ik in mei betoogde, juist is wat we elk voor onszelf, en als collectiviteit meer dan wat dan ook in de wereld nodig hebben.

Het heelal

*) Een term uit The Urantia Book, 1955. Een kosmologie, ook in vertaling verkrijgbaar. Misschien kom ik hier later nog eens over te schrijven.

Dankbaarheid

Dankbaar moet je zijn (Robert Long)

Over dankbaarheid is ontzettend veel geschreven. Wat zou ik daar nu aan kunnen toevoegen? Ik heb wel eens vaker gezegd dat ik in al mijn publicaties nooit iets heb gezegd dat niet al veel eerder was gezegd, en vaak aanzienlijk beter – soms ook door mezelf, maar dat ben ik dan vergeten. Mijn creativiteit ligt dan ook niet in iets nieuws bedenken, maar in het op een nieuwe manier bij elkaar brengen van bestaande stukjes, en die zodoende toegankelijk maken. Zoals de losse stukjes van een kaleidoscoop ook steeds een nieuw patroon aannemen bij het draaien van de kaleidoscoop. Dus vooruit dan maar; toch nog iets over dankbaarheid.

Ik weet niet meer sinds wanneer ik bewust een dankbare grondhouding heb, maar het is in elk geval al heel lang. Er is zoveel in het leven waar ik dankbaar voor ben – uiteindelijk komt dat neer op dankbaarheid voor het leven zelf. Ik heb in mijn leven ook wel nare dingen meegemaakt, maar uiteindelijk kan ik van al die zaken de waarde wel inzien, en ben dan ook daarvoor dankbaar. Vele godsdienstige tradities – met name Jodendom, Christendom en Islam – nodigen je uit om dankbaar te zijn voor alles wat je in het leven meemaakt. Maar daar heb ik toch wel moeite mee. Dankbaarheid dreigt zodoende een verplichting te worden, in plaats van iets dat spontaan opwelt, als we er maar aandacht voor hebben. Luister in dit verband eens naar het briljante liedje van Robert Long, (YouTube; zie citaat hierboven).

Je kunt zeggen dat alle vreselijke dingen die in de wereld gebeuren ook deel uitmaken van mijn leven: ik word er mee geconfronteerd via de media en word daardoor geraakt. Voor veel van die zaken kan ik echter niet dankbaar zijn: domheid, onverschilligheid, wreedheid, geweld. En ook niet voor de vreselijke (hongers)nood en ellende waarin vele van onze medewereldburgers verkeren. Ik kan wel zien dat die zaken ook positieve effecten hebben; al was het maar dat ze ook edelmoedigheid en mededogen ten aanzien van de slachtoffers oproepen en ons de schoonheid en goedheid die er in het leven ook is extra doen waarderen, en ons doen beseffen hoe bevoorrecht we zijn. We leven nu eenmaal in een wereld van tegenstellingen, misschien is het kwade en het lelijke nodig als balans voor het goede en schone. Maar voorshands is dit een gedachteconstructie die bij mij niet leidt tot spontaan opwellende dankbaarheid. En dat is jammer, omdat dankbaarheid ook een dempende werking heeft op ergernis, boosheid, woede of geweld en daardoor kan bijdragen tot een harmonieuze wereld.

Een denkertje tot slot: is het niet vreemd dat we als iemand ons bedankt vaak reageren met: ‘Geen dank!’ (‘Don’t mention it’)? Dank ontvangen is ook nog wel een dingetje. Daarom: ‘graag gedaan’ (You’re welcome) lijken me betere antwoorden.

Openheid van geest

Zo ben ik dan aan het einde gekomen van mijn zoektocht naar wijsheid, die begon met de constatering dat het in onze wereld aan wijsheid ontbreekt, en dat dit een belangrijke oorzaak is van de narigheid in deze wereld. Om de manifestatie van het archetype van de wijze in onszelf te bevorderen lijkt openheid van geest de belangrijkste voorwaarde; met name open staan voor de bewustzijnstransformatie die in deze wereld gaande is, waarover ik heb geschreven in mijn blogs van van 29 april tot 20 mei.

Mensen met een gesloten denksysteem zullen niet gevoelig zijn voor deze boodschap. Zij komen in vele varianten voor: gelovers in een neo-liberale economie, complotdenkers, fundamentalisten, dogmatici van allerlei soort, materialisten, idealisten, populisten, sekteleiders en hun volgers; waarschijnlijk nog veel meer. Zij die uitgesproken denkbeelden hebben over een betere wereld moeten ook oppassen niet in de valkuil van het totale denken te vallen.

Een bijzondere categorie van mensen met een gesloten denksysteem zijn mensen die we kwaadaardig noemen: misdadigers, verkrachters, mensen die (met wellust) martelen en folteren, mensen die (ritueel) kindermisbruik organiseren of daar aan deelnemen *), kwaadwillende dictatoren, enz. Ik vind het als regel moeilijk deze mensen te begrijpen; ik kan me moeilijk inleven in hun motieven, laat staan me met hen identificeren, en als zodanig staan ze mijn eenheidsbewustzijn in de weg. Het doet me denken aan de volgende persoonlijke ervaring.

Toen ik kanker had deed ik een visualisatie waarbij mijn witte bloedcellen de strijd aangingen met mijn (kwaadaardige) kankercellen en daarbij als overwinnaars uit de bus kwamen. Hoewel ik volledig van mijn kanker ben genezen, vind ik dit achteraf bezien toch een dubieuze methode, want door de strijd aan te gaan geef je beide partijen energie. Overgave (aan wie of wat? ) of strijd – dat is de kwestie. De volgende metafoor kan ons bij dit dilemma behulpzaam zijn. Het kan zinvol zijn ons te identificeren met Gaia, en de mensen op aarde te beschouwen als onze kinderen of cellen. Alle mensen. Dan kunnen we beseffen dat sommigen van onze eigen kinderen (of cellen) ons pijn doen en schaden (zoals kankercellen ons lichaam schaden), maar het zijn wel onze kinderen. Door ons dit te realiseren kunnen we de verbinding met deze kinderen herstellen, zonder te vervallen in strijd, in de wetenschap dat we deze kwaadaardige processen wel zullen overleven. Maar we hoeven hun denken en gedrag niet met de mantel der liefde te bedekken. Voor zover ze kwaadaardig zijn laten ze zien dat het kwaad echt bestaat. Waar dat vandaan komt is een andere vraag.**)

Samenvattend: ik denk dat mensen met gesloten denksystemen moeilijk door andersdenkenden zijn te bereiken. Maar dat betekent niet dat we niet zelf naar openheid en ontvankelijkheid kunnen streven. En met deze opwekkende gedachte besluit ik mijn miniserie over het archetype van ‘de wijze’.

*) Er zijn veel complottheorieën gaande over ritueel kindermisbruik, zoals dat het massaal voorkomt in netwerken van de hoogste kringen in onze samenleving. Ik geloof dat dit sterk overdreven is, maar dàt het voorkomt leidt m.i. weinig twijfel, zie: Sanne Terlingen van Argos op https://www.youtube.com/watch?v=vwgTuxdBvFg

Dwaasheid

Als iemand onder u denkt dat hij wijs is in deze wereld, laat hij dwaas worden, opdat hij wijs zal worden. (1 Kor. 3:18)

In mijn vorige blogs heb ik beschreven hoe we wijsheid kunnen bevorderen in onszelf en in de wereld. Vandaag ga ik in op wat het ontdekken en manifesteren van het archetype van ‘de wijze’ in ons in de weg staat. Ik zie de volgende belemmeringen:

  • heftige gevoelens die het bewustzijn domineren (verliefdheid, euforie, dweepzucht, verontwaardiging, woede, weerzin, angst)
  • stellige meningen, vooroordelen
  • morele oordelen, met name als ze uitmonden in gevoelens van superioriteit (ik ben beter dan hij/zij)
  • kennis, met name dogma’s, en het idee de waarheid in pacht te hebben
  • eigendunk, ijdelheid
  • gehecht zijn aan materie, maar ook gehechtheid aan comfort, gewoontes, en zelfs gehechtheid aan geliefde anderen
  • openlijk of onbewust gericht zijn op eigenbelang ten koste van anderen (macht, positie, gelijk krijgen, status)
  • irritatie
  • enzovoort. U kunt zelf de lijst nog wel aanvullen.

Niets menselijks is ons vreemd. Ikzelf herken me in bijna elk van de bovengenoemde belemmeringen, die veroorzaken dat ik maar zelden als wijze spreek of handel. Ik ben te vaak geïrriteerd over problemen met websites of mijn computer of over apparaten die niet werken. Ook ben ik vaak verontwaardigd over wat onze leiders of mijn medeburgers doen of nalaten. Ik vind hun gedrag nogal eens harteloos, laf of rondweg dom. Vaak leidt dat tot woede, oordeel of cynisme. Als ik dat te vaak uit, of erger, onderdruk, leidt dat tot een negatieve uitstraling in mijn omgeving. Anderzijds wil ik mijn verontwaardiging ook niet echt kwijt. Het is, weliswaar verwrongen, toch ook een uiting van mijn betrokkenheid. Maar tot wijsheid leidt het niet.

Nodig is enige distantie en een meer stoïcijnse houding: aanvaarden van het onaanvaardbare. Dan geef ik zowel mijn liefde als mijn intuïtie meer kans. Maar dat is gemakkelijker gezegd dan gedaan. En of ik daarmee een bijdrage lever tot wijsheid in de wereld? In deze verwarring eindig ik dit blog.

© Rider Waite Tarotkaarten

Wat is wijsheid? – II

Een thema voor hemelvaartsdag

In mijn vorige blog heb ik een aantal aanwijzingen gegeven met behulp waarvan we het archetype van de wijze (gids, meester, onderzoeker) in onszelf kunnen ontdekken. In dit blog deel ik enkele inzichten waartoe ik zelf door dit proces gekomen ben.

Om te beginnen: wijsheid is geen gevoel. Het verschilt van begrippen als compassie en liefde die wel een sterke gevoelscomponent hebben. Het lijkt meer op een kwaliteit als moed: een manier van antwoorden op de buitenwereld. Dat antwoord is bij wijsheid altijd gebaseerd op intuïtie, niet op kennis of ervaring. Kennis en ervaring vormen niet in elke situatie een geschikte leidraad, daar de omstandigheden van een nieuwe situatie nooit helemaal overeenkomen met die van eerdere situaties.

Mijn ervaring met intuïtie is dat het niet zo makkelijk te onderscheiden is van invallen die gebaseerd zijn op ervaring, kennis, of probleem-analyse. Maar zoals men zegt: wijsheid komt met de jaren, en op den duur leer je dat onderscheid wel maken. In mijn ervaring komt intuïtie altijd met gevoelens van juistheid en zekerheid die bij reacties gebaseerd op andere bronnen – als we de tijd nemen er bij stil te staan – ontbreken. Bovendien is het voor zover ik me kan herinneren nooit gebeurd dat mijn uitspraken of beslissingen als ze gebaseerd zijn op intuïtie slecht uitpakken voor mij of anderen – integendeel, ze blijken altijd heilzaam, wat je van reacties gebaseerd op kennis of ervaring niet steeds kan zeggen. Vandaar dat ik me in mijn leven vaak geleid of gedragen voel. Door wie? Interessante vraag.

Wijsheid opent de deur naar diepere bronnen van weten: het geweten dat vooraf gaat aan conditionering, en een weten over de wereld om ons heen. Zo kunnen we door middel van wijsheid open gaan staan voor het mysterie: dat wat we niet kunnen begrijpen met ons verstand en gevoelens van ontzag, eerbied en ontroering oproept. Wijsheid doet ons inzien dat er aan de wereld om ons heen fysieke en mystieke wetten ten grondslag liggen en dat op die manier de scheppende oerkracht – het Systeem*) – zich aan ons openbaart. Zo vormt wijsheid ook de bron van eenheidsbewustzijn en verschaft het ons toegang tot de subtiele, onzichtbare werelden.

Er is meer over te zeggen, met name over wat de manifestatie van onze wijze in de weg staat. Daarover een volgende keer.

© Caroline Myss – Archetype kaarten

*) Systeem! Gij spitst geen oog of baard
en draagt geen slepend kleed;
hij die in u een mens ontwaart
misvormt u naar zijn eigen aard
waar hij ook niets van weet.

Systeem, ik noem u dus geen God,
geen Heer of ander Woord
waarvan men gave en gebod
en wraak wacht en tot wiens genot
men volkeren vermoordt.

Systeem! Lijf dat op niets gelijkt,
aard van ons hier en nu,
ik voel mij diep door U bereikt
en als daardoor mijn tijd verstrijkt
ben ik nog meer van U.

(Leo Vroman, Psalm 1)

Wat is wijsheid?

De wijze heeft nooit een eigen mening. (LaoTse)

Om wijsheid te bereiken, moet je elke dag dingen wegdoen. (Lao Tse)

Mijn vorige blog eindigde ik met de constatering dat het bij onze bestuurders en in de samenleving als geheel, ook bij mezelf, schort aan wijsheid. Dat roept de vraag op is: wat is wijsheid, en waar halen we die vandaan?

Over wijsheid is zeer veel geschreven – en uiteraard heb ik slechts een fractie daarvan gelezen. Ik ga voorbij aan de inheemse culturen, waarin veel wijsheid verborgen ligt, waar ik onvoldoende van af weet. Ik beperk me derhalve ter inspiratie tot enkele geschreven bronnen. Ik ga niet diep op elk van die bronnen in, dat zou een heel boek vergen in plaats van een blog van 600 woorden.

Wijsheid is de eerste van de vier kardinale deugden (Plato, Aristoteles). Wijsheid (het uiteindelijke inzicht) is ook de centrale waarde in het Boeddhisme en we vinden het in het achtvoudig pad. Zowel de eerste stap – het juiste inzicht – als de laatste stap – de juiste aandacht – bevatten veel wijsheid.1) Dan wijs ik op de Christelijke bronnen: de bijbelboeken Spreuken (in het bijzonder de paragrafen 8 en 9) en Prediker. Je zou ook nog kunnen kijken naar de Deuterocanonieke boeken Wijsheid en Wijsheid van Jezus Sirach, maar voor mij voegen die niet veel meer toe na het boek Prediker. Vervolgens zou je kunnen kijken naar enkele gnostische teksten. Daar wordt wijsheid vaak gezien als de vrouwelijke kant van de Schepper – soms geïdentificeerd als de Heilige Geest, soms onder hellenistische invloed als de goddelijke Moeder: Sophia. Wijsheid zou dan de macht zijn in wie Gods scheppingskracht is ontvangen, geconcipieerd. Dat heeft een belangrijke consequentie: want dan zou wijsheid in de schepping – en dus ook in ons – zijn ingebouwd.2)

In de vrijmetselarij begint persoonlijke ontwikkeling met zelfonderzoek en dat moet geleidelijk tot wijsheid leiden (zonder dat dit begrip nader wordt gepreciseerd). Maar de leerling wordt gewaarschuwd: ‘Weet dat in wijsheid veel verdriet schuilt, en dat hij die kennis vermeerdert ook smart vermeerdert.’

In de Joodse kabbala komt wijsheid aan het begin van de weg aan de orde: als de Shekina, de wortel van de levensboom en de vrouwelijke energie van God, en dan daarna op het zesde niveau: als de sefira Hokmah, wijsheid. Een opmerkelijke parallel met het Boeddhistische achtvoudig pad.3)

Maar we vinden de wijsheid natuurlijk niet in geschriften. Die kunnen ons inspireren, maar uiteindelijk vinden we de wijsheid in onszelf. In ieder van ons bevindt zich het archetype van de wijze (gids, meester, onderzoeker). We kunnen dat opsporen met behulp van de volgende vragen om over na te denken:

  • Denk eens terug aan drie keer waarop je het archetype van de wijze tot uitdrukking hebt gebracht
  • Bedenk eens drie plaatsen in de wereld of in je persoonlijk leven die wanhopig dit archetype nodig hebben
  • Herken de keren waarop je iets hebt zien gebeuren vanuit dit archetype
  • Word je bewust van wat je door deze vragen te weten bent gekomen over het archetype ‘de wijze’ en deel dat met een of meer anderen.4)

Kortom, mediteer en contempleer erop – dan zal je jouw archetype zeker vinden. Je zult dan ontdekken dat wijsheid is gelieerd met onthechting, een ‘helicopter-view’, rechtvaardigheid en compassie. Vandaar dat het ontwikkelen van wijsheid een mooie basis vormt voor de noodzakelijke bewustzijnstransformatie, waar ik op 25 maart over schreef. Een goede manier om deze meditatie of contemplatie te beginnen is om te luisteren naar de O-antifioon ‘O Weisheit’ van Arvo Pärt 5). Doe het, en doe het vaak, zo niet voor jezelf, dan voor die wereld, want die heeft je wijsheid hard nodig.

Socrates

1) Zie bijvoorbeeld Erik van Praag, Spiritueel~Leiderschap, pg 134 e.v., of Wikipedia. Overigens worden de stappen van het achtvoudig pad als regel niet achtereenvolgens, maar min of meer gelijktijdig beoefend.

2) Zie Elaine Pagels, De gnostische evangeliën, pag. 41 e.v.

3) Sefiroth zijn de lichten van de levensboom door middel waarvan Gods energie de aarde overstraalt. Zie Erik van Praag, Op weg naar jezelf, een pelgrimsreis in zeven etappes.

4) Zie Humanity Rising, dag 220, https://ubiverse.org/documents/humanity-rising-day-220—recording

5) https://www.youtube.com/watch?v=GBiZgy_H7fo. De tekst luidt: O Weisheit, hervorgegangen aus dem Munde des Höchsten, die Welt umspannst du von einem Ende zum andern, in Kraft und Milde ordnest du alles: O komm und offenbare uns den Weg der Weisheit und der Einsicht. O Weisheit.

Quo usque tandem?

Waar was de kamer? Waar waren de kiezers?

Ach, waren alle menschen wijs en wilden daarbij wel, de aerd waer haer een Paradijs! Nu isse meest een hel. (Dirk Camphuysen)

Er is de laatste tijd veel – terechte – kritiek op Rutte, op zijn kabinet, op het toeslagenbeleid en het Coronabeleid van de regering. Er is zoveel over geschreven dat ik er eigenlijk aan voorbij had willen gaan – maar nu heb ik toch besloten het in een wat breder perspectief te plaatsen. Er is namelijk wel wat meer aan de hand. Maar om daar iets zinnigs over te zeggen heb ik deze keer een wat langer blog nodig (bijna 1000 woorden!). Mijn excuses daarvoor.

Laten we beginnen met eens een (onvolledige) lijst te maken van wat er allemaal is misgegaan tijdens de kabinetten Kok I en II, Balkenende I-IV en Rutte I-III.

  • het omarmen van de neo-liberale ideologie: het primaat van economische groei en de heilzame werking van de gedereguleerde markt wat geleid heeft tot een vergroting van de kloof tussen arm en rijk, en tot een onherstelbare milieuschade
  • de onderschatting van de klimaatproblematiek en daardoor een volstrekt ontoereikend klimaatbeleid
  • het laten bouwen van nieuwe kolencentrales in 2015 en 2016, toen kolencentrales allang uitgefaseerd moesten worden. Dat gaat de belastingbetaler nu miljarden aan schadevergoeding kosten, als ze weer moeten sluiten
  • de onverstandige en overmatige bezuinigingen na de kredietcrisis van 2008 (tegen het advies van veel gezaghebbende economen in)
  • een onderschatting van de betekenis van cultuur voor onze samenleving
  • het over de schutting gooien naar de gemeenten van veel rijkstaken op het gebied van zorg, soiale voorzieningen en ruimtelijke ordening (natuur, woningbouw) en tegelijkertijd verwachten en eisen dat de taken voor veel minder geld toch goed uitgevoerd konden/moesten worden
  • het laten ontstaan en gedeeltelijk creëren van een volstrekt verziekte woningmarkt (zie ook mijn blog van vorige week)
  • een mislukt arbeidsmarkt beleid, resulterend in het ‘flexwerkers-probleem’
  • een ongecoördineerd en grotendeels mislukt bezuinigingsbeleid bij defensie
  • idem bij de belastingdienst, en door een te ruimhartig ontslagvergoedingen beleid te veel competente ambtenaren laten vertrekken, waardoor een van de beste belastingdiensten ter wereld zich ontwikkelde tot een zeer middelmatig functionerende dienst
  • het gebruiken van schijnbaar gerecycelde grond voor dijkaanleg en bouwrijp maken van gronden, waardoor nu tientallen landbouw- en natuurgebieden in Nederland ernstig en wellicht onherstelbaar vervuild zijn
  • een onbarmhartige immigratie politiek, een hardvochtige IND en het afschaffen van de discretionaire bevoegdheid van de minister
  • een keiharde fraude wet, en de daaruit voortvloeiende toeslagaffaire. Uit de deze week vrijgegeven notulen blijkt bovendien een nare mentaliteit: voorkomen van reputatieschade en proberen de zaak klein te houden gaat boven het nemen van verantwoordelijkheid en medegevoel met de gedupeerden.
  • een droevige (niet-)afwikkeling van de aardbevingsschade in Groningen
  • een aanvankelijk redelijk goed crisisbeleid aangaande de pandemie dat ontaardt in willekeur, onoverzichtelijkheid en gebrek aan vertrouwen. Een weinig doortastend beleid aangaande het vliegverkeer en de daarmee samenhangende quarantaine maatregelen leidt to een ‘dweilen met de kraan open’ (Marion Koopmans in Trouw)
  • een volkomen falend stikstofbeleid
  • halfslachtige maatregelen tegen onfatsoenlijke belastingconstructies van multinationals
  • een volstrekt onvoldoende budget voor de controlerende rol van de 2e kamer (die namelijk deskundigen moet kunnen raadplegen om die rol goed te kunnen vervullen).
  • enzovoort, enzovoort, enzovoort – u kunt de lijst zelf moeiteloos aanvullen.

U ziet, de voorliggende lastige vraagstukken zijn slechts kosmetisch behandeld. De kern van de problemen is niet benoemd noch aangepakt.

Hebben die achtereenvolgende kabinetten dan niets goed gedaan? Het enige dat ik kan bedenken is de cultuuromslag die de kabinetten Kok hebben bewerkstelligd op het gebied van euthanasie en homohuwelijk, alsmede het saneren van de volledig uit de hand gelopen WAO. En natuurlijk het sluiten van het Groningse gasveld door een latere regering. Maar verder schiet me niets te binnen (wat natuurlijk niet betekent dat er niet meer kan zijn). Tekenend is dat dit kabinet geen voorstellen weet te verzinnen voor het Europese Corona herstelfonds (Nederland heeft recht op 5,4 miljard euro).

Hoe komt het dat een ooit goed functionerend land zo afzakt? Daarvoor zijn verschillende oorzaken aan te voeren, en dat is in de afgelopen maanden dan ook al veelvuldig gedaan. Ik noem: de bestuursstijl (waaronder de ‘Rutte-doctrine’; alles binnenkamers bedisselen) – zie ook het eerste punt hierboven; de rol van de Tweede Kamer, die zich meer bemoeit met (details van de) wetgeving dan bezig is de wetgever te controleren, en de leden waarvan lijden aan scoringsdrift voor de bühne; een ‘debat’ cultuur die meer en meer op de man speelt in plaats van serieus in te gaan op onderwerpen (zowel in de politiek als in de samenleving als geheel); een gebrek aan strategische visie bij onze bestuurders; een gebrek aan moed en verantwoordelijkheid nemen bij onze bestuurders; een bevolking die het bovengenoemde regeringsbeleid bij de verkiezingen beloont, of anders zijn stem geeft aan populistische partijen met niet werkende oplossingen (elk land krijgt de leiding die het verdient); enzovoort. Ook dit lijstje kunt u moeiteloos aanvullen, en dat verklaart allemaal niets. Ik denk dat deze analyses alle lijden aan een zekere mate van oppervlakkigheid en dat het allemaal wat dieper ligt.

Hoe lang zal dit nog doorgaan (quo usque tandem)? Uit de afhandeling van de toeslagenaffaire blijkt dat er totnutoe nog niets geleerd is. Opnieuw wordt er niet geluisterd naar adviezen vanuit de organisatie en wordt het personeel zodanig onder druk gezet dat het wegloopt. Opnieuw zijn er beloftes gedaan die niet waargemaakt kunnen worden omdat er geen rekening is gehouden met uitvoeringsproblemen. Opnieuw wordt de wet overtreden.*) Uit dit alles blijkt incompetentie bij de politici. Ik zie die competentie eerlijk gezegd ook niet bij die politici die nu niet aan de knoppen zitten. Dit land lijkt onregeerbaar geworden. Wat ik mis, bij onze managers (leiders wil ik ze niet noemen), mijn medeburgers en bij mezelf, is wijsheid. Maar wat is wijsheid? En hoe bevorderen we die? Daarover een volgende keer.

*) Zie voorpagina Trouw van vandaag.

Ontheemd.

Erst kommt das Fressen, dann kommt die Moral (Bertolt Brecht)

Zij die me al langer kennen of volgen weten dat ik geloof dat (bijna) alle mensen hun leven leiden met een diepe gewondheid, de sacred wound. Zij kunnen zich daar al dan niet van bewust zijn, maar het beïnvloedt altijd hun denken en doen. De oorsprong van die gewondheid kan liggen in de lotgevallen van de vele (vaak tientallen) generaties die ons zijn voorafgegaan; lotgevallen die zijn neergeslagen in de genen. Volgens anderen kan die gewondheid ook voortkomen uit eerder geleefde levens, maar met dat gezichtspunt heb ik niet zoveel. In dit leven kan die gewondheid zich verdiepen door eerdere pijnlijke of zelfs traumatische ervaringen in de jeugd of de adolescentie, of nog daarna. Het interessante is nu dat deze gewondheid als regel in directe relatie staat met onze levensopdracht, onze missie; ons sacred contact. Dat is de reden dat ook de gewondheid ‘sacred’ genoemd wordt: hij kan je leven betekenis geven. Ik kan dat illustreren aan de hand van mijn eigen levensloop.

Mijn sacred wound zou ik willen benoemen als een gevoel van thuisloosheid. Dit gevoel is ontstaan via de stamboom van mijn vader, die een Jood van asjkenazische herkomst was, en wiens voorouders veel te maken hebben gehad met Jodenvervolging en in een tweeduizendjarige diaspora vaak moesten vluchten en hun woonplaats hebben moeten opgeven. Dit proces is nog versterkt door mijn eigen oorlogservaringen, die er tussen mijn derde en vijfde jaar toe hebben geleid dat ik in de onderduik veelvuldig van woonplaats (en van kleuterschool) heb moeten wisselen. Ook daarna was het thuis niet helemaal veilig: door de ondergane ellende (onder andere het verlies van bijna alle familieleden) hadden mijn ouders om te overleven veel gevoelens van wanhoop, verdriet en woede onderdrukt. Ze waren zeker liefdevolle ouders, maar ze waren ook als een slapende vulkaan die ieder moment tot uitbarsting kon komen (al gebeurde dat zelden). Kinderen voelen dat en dat draagt ook weer bij tot gevoelens van onveiligheid.

In de eerste helft van mijn leven heeft deze gewondheid geleid tot perioden van slapeloosheid, humeurigheid (speciaal aan begin van vakanties), een gebrek aan vertrouwen in het leven als zodanig (je kunt maar zo je veiligheid verliezen. . . ) en van daaruit alles dwangmatig onder controle willen houden. Door persoonlijk werk en therapie heb ik daar in de tweede helft van mijn leven minder last van gehad. Ik ontdekte mijn sacred contract: het scheppen van veilige leersituaties (een soort tweede thuis voor mijn cliënten; daarom werkte ik veel met leergroepen en teamconferenties. In mijn eerste post-doctorale opleiding noemden we dat een ‘cultural island’). Ik heb altijd geweldig geboft met het vinden van veilige woonsituaties (toeval? Ik voelde me geleid en gedragen en voel daarvoor een grote dankbaarheid), maar. . . één keer stortte mijn bouwvallige huis in tijdens de restauratie (wij waren elders bij een bruiloft van een bevriend echtpaar); één keer verloor ik mijn huis door een echtscheiding, en éen keer verloor ik mijn praktijkruimte door een haatcampagne. Allemaal toeval? Er zijn nog veel meer ’toevalligheden’ in mijn leven, maar dat allemaal beschrijven zou voor dit blog veel te ver voeren. Dit alles is voor mij inzichtelijk geworden tijdens mijn voetreis van Berlijn naar Praag (het Joods kerkhof aldaar) in 2001. Ik heb toen ook ontdekt dat er eigenlijk maar één veilig thuis is: in mijn diepste zelf.

In het huidige stadium van mijn leven met veel vrije tijd dacht ik: laat ik nog eens wat nuttigs doen in de wereld en zonder veel na te denken meldde ik me als vrijwilliger bij Vluchtelingenwerk Nederland (voor mensen die hun thuis verloren hebben!). Daar werd ik aangenomen als woonvrijwillger: iemand die asielzoekers die een verblijfsvergunning hebben gekregen begeleidt bij het zich ‘settelen’ in de toegewezen woning; met andere woorden: bij het creëren van hun nieuwe thuissituatie. Tja. . .

Na de behoefte aan eten en drinken is een veilige woon- en verblijfplaats de meest fundamentele behoefte die wij mensen hebben. Door een rücksichtlose economie, geweld, oorlog, milieu- en klimaatproblemen gaat die veilige plaats voor miljoenen mensen verloren. Daarom grijpt het vluchtelingen probleem en de klimaatontwrichting mij de laatste jaren echt bij de keel. Doordat we nu als collectief, als mensheid, onze veilige woonplaats, Gaia, aantasten dreigen we nu massaal ontheemd te raken. Al heb ik daar persoonlijk voorshands nog weinig last van, toch voelt het alsof mijn leven eindigt waar het is begonnen. Full circle . . wat een mysterie. Misschien is ieders leven wel zo te zien als je er oog voor hebt.

Brand in Findhorn

In de nacht van maandag op dinsdag zijn op ’the Park’ in de Findhorn Community zowel het ‘community centre’ als de ‘main sancturary’ in vlammen opgegaan. Voor hen die Findhorn kennen (mijn meeste lezers) zal dit wellicht al bekend zijn en zo niet, dan zal dit overkomen als een schok. Voor hen die niet bekend zijn met de Findhorn community: Findhorn is een ecologische en spirituele gemeenschap in Schotland, die wereldwijd voor duizenden mensen van grote betekenis is geweest en nog is voor hun persoonlijke en spirituele ontwikkeling. Het is een bron van perspectief en hoop voor de wereld, en manifesteert een directe toegang tot de ‘unseen worlds’. (Zie: www.findhorn.org)

Het ‘Community Centre’ en de Main Sanctuary’ vormden het hart van Findhorn. Zij waren respectievelijk het sociale en het spirituele centrum van de ‘Foundation’. Zelf heb ik in deze gebouwen menige voetstap liggen. Vanuit Findhorn is onder meer het transformatiespel ontwikkeld, dat zowel voor mezelf als in mijn beroepspraktijk van onschatbare waarde en betekenis is geweest. Nog gedurende de laatste Oud-en-Nieuw periode is vanuit het ‘Community Centre’ een zesdaags Transformatie Spel geleid waaraan wereldwijd 70 mensen deelnamen, onder wie Anne (mijn vrouw) en ik. Daar ging een grote bemoedigende kracht van uit. Ik voel me verslagen en weemoedig in de wetenschap dat deze gebouwen voor altijd vergaan zijn – ook al zou ik er wellicht nooit meer een stap gezet hebben; en al weet ik dat het ‘maar’ gaat om materie en de essentie van deze gebouwen met hun vernietiging niet verloren gaat. Deze gevoelens zal ik waarschijnlijk delen met duizenden over de hele wereld, die samen de internationale Findhorn gemeenschap vormen.

Omdat de afgebrande gebouwen niet direct aan elkaar grenzen, en niettemin tegelijk zijn afgebrand, is het vrijwel zeker dat de branden welbewust zijn aangestoken. Roept dat nu bij mij gevoelens van woede of haat op? Vreemd genoeg niet, eerder verbijstering en onbegrip. Ik kan absoluut niet begrijpen hoe iemand zo iets kan doen, zelfs als je door een ervaring met de Community gekwetst zou zijn. Ik kan er wel allerlei psychologische mechanismen voor bedenken maar mijn empathie schiet tekort. Het confronteert me met het feit hoe moeilijk het is om werkelijk eenheidsbewustzijn te ontwikkelen: me één voelen met de wereld om me heen, inclusief alle mensen (daar had ik toch al moeite mee). En toch is het dat eenheidsbewustzijn wat de wereld nodig heeft.

Naar aanleiding van de brand zei David Spangler: ‘de gebouwen zijn vernietigd, maar de energie waarvan die gebouwen en de activiteiten die erin plaats vonden een manifestatie vormden is niet verloren gegaan, en zal zich weer manifesteren als de gebouwen weer worden opgebouwd, al dan niet in vergelijkbare vorm.’ Laten we daar dan maar troost uit putten.