Auteursarchief: erik.van.praag

Wat als. . . ?

Op 25 juni heeft het Amerikaanse ministerie van defensie het rapport over UFO’s eindelijk vrijgegeven. Ze moesten wel, want vanuit de senaat was op openbaarmaking aangedrongen. Het blijkt dat ze van de talloze geregistreerde waarnemingen van de laatste 20 jaar er nu maar 144 onderzocht hebben. Voor 143 is geen natuurlijke verklaring gevonden. Zo blijken de complottheorieën over UFO’s en de geheimhouding van de Amerikaanse overheid dus een kern van waarheid te hebben gehad. Ook nu nog doet de overheid uitzonderlijk geheimzinnig. Het openbare gedeelte van het rapport beslaat maar negen pagina’s, maar er is een geheim annex van 400 pagina’s. (Merkwaardigerwijze wordt in de pers gesproken van een rapport van 78 pagina’s). Wat niet systematisch onderzocht is zijn de honderden getuigenissen van mensen die ervaringen hebben gehad van contact met de wezens die deze ufo’s ‘bemannen’ (bij gebrek aan een beter woord). Het is met deze ervaringen zoals het jaren geweest is met BDE’s (bijna doodservaringen): zij die ze gehad hebben worden niet geloofd of weggezet als fabulant of, erger, als psychisch gestoord. Er is over deze UFO-waarnemingen nog veel meer te vertellen, maar dat voert voor dit blog te ver. *)

Wat moeten we hiervan denken? Als we uitgaan van de hypothese dat er ‘aliens’, wezens van andere werelden, onze planeet bezoeken dan rijzen er een aantal onbeantwoorde vragen. Ik noem er enkele: hoe zijn deze wezens in staat om zich sneller dan het licht te verplaatsen (wat volgens de algemene relativiteitstheorie niet, maar volgens de kwantummechanica wellicht wel kan)? En waarom willen deze wezens onze aarde bezoeken en met welk doel? En welke betekenis heeft dit bezoek in het kader van het grote bouwplan van de kosmos (de totale evolutie waarvan onder anderen door Teilhard de Chardin wordt gesproken)?

Het ziet er naar uit dat deze wezens geen kwaad in de zin hebben. Ze hebben ons herhaaldelijk gewaarschuwd voor de gevaren van een atoomoorlog en voor de klimaatproblematiek. Het lijkt er echter op dat ze geïnteresseerd zijn in de aarde als een van de weinige planeten – niet de enige – in ons (deel)universum die leven kan creëren, en dat ze dat vermogen willen importeren.

Jarenlang heb ik gedacht dat de redding van onze planeet wel eens zou kunnen en moeten plaats vinden in samenwerking met en hulp van de ‘onzichtbare werelden’. Maar wat als onze redding komt van deze buitenaardse wezens? Dan is de vraag welke prijs we daarvoor moeten betalen. Misschien wel het verlies van onze cultuur, zoals de cultuur van inheemse volkeren vaak teloor gaat (en is gegaan) nadat ze in aanraking zijn gekomen met de Westerse leefwijze.

Speculatie, speculatie, speculatie. . . Wat het in elk geval duidelijk maakt is dat we de toekomst, ondanks alle scenario’s, waarvan vele rampzalig, niet kunnen kennen.

Fantasie

*) Zie Humanity Rising 298 (https://www.youtube.com/watch?v=MBrL2zQziC0&t=1725s)

Im Westen nichts Neues

All that is necessary for the triumph of evil is that good people do nothing (tatoeage op de rechterschouder van Peter R. de Vries)

Wat een maand hebben we achter de rug. Een hittegolf in West Amerika en Canada, die aan een miljardzeedieren en honderden mensen het leven heeft gekost (o.a. in Vancouver en Phoenix), ten gevolge waarvan het stadje Lytton voor 90 % is afgebrand. De zalm in de Sacramento rivier is ten gevolge van de hitte ten dode opgeschreven. Verder zorgt de extreme droogte in Californië voor mislukte oogsten en nieuwe bosbranden. Ook in Pakistan mislukt de oogst. De tropische storm Elsa, die ongebruikelijk vroeg in het storm seizoen kwam, heeft begin juli voor de eerste doden gezorgd en veroorzaakte medio juli overstromingen in New York. En tenslotte uitzonderlijke stortregens en Duitsland, Oostenrijk, België en Zuid Limburg, met alleen in Duitsland al bijna tweehonderd doden. Dit is nog maar een fractie van wat er dagelijks plaats vindt. Al deze verschijnselen worden met grote waarschijnlijkheid toegeschreven aan de klimaatverandering. Zelfs ‘onze’ weerman Peter Kuipers Munneke, die altijd uiterst voorzichtig is geweest met het afleiden van extreme weersverschijnselen uit de opwarming van de aarde, is nu toch ook van mening dat de opwarming de meest voor de hand liggende verklaring biedt.

Te midden van deze door de mens veroorzaakte natuurverschijnselen verschenen deze maand twee belangrijke stukken: een uitgelekt IPCC rapport, waarover ik op 1 juli heb geschreven, en waarop ik nu niet verder inga, en de beleidsvoorstellen van de Europese Commissie, gepresenteerd door Frans Timmermans. Bijzonder knap hoe Timmermans het voor elkaar heeft gekregen dat de gehele Europese zich achter zijn voorstellen opstelt.

De reacties op zijn voorstellen waren volstrekt voorspelbaar. Vrijwel niemand is het met zijn voorstellen eens. De reacties vallen in vier groepen uiteen. De eerste groep, voornamelijk bestaand uit een groot deel van het bedrijfsleven en een aantal lidstaten vinden dat het allemaal veel te ver en te snel gaat (zouden hun leiders niet weten wat er werkelijk aan de hand is met het klimaat? Dat zou vreemd zijn, omdat we de gevolgen van de klimaatcrisis – pas bij 1,2 ˚opwarming! – de afgelopen maand met eigen ogen hebben kunnen aanschouwen. Als men echter wel op de hoogte is, dan is hun reactie wat mij betreft kwaadaardig – zie het citaat van Peter R. de Vries hierboven. Ik vraag me wel eens af wat ze aan hun kinderen/tieners antwoorden als die aan de ontbijttafel vragen: “Papa, wat doe jij eigenlijk tegen de opwarming van de aarde?”). De tweede groep, vooral bestaand uit natuurorganisaties, deskundigen en actieve burgers die zich in het klimaatprobleem verdiept hebben, vinden dat het te weinig is en niet ver genoeg gaat. De derde groep staat er in principe wel achter, mits er op hun eigen terrein maar uitzonderingen worden gemaakt (bij elkaar zijn dat ongeveer alle terreinen die zich denken laten). De vierde groep zal het allemaal een zorg zijn. Dat zijn de onverschilligen, of zij die het allemaal boven de pet gaat. Misschien zijn er ook wel mensen en organisaties die de voorstellen zonder meer onderschrijven (bijvoorbeeld de slachtoffers van de overstromingsrampen), maar hun reacties heb ik nog niet vernomen.

Het antwoord van Timmermans op al deze reacties: “Het is nu eenmaal zo dat we een wettelijke doelstelling hebben van 55 % minder uitstoot in 2030. . . We hebben geen keus als we de doelstelling willen halen. Je kunt er niets van afknabbelen. Je kunt er hooguit iets anders instoppen.” Op zichzelf is dat natuurlijk een valide argument, maar redelijke argumenten sorteren op dit terrein (en ook op andere terreinen trouwens) weinig effect; dat heeft het verleden wel bewezen. Ik vraag me af waarom hij niet zegt: “Als we nog enige kans willen maken de 3˚opwarming met alle rampzaligheid van dien te vermijden dan is dit pakket wel het minste wat we kunnen doen.” Zou hij dat niet weten, of denkt hij door dit feit te verhullen meer te bereiken?

Zelf heb ik ook de neiging mijn schouders op te halen. Voor mij is het allemaal oud nieuws, en zoals ik zei: de reacties zijn volstrekt voorspelbaar. Ik ben in het verleden vaak weggezet als doemdenker of alarmist, maar zelf heb ik me altijd meer gezien als realist. (De lezer oordele zelf). En ik denk dat je als politicus en als burger er altijd beter aan doet bij elk probleem de feiten onder ogen te zien – ook al kan dat op korte termijn mensen afschrikken. Op langere termijn word je dan echter geloofwaardiger en invloedrijker. Vandaar dat ik het ook niet bij schouderophalen wil laten. Ik zal me blijven uitspreken. Per slot van rekening weten we natuurlijk niet met zekerheid wat de toekomst brengen zal. De toekomst heeft er altijd tegelijkertijd rampzalig en prachtig uitgezien – dat is nu niet anders. Weshalve we ook in ons bewustzijn lelijkheid en schoonheid, goedheid en het kwade, treurigheid en vreugde naast elkaar kunnen laten bestaan.

Waar gaan we met zijn allen naar toe?

In mijn vorige blog vroeg ik me af hoe het komt dat het Humanistisch Verbond (HV) geen antwoord heeft kunnen geven op de na de oorlog ontstane geestelijke leegte, om niet te zeggen ontreddering. Ik zie daarvoor twee oorzaken.

De eerste oorzaak ligt bij het HV zelf. Het is altijd nogal een cerebrale beweging gebleven. Dat is opmerkelijk omdat het verbond wel de stoot heeft gegeven tot het oprichten van veel organisaties voor praktische bijstand, hulpverlening en vorming. Maar hun eigen bijeenkomsten bleven, voorzover ik kan nagaan, sterk in de filosofische en theoretische sfeer hangen. Daarmee verwerd het HV tot een incrowd voor intellectuelen , of in elk geval zij die met name in het denken over humanisme geïnteresseerd waren. Hoewel de afdelingen oorspronkelijk gemeenschappen werden genoemd, is van een beleving van het humanisme op holistisch niveau in die gemeenschappen weinig terecht gekomen.

Een veel belangrijkere reden voor het zich niet ontwikkelen tot een massale beweging ligt in de samenleving. De overheersende cultuur in die samenleving valt sinds de vijftiger jaren steeds meer te kenschetsen als postmodernistisch. Het voert in het kader van dit blog te ver om diep op het postmodernisme in te gaan*) maar ik kan er in het kort wel dit over zeggen. Het postmodernisme wordt vooral gekenmerkt door het idee dat er geen absolute waarheid en geen absolute waarden bestaan. Dat staat haaks op het gezichtspunt van het HV, dat zich inzet voor humanistische waarden als vrijheid, verantwoordelijkheid en rechtvaardigheid. Het humanisme gelooft dat deze waarden als oerbeelden, archetypen, in de mens verankerd liggen, evenals de ideaalbeelden van het ware, het goede en het schone, en dat het onze levensopdracht is deze waarden en ideaalbeelden tot uitdrukking te brengen. Het postmodernisme stelt daarentegen dat deze waarden en ideaalbeelden geen algemene betekenis hebben, maar slechts een hoogst individuele en van mens tot mens verschillende invulling krijgen. Absolute waarden, absolute waarheid, schoonheid en goedheid bestaan niet; het zijn niet meer dan persoonlijke meningen of keuzes. En overigens zijn die keuzes slechts schijnuitingen, want in het postmodernisme bestaat de vrije wil ook niet.

In dit klimaat kan het humanisme niet gedijen en ontaardt vrijheid en verantwoordelijkheid in extreem individualisme en egoïsme (vgl. bijvoorbeeld de populariteit van de boeken Ayn Rand). Het is ook een vruchtbare context voor populisme, korte termijn denken en een gebrek aan geestelijke weerbaarheid. Het verklaart waarom de aandacht voor het collectieve welzijn tekort schiet. Tja, als we dat niet willen zullen we toch eens bij onszelf te rade moeten gaan hoe het bij ons zit: herkennen we de humanistische visie, en leven er in ons ook absolute waarden en ideaalbeelden? Als de uitkomst van dit onderzoek bevestigend is schept dat verplichtingen en zullen we er wat mee moeten, willen we een goed gevoel houden over onze eigen integriteit.

Van de website van het HV

*) Een uitgebreide beschouwing over het postmodernisme vindt u in mijn boek: Voor niets gaat de zon op . . een blauwdruk voor een waardige samenleving, hoofdstuk 4.

Humanisten, waar zijn jullie?

Na de tweede wereldoorlog zette de secularisatie die al voor de oorlog begonnen was versneld door. Voor veel mensen was God nu werkelijk dood (eigenlijk pas sinds 1950). Dat idee werd nog versterkt door wat we vlak daarvoor hadden meegemaakt: de gruwelen van de oorlog, de martelingen en folteringen in de concentratiekampen, de genocide. Dit leidde tot een massale geestelijke leegte. Voor velen was het houvast dat God en Jezus (en voor de katholieken: Maria) boden weggevallen en daarmee de zin van het bestaan.

Je zou verwachten dat het humanisme die leegte zou kunnen opvullen, maar dat is maar zeer ten dele gebeurd. Bij oprichting had het Humanistisch Verbond (HV) twee doeleinden: emancipatie van de buitenkerkelijken, en een antwoord te vinden op de geestelijke leegte na de dood van God; met name het bevorderen van de geestelijke weerbaarheid.*) Het eerste doel was in al in 1960 feitelijk bereikt, een opmerkelijke prestatie.(We kunnen ons de vijandigheid die het Humanisme in de vijftiger jaren hier en daar ontmoette, vooral vanuit protestantse kring, nu nauwelijks meer voorstellen). Humanistische en daarmee verwante organisaties hebben een vaste positie veroverd in de zorg, het gevangeniswezen, het leger. Humanitas, een instelling voor maatschappelijk werk, werd opgericht en kreeg een eigen plaats in de wereld van de hulpverlening; er kwamen humanistische bureaus voor Levens- en Gezinsmoeilijkheden; humanistisch geestelijk raadslieden maakten hun opwachting in ziekenhuizen, het leger en de gevangenissen; humanistisch vormingsonderwijs werd ingevoerd in ongeveer een derde van de basisscholen. Er is nu zelfs een universiteit voor Humanistiek, een humanistische omroep (HUMAN) en een humanistische organisatie voor ontwikkelingshulp (HIVOS). Waarschijnlijk vergeet ik nog het een en ander. Alleen op terreinen waar al goede openbare buitenkerkelijke of socialistische**) voorzieningen waren zijn geen nieuwe humanistische organisaties ontstaan.

Het tweede doel van het HV is maar zeer ten dele bereikt. Dat is merkwaardig, omdat er toch een grote behoefte bestond (en bestaat) aan geestelijk perspectief. Maar het HV heeft nooit meer dan 15.000 leden gehad, en buiten het HV vonden weinig activiteiten plaats die de geestelijke leegte konden vullen. Eind zestiger jaren werd dat wat anders: mede onder invloed van de humanistische psychologie (Maslow, Rogers, Fromm, Erikson) kwam de New Age beweging opzetten, die sterk humanistische trekken vertoonde. Veel mensen hebben aan de trainingen en workshops vanuit deze beweging steun ontleend, maar toch is die beweging weer gedeeltelijk uitgedoofd. Wel heeft de beweging veel invloed gehad op hoe heden ten dage veel cursussen in en buiten het bedrijfsleven worden gegeven, en ook bijgedragen tot de introductie van Oosterse spirituele bewegingen (o.a. Boeddhisme, tantra, yoga). Maar uiteindelijk heeft ook de New Age beweging de geestelijke leegte niet kunnen opvullen, althans niet voor de overgrote meerderheid der buitenkerkelijken.

In mijn volgende blog zal ik nader ingaan op de vraag hoe het komt dat het Humanistisch Verbond het gat niet heeft kunnen vullen.

*) Hoe nodig dat is heeft is deze week wel aangetoond; met name gaat het om onze weerbaarheid als onze democratie of rechtsstaat lijkt te worden aangetast.

**) In zekere zin vormden de socialistische organisaties (PvdA, NVV, VARA, Vonk, etc.) een derde zuil naast de protestantse en de katholieke; maar de humanisten wilden zich als groepering niet aan een politieke stroming binden.

Merkwaardig

Het was me bijna ontgaan. Je zou denken dat de wereld vorige week zou worden opgeschrikt door het meest rampzalige nieuws dat deze planeet heeft getroffen sinds de inslag van de meteoriet waardoor de dinosauriërs uitstierven. Een verschil met de gebeurtenis van toen was dat die abrupt plaats vond, terwijl de huidige gebeurtenis zich uitstrekt over een tiental jaren (of, als je het begin ervan meetelt, over meer dan een eeuw). Er is nog een verschil met toen: die gebeurtenis heeft reeds plaats gehad, terwijl de huidige gebeurtenis weliswaar al begonnen is, maar zich nog verder moet ontwikkelen. En een derde verschil: de gebeurtenis van toen was een kosmische natuurramp, die van nu is een anthropogenetische natuurramp. Ik doel natuurlijk op het uitlekken van het nieuwste IPCC rapport, dat bedoeld was voor de klimaatconferentie in november 2021, en pas in februari 2022 in definitieve vorm gepubliceerd zou worden.

Voor zover ik kon nagaan is dit nieuws in geen enkele krant dominant gemeld, hooguit in een kort bericht op pagina zoveel. Dat is merkwaardig, omdat de kranten meestal openen met tamelijk irrelevante onderwerpen, waarvan het belang in het niet valt bij deze op ons afkomende ramp. Misschien is dit te verklaren doordat dit bericht eigenlijk oud nieuws is (zie bij voorbeeld mijn blog van 11 februari). Maar toch: wat op 11 februari een grote waarschijnlijkheid leek groeit nu uit tot een bijna zekerheid. Wat de reactie op het nieuws betreft, die is dezelfde als de reactie op de (tijdelijke?) afname van de pandemie: business as usual.

Het voordeel van het uitlekken van het rapport is dat het nu niet meer afgezwakt kan worden door het verdoezelingsproces van de aan het IPCC deelnemende regeringen. De belangrijkste conclusie van het rapport is dat ook een opwarming van 1,5º al desastreuze effecten heeft; dat de kans dat die opwarming al volgend jaar bereikt wordt 40 % is; dat dit zal leiden tot onomkeerbare terugkoppelingseffecten, en dat hierdoor de wereld in 2050 onherkenbaar veranderd zal zijn. Als u er behoefte aan heeft u voor te stellen wat dat betekent, lees dan het rapport zou ik zeggen. U kunt ook het boek Zes graden lezen van Mark Lynas.

Ik heb de grootse bewondering voor mensen als Maurits Groen, Frans Timmermans en Marian Minnesma (Urgenda), en voor organisaties als Greenpeace en Milieudefensie, die dit allemaal best weten maar niettemin dapper doorgaan met te vechten om te redden wat er nog te redden is. En ook voor bedrijven, zoals PlantLab (gestapelde landbouw) en Meatable (kunstmatig vlees). Er zijn nog veel meer mensen en bedrijven, die, zichtbaar of in de onderstroom, blijven geloven in en hopen op een leefbare toekomst. Zij zenden allemaal de boodschap uit dat er nog veel ten goede kan verkeren en dragen het geloof uit in een nog leefbare, zij het fundamenteel veranderde wereld in 2050. Zij geven niet op en zijn een voorbeeld voor ons allen. Misschien is hun instelling nog wel belangrijker voor de wereld dan hun daadwerkelijke actie, al moeten we het belang daarvan niet onderschatten. Zij doen me beseffen dat we uiteindelijk niet weten wat de toekomst ons zal brengen en dat het daarom te vroeg is om te wanhopen.

Foto: In Siberië werd deze week een record temperatuur van 47,8 C gemeten (Copernicus Sentinel-3A en Sentinel-3B satellieten, 20 Juni 2021).

Teleurgesteld.

Hoewel ik het wel verwacht had ben ik niettemin teleurgesteld over de maatschappelijke ontwikkelingen nu de pandemie in Europa afneemt. Bij het begin van de pandemie hoorde je vaak zeggen dat het een wake up call was en dat de maatschappij na de pandemie verantwoorder zou omgaan met de natuur en de klimaatproblematiek nu echt zou gaan aanpakken. Maar er is niets dat daar op wijst. Integendeel. Zowel op Europees als op nationaal niveau doen de bevolking en de overheden alles wat in hun vermogen ligt om terug te keren naar ‘business as usual’. Alles op alles wordt gezet om het toerisme weer op het niveau te brengen van voor de pandemie, en dat niveau zelfs te overschrijden. Goedkope vliegreizen worden als vanouds gepromoot, steunoperaties worden verleend aan sterk direct of indirect vervuilende bedrijven (in Nederland o.a. Booking.com en KLM – dat Booking.com nu terugbetaalt was door de overheid niet voorzien maar onderstreept overigens mijn stelling dat we weer terugkeren naar het oude verspillende niveau), er zijn geen concrete plannen voor het instellen van btw op vliegreizen en een accijns op kerosine, er worden mooie woorden gesproken over vergroening van het belastingstelsel (vleestax, rekening rijden), maar er is geen sprake van dat de vervuiler in de afzienbare toekomst werkelijk het volle pond zal moeten betalen (dat doorberekend zou moeten worden in de prijzen), enzovoort. U kunt vast zelf wel nog een aantal voorbeelden bedenken.

Dit ‘beleid’ wordt in brede lagen van de bevolking gesteund. Er is wel een zekere bewustheid van de klimaatontwrichting, maar zoals ik al eerder heb gezegd, die bewustheid gaat niet erg diep. Met name moet het niet zover gaan dat we daar echt offers voor moeten brengen. Als een van de gevolgen van het geringe geestelijke ontwikkelingsniveau van de bevolking als geheel waar ik in mijn vorige blog over schreef, heb ik genoemd de afhankelijkheid van ‘instant’ behoeftebevrediging. We zijn als kinderen: als we ergens behoefte aan hebben willen we dat deze behoefte bevredigd wordt en wel NU. We moeten NU op vakantie naar verre landen, we moeten NU weer kleren kopen, we moeten NU weer op terrassen zitten en in volle café’s, we moeten NU de mondkapjes af, we moeten NU consumeren, meer en meer en meer, en dat ook allemaal tegelijk.

Onze overheid en de overige Europese overheden geven daarbij niet het goede voorbeeld. Ze doen er alles aan om de onmiddellijke behoefte bevrediging mogelijk te maken. Er is weer één mantra: de economie moet groeien. Verduurzaming komt daarna wel weer. We moeten natuurlijk nog afwachten wat de uitkomst van de kabinetsformatie zal zijn, maar de vooruitzichten zijn niet bemoedigend. Als Rutte en Hoekstra en hun achterbannen werkelijk de klimaatproblematiek, de stikstofproblemen en het migratievraagstuk zouden willen aanpakken dan zouden ze natuurlijk geen moeite hebben met PvdA en GL. Quod non.

Het is treurig. Veel meer dan werken aan onze eigen bewustwording en ons gedrag daardoor laten bepalen kunnen we niet doen. En als we doen wat ons verstand, ons hart en hand te doen vinden dan zal vanzelf de hoop en de veerkracht in ons weer versterkt worden. Het kan niet vaak genoeg herhaald worden.

Teleurstelling en veerkracht

De onderontwikkelde mensheid.

In de maanden februari en maart heb ik beschreven hoe we de klimaatontwrichting werkelijk onder ogen kunnen zien zonder onze veerkracht te verliezen. Een van de manieren waarop dat kan is om open te staan voor de bewustzijnstransformatie die al begonnen is, maar waarvan we ons nog weinig bewust zijn. Die bewustzijnstransformatie heb ik onder meer beschreven als een overgang van de overlevingsmodus naar een samenlevingsmodus. In dit blog ga ik daar verder op in.

Ik heb individuele bewustzijnsontwikkeling beschreven als een pelgrimsreis proces in zeven etappes.*) Je kunt die etappes onder meer kenschetsten aan de hand van de zeven chakra’s in ons lichaam en energiesysteem. Als we dat zelfde proces toepassen op de mensheid als geheel, dan zien we dat die niet verder is gekomen dan het tweede chakra.**) Het eerste chakra is het chakra van onze incarnatie en ons vermogen op aarde te overleven. Het tweede chakra is het chakra van onze identiteit , onze uniciteit en en onze autonomie, waarzonder geen keuzevrijheid mogelijk is.

De daaropvolgende chakra’s zijn wel bij sommige individuen en kleinere gemeenschappen, maar bij de mensheid als geheel niet of nauwelijks tot ontwikkeling gekomen (en ook in het algemeen niet bij het merendeel van onze leiders). Het derde chakra is het chakra van het zelfbewustzijn en van de menselijke waardigheid. Daarmee is het ook het chakra van ons hogere levensdoel: waartoe we op aarde zijn. Het vierde chakra is het chakra van het hart: van barmhartigheid, medeleven, onbaatzuchtigheid. Het zijn deze chakra’s waarvan de collectiviteit zich onvoldoende bewust is. Dat geldt a fortiori voor de daarop volgende chakra’s.

Dat heeft nogal ernstige consequenties. Het betekent dat we als mensheid eigenlijk geen idee hebben wat onze taak is op deze wereld en dus ook niet van waar we naar zouden moeten streven of wat we zouden moeten scheppen. Ook betekent het dat de mensheid als geheel in ernstige mate tekort schiet in de zorg voor elkaar en de natuur. Er zijn wel enkele ideeën vanuit de traditionele godsdiensten (rentmeesterschap, de juiste arbeid, ‘de mens leeft niet bij brood alleen’) en vanuit de ethiek van inheemse religies (eerbied voor de natuurgeesten en de voorouders), maar op mondiale schaal stelt dat weinig voor. Op individueel niveau zijn er natuurlijk wel mensen te vinden die deze chakra’s op zijn minst gedeeltelijk hebben ontwikkeld. Dat lijkt me echter een weliswaar groeiende maar toch nog kleine minderheid. Ten gevolge daarvan ervaren veel mensen weinig voldoening en levensvervulling. En dat leidt er weer toe dat er veel gecompenseerd wordt op het niveau van de onderste twee chakra’s. Vandaar verschijnselen als overmatig individualisme en eigenbelang, nationalisme, materialisme, primitief stambewustzijn (persoonsverheerlijking, het in extreme mate belang hechten aan voetbalevenementen en festivals, waar ik op zichzelf niets tegen heb), het afhankelijk zijn van onmiddellijke behoeftebevrediging, het succes van autoritair leiderschap. We zitten in de overlevingsmodus. Ik zie niet hoe we vanuit die modus op een zinvolle en creative manier kunnen omgaan met de ernstige problemen van deze tijd: klimaatontwrichting, ongelijkheid en migratie.

Hoe zal het verder gaan? Zullen we als het ware ‘vanzelf’ en tijdig tot de benodigde bewustzijnstransformatie komen? Of moeten er daarvoor eerst grote rampen plaats vinden? En wat is er het nut van om dit alles onder ogen te zien? Wel, in de eerste plaats kan het ons stimuleren na te gaan hoe het eigenlijk bij onszelf zit met de ontwikkeling van de chakra’s. Bijvoorbeeld: blijft onze barmhartigheid uitsluitend bij woorden, of doen we daar ook iets mee? Daarnaast kan het nooit kwaad eens stil te staan bij de staat van de wereld om ons heen. Soms brengt ons dat in beweging.

Chakra’s, van onder naar boven: wortel (overleven), heiligbeen (autonomie), solar plexus, hart, keel, voorhoofd, kroon.

*) Erik van Praag, Op weg naar jezelf . . . een pelgrimsreis in zeven etappes, 2015

**) Dit idee is me aangereikt door Daniel Sheehan, Humanity Rising, aflevering 260, d.d. 1-6-21

Dankbaarheid, mysterie, wijsheid

In mijn vorige blog schreef ik over de heilzame werking van dankbaarheid voor jezelf en de wereld, maar er rijzen wel wat vragen. Wie of wat ben je dankbaar en wie is het die dankbaar is. En wat is dankbaarheid eigenlijk?

Om met de laatste vraag te beginnen: dankbaarheid gaat met gevoelens gepaard maar is zelf geen gevoel. Wat is het dan wel? Een reactie, een houding, een geestesgesteldheid? Het is een karaktertrek die verwant is aan andere karaktertrekken, zoals barmhartigheid en verantwoordelijkheid, die bij ons allemaal in potentie aanwezig zijn en die we al dan niet kunnen ontwikkelen. Samen geven ze het tamelijk abstracte begrip ‘ziel’ meer inhoud. Misschien is het niet van belang dit alles te weten, maar het is wel leuk er eens over na te denken. Dat leidt bijna vanzelf tot de vraag: wie is het die dankbaar is? Dan komen we tot het inzicht dat dankbaarheid onze hele persoonlijkheid omvat. En tot de klassieke vraag, waarmee elke spirituele zoektocht begint: wie is die persoonlijkheid; wie ben ik? Maar op dat raadsel ga ik in dit blog niet verder in.

Daarentegen stel ik de andere vraag: – wie of wat ben je dankbaar? – nu wel aan de orde. Wie ben ik dankbaar voor al het goede in mijn leven, en voor alle uitdagingen die het leven me stelt en gesteld heeft? Mijn ouders? Gaia? God (maar ik geloof niet zo aan een persoonlijke God als ‘first source and center’ *). Het leven zelf dan? Ik voel wel wat voor al die mogelijkheden tegelijkertijd, maar erg duidelijk is het me niet. Wat ik wel weet is, dat ik me tegenwoordig geborgen en gedragen voel ( vroeger, in de eerste helft van mijn leven, was dat minder). Maar misschien is dat niet door één instantie, maar door een collectiviteit, die ik lokaliseer ergens in de onzichtbare, subtiele werelden. Het woord ‘lokaliseer’ is eigenlijk niet goed gekozen, want ik heb geen idee waar die collectiviteit zich bevindt.

Eigenlijk loopt ook deze vraag – wie ik dankbaar ben – dus op een niet opgelost raadsel uit. Als ik dat wat minder banaal wil zeggen: op het mysterie dat aan dit bestaan ten grondslag ligt. Ik denk dat het goed is als we ons van tijd tot tijd van dit mysterie bewust zijn, in verwondering en ontzag, en beseffen dat niet alles logisch, wetenschappelijk te verklaren is. Dat zeg ik als wetenschapper, die wetenschapsmethodologie als specialiteit had, en groot vertrouwen had en heeft in de wetenschap. Maar ons beperken tot de empirische wetenschap als bron van kennis leidt zeker niet tot wijsheid. Sterker nog, dat staat de ontwikkeling van wijsheid in de weg, terwijl wijsheid, zoals ik in mei betoogde, juist is wat we elk voor onszelf, en als collectiviteit meer dan wat dan ook in de wereld nodig hebben.

Het heelal

*) Een term uit The Urantia Book, 1955. Een kosmologie, ook in vertaling verkrijgbaar. Misschien kom ik hier later nog eens over te schrijven.

Dankbaarheid

Dankbaar moet je zijn (Robert Long)

Over dankbaarheid is ontzettend veel geschreven. Wat zou ik daar nu aan kunnen toevoegen? Ik heb wel eens vaker gezegd dat ik in al mijn publicaties nooit iets heb gezegd dat niet al veel eerder was gezegd, en vaak aanzienlijk beter – soms ook door mezelf, maar dat ben ik dan vergeten. Mijn creativiteit ligt dan ook niet in iets nieuws bedenken, maar in het op een nieuwe manier bij elkaar brengen van bestaande stukjes, en die zodoende toegankelijk maken. Zoals de losse stukjes van een kaleidoscoop ook steeds een nieuw patroon aannemen bij het draaien van de kaleidoscoop. Dus vooruit dan maar; toch nog iets over dankbaarheid.

Ik weet niet meer sinds wanneer ik bewust een dankbare grondhouding heb, maar het is in elk geval al heel lang. Er is zoveel in het leven waar ik dankbaar voor ben – uiteindelijk komt dat neer op dankbaarheid voor het leven zelf. Ik heb in mijn leven ook wel nare dingen meegemaakt, maar uiteindelijk kan ik van al die zaken de waarde wel inzien, en ben dan ook daarvoor dankbaar. Vele godsdienstige tradities – met name Jodendom, Christendom en Islam – nodigen je uit om dankbaar te zijn voor alles wat je in het leven meemaakt. Maar daar heb ik toch wel moeite mee. Dankbaarheid dreigt zodoende een verplichting te worden, in plaats van iets dat spontaan opwelt, als we er maar aandacht voor hebben. Luister in dit verband eens naar het briljante liedje van Robert Long, (YouTube; zie citaat hierboven).

Je kunt zeggen dat alle vreselijke dingen die in de wereld gebeuren ook deel uitmaken van mijn leven: ik word er mee geconfronteerd via de media en word daardoor geraakt. Voor veel van die zaken kan ik echter niet dankbaar zijn: domheid, onverschilligheid, wreedheid, geweld. En ook niet voor de vreselijke (hongers)nood en ellende waarin vele van onze medewereldburgers verkeren. Ik kan wel zien dat die zaken ook positieve effecten hebben; al was het maar dat ze ook edelmoedigheid en mededogen ten aanzien van de slachtoffers oproepen en ons de schoonheid en goedheid die er in het leven ook is extra doen waarderen, en ons doen beseffen hoe bevoorrecht we zijn. We leven nu eenmaal in een wereld van tegenstellingen, misschien is het kwade en het lelijke nodig als balans voor het goede en schone. Maar voorshands is dit een gedachteconstructie die bij mij niet leidt tot spontaan opwellende dankbaarheid. En dat is jammer, omdat dankbaarheid ook een dempende werking heeft op ergernis, boosheid, woede of geweld en daardoor kan bijdragen tot een harmonieuze wereld.

Een denkertje tot slot: is het niet vreemd dat we als iemand ons bedankt vaak reageren met: ‘Geen dank!’ (‘Don’t mention it’)? Dank ontvangen is ook nog wel een dingetje. Daarom: ‘graag gedaan’ (You’re welcome) lijken me betere antwoorden.

Openheid van geest

Zo ben ik dan aan het einde gekomen van mijn zoektocht naar wijsheid, die begon met de constatering dat het in onze wereld aan wijsheid ontbreekt, en dat dit een belangrijke oorzaak is van de narigheid in deze wereld. Om de manifestatie van het archetype van de wijze in onszelf te bevorderen lijkt openheid van geest de belangrijkste voorwaarde; met name open staan voor de bewustzijnstransformatie die in deze wereld gaande is, waarover ik heb geschreven in mijn blogs van van 29 april tot 20 mei.

Mensen met een gesloten denksysteem zullen niet gevoelig zijn voor deze boodschap. Zij komen in vele varianten voor: gelovers in een neo-liberale economie, complotdenkers, fundamentalisten, dogmatici van allerlei soort, materialisten, idealisten, populisten, sekteleiders en hun volgers; waarschijnlijk nog veel meer. Zij die uitgesproken denkbeelden hebben over een betere wereld moeten ook oppassen niet in de valkuil van het totale denken te vallen.

Een bijzondere categorie van mensen met een gesloten denksysteem zijn mensen die we kwaadaardig noemen: misdadigers, verkrachters, mensen die (met wellust) martelen en folteren, mensen die (ritueel) kindermisbruik organiseren of daar aan deelnemen *), kwaadwillende dictatoren, enz. Ik vind het als regel moeilijk deze mensen te begrijpen; ik kan me moeilijk inleven in hun motieven, laat staan me met hen identificeren, en als zodanig staan ze mijn eenheidsbewustzijn in de weg. Het doet me denken aan de volgende persoonlijke ervaring.

Toen ik kanker had deed ik een visualisatie waarbij mijn witte bloedcellen de strijd aangingen met mijn (kwaadaardige) kankercellen en daarbij als overwinnaars uit de bus kwamen. Hoewel ik volledig van mijn kanker ben genezen, vind ik dit achteraf bezien toch een dubieuze methode, want door de strijd aan te gaan geef je beide partijen energie. Overgave (aan wie of wat? ) of strijd – dat is de kwestie. De volgende metafoor kan ons bij dit dilemma behulpzaam zijn. Het kan zinvol zijn ons te identificeren met Gaia, en de mensen op aarde te beschouwen als onze kinderen of cellen. Alle mensen. Dan kunnen we beseffen dat sommigen van onze eigen kinderen (of cellen) ons pijn doen en schaden (zoals kankercellen ons lichaam schaden), maar het zijn wel onze kinderen. Door ons dit te realiseren kunnen we de verbinding met deze kinderen herstellen, zonder te vervallen in strijd, in de wetenschap dat we deze kwaadaardige processen wel zullen overleven. Maar we hoeven hun denken en gedrag niet met de mantel der liefde te bedekken. Voor zover ze kwaadaardig zijn laten ze zien dat het kwaad echt bestaat. Waar dat vandaan komt is een andere vraag.**)

Samenvattend: ik denk dat mensen met gesloten denksystemen moeilijk door andersdenkenden zijn te bereiken. Maar dat betekent niet dat we niet zelf naar openheid en ontvankelijkheid kunnen streven. En met deze opwekkende gedachte besluit ik mijn miniserie over het archetype van ‘de wijze’.

*) Er zijn veel complottheorieën gaande over ritueel kindermisbruik, zoals dat het massaal voorkomt in netwerken van de hoogste kringen in onze samenleving. Ik geloof dat dit sterk overdreven is, maar dàt het voorkomt leidt m.i. weinig twijfel, zie: Sanne Terlingen van Argos op https://www.youtube.com/watch?v=vwgTuxdBvFg