Tag archieven: bestuur

Amsterdam als ‘fearless city’.

Heeft u afgelopen zondag Buitenhof gezien? Een curieuze uitzending. Eerst minister Wiebes, die uitging van een imaginaire realiteit betreffende de opwarming van de aarde – hij dacht dat 2 graden, en zelfs 1,5 graden opwarming nog een realistisch scenario was – en daarna een gesprek met Jason Moore, hoogleraar sociologie aan de universiteit van Birmingham, en Willem Schinkel, hoogleraar sociale theorie aan de Erasmus universiteit,  die de realiteit onverbloemd benoemden. Wat Wiebes betreft: zou die nu echt niet weten wat er werkelijk gaande is? Met andere woorden: is hij nou zo dom, of is hij een leugenaar? Ik laat het oordeel graag over aan u en aan hemzelf.

Moore en Ginkel stelden beiden dat onze redding, zij het niet zonder veel leed en schade, nog mogelijk is als we overgaan tot een volstrekt andere manier van politiek en economie bedrijven. Met andere woorden: als we inzien dat het einde van het kapitalisme, of neo-liberalisme, het is maar hoe je het noemen wilt, nu toch echt nabij is. Dat betekent een zeer grondig overheidsingrijpen, nationaal en mondiaal. Moore was optimistisch, want hij achtte dat mogelijk, en noemde als voorbeeld het ingrijpen van de Amerikaanse overheid na Pearl Harbor. Maar dat was in een acute noodsituatie, die overigens concreter en tegelijkertijd minder bedreigend was dan de situatie waar we ons nu in bevinden. Ik leid daar uit af dat een dergelijk ingrijpen pas zal plaats vinden als de eerste steden in zee verdwijnen, of als een acute voedselschaarste de hele wereld bedreigt. Maar dat het einde van het neo-linberalisme nabij is, is niets nieuws. Daar zijn weldenkende mensen het al geruime tijd over eens.

Des te interessanter is de reactie van onze premier op het coalitieakkoord in Amsterdam. Daar staan o.a. enkele begrijpelijke en concrete doelen in: betaalbaar wonen, goed openbaar vervoer, grondige aanpak van de luchtverontreiniging, aanpak van het massatoerisme. Het akkoord is ook helder over de maatregelen waarmee men dat denkt te bereiken. Onze premier liet echter weten bijzonder ongelukkig te zijn met het akkoord. De stad was ‘verloren gegaan aan ‘links’. Een onthullende terminologie. De premier liet zich  kennen als een diehard aanhanger van het neo-liberalinsme, dat ons  in zulke ernstige problemen heeft gebracht.

Mijn verwachting is dat het Amsterdamse gemeentebestuur het nog moeilijk gaat krijgen. Niet alleen zal het veel weerstand ondervinden van plaatselijk gevestigde belangen (bijvoorbeeld woningbouwverenigingen), maar ook zal Den Haag alles op alles zetten om de uitvoering van dit coalitieakkoord onmogelijk te maken. Daarbij zal het principe van de gemeentelijk autonomie (Thorbecke) onder druk komen te staan. Het coalitieakkoord is immers de eerste aanval op het neoliberalisme  die het niet laat bij woorden maar komt met daden.

Om sterker te  staan zal Amsterdam zich aansluiten bij het Fearless Cities-netwerk: een netwerk van andere Europese steden die zich verzetten tegen de neo-liberale dogma’s. En dat sluit weer aan bij een ontwikkeling, waarbij de macht vande centrale overheden afbrokkelt en verschuift in twee richtingen: enerzijds naar de steden, en anderzijds naar internationale organen. Wen er maar aan.

De regering past op de winkel.

De bekende Gestalt therapeut Fritz Perls heeft eens gezegd: “Er zijn drie soorten shit: chicken shit, bull shit en elephant shit. Met ‘chicken shit’ bedoelde hij de cliché’s die we in het dagelijks spraakverkeer bezigen, zoals: “Mooi weer, vandaag,” of “Hoe gaat het me je?”. Met ‘bullshit’ bedoelde hij de redeneringen waarmee we ons eigen gedrag verklaren, meestal met de bedoeling het goed te praten of om onze verantwoordelijkheid weg te redeneren. Onder ‘elephant shit’ verstond hij de semi-wetenschappelijke theorieën van psychologen en psychiaters. Mijns inziens is er nog een soort shit: dinosaurus shit: de taal die politici bezigen om het nut van hun werk te verdedigen.

Neem de Troonrede. Omdat andere zaken mijn aandacht vroegen kom ik er nu pas over te spreken, wat het voordeel heeft dat ik het nu ook kan hebben over de Algemene Beschouwingen. De Troonrede is een prachtig voorbeeld van dinosaurus shit. Dat blijkt uit het feit, dat hij in drie woorden is samen te vatten: Business as usual. In het Nederlands heb ik trouwens zes woorden nodig om de Troonrede (ruwweg 2000 woorden) samen te vatten: De regering past op de winkel. Ik overdrijf, er staat, in een bijzinnetje, ook nog een maatregel in: het nieuwe deltaplan. En ook worden er enkele behartenswaardige woorden gezegd over de bescherming van de rechtsstaat. Maar daarmee is het wel gezegd.

Deze volstrekte nietszeggendheid roept bij de kamerleden een viertal reacties op: 1. Tevredenheid, zelfgenoegzaamheid 2. Het kabinet bakt er niets van (Wilders en Roemers), 3. Het kabinet heeft geen visie,  en 4. Meer daadkracht is nodig. Zo wil Buma een nieuwe kerncentrale en Pechtold belastinghervorming, en wel NU. Over het idee van Buma is een vernietigend  en humoristisch artikel geschreven door Jan Paul van Soest in Trouw, zie https://www.trouw.nl/tr/nl/4500/Politiek/article/detail/3749428/2014/09/17/Op-welke-vraag-is-nieuwe-kerncentrales-het-antwoord.dhtml). En wat de haast bij de belastinghervorming betreft: we hebben nog steeds, wonderlijk genoeg, een redelijk functionerende belastingdienst. Wat te snelle en ondoordachte ingrepen kunnen uitrichten leert ons bijvoorbeeld het bizarre declaratiestelsel in de gezondheidszorg, of de desastreuze effecten van alle maatregelen die de heer Dekker nu weer over het onderwijs uitstort (geheel in tegenstelling tot het advies van de commissie Dijsselbloem). Voor deze onzin hebben Kamer en Kabinet dan twee volle werkdagen nodig  (Wiebes: volhouden hoor! Laat je niet opjutten!) .

Maar wat staat er niet in de Troonrede? Er wordt gezegd dat dit kabinet geen visie heeft. (Wat is er trouwens mis met het oude woord beleidsvoornemens?). What’s new? Maar inderdaad, in de Troonrede had bijvoorbeeld kunnen staan:

1. De regering neemt zich voor het energiebeleid grondig te herzien. Het pas afgesloten energie-akkoord zien we als een eerste stap, maar er moet veel meer gebeuren: een totale transitie naar een ander energiessysteem is nodig. De regerling stelt een denkgroep in om daarvoor een plan te ontwikkelen.

2. Hetzelfde geldt voor de klimaat politiek. De regering zal er in de EU op (blijven) aandringen de kosten van CO2 emissies aanzienlijk te verhogen.

3. De regering zal zich in eigen land en in Europa inzetten voor een drastische hervorming van de landbouw en de eetgewoonten. Er moet een absoluut verbod komen op het toedienen van antibiotica aan gezonde dieren. Vleesproductie en -consumptie zullen ontmoedigd moeten worden (door voorlichting en wellicht fiscale maatregelen), boeren moeten ondersteund worden in het omschakelen van vleesproductiebedrijven naar akkerbouw (niet voor veevoer, maar voor menselijke consumptie).

4. Het blijkt dat de wetenschap nog geen oplossing kan aandragen voor het vraagstuk van hoe een werkelijk duurzame economie in te richten (volledige werkgelegenheid, ecologisch neutraal). Er is nog geen oplossing voor het bereiken van werkelijk duurzame groei, al zijn er wel al enige aanzetten (circulaire economie). De regering zal bevorderen, zowel binnenslands als internationaal, dat de bestudering van dit vraagstuk de hoogste prioriteit krijgt, bijvoorbeeld door het oprichten van een panel naar analogie van het klimaatpanel (IPCC).

Enzovoorts, en zo verder. Een dergelijk beleid zal niet makkelijk te verdedigen zijn, en er zullen vele maatschappelijke discussies losbarsten. Dat zou mooi zijn. Hoezo geen betrokkenheid bij de politiek? Als het maar ergens over gaat, dan komt die betrokkenheid er wel – zie bijvoorbeeld het referendum in Schotland. Maar het vraagt wel dat politici hun nek uitsteken, zoals de Schotse premier heeft gedaan. En ja, dan kan je ook verliezen, en met ere en vlag en wimpel het veld ruimen. Altijd handig als je bij de hemelpoort komt en Petrus vraagt: “Wat heb je gedaan?”, dat je dan naar eer en geweten kunt zeggen: “mijn best”. Ja, dan verdien je wel een plekje in de Hemel. Dat geldt trouwens niet alleen voor politici.

Wie lacht niet die de mens beziet. . .

Ruim dertig jaren gelden werden, op initiatief van Walter Etty en  Michael van der Vlis, in Amsterdam de stadsdelen ingesteld: deelgemeenten in de grote stad,  ter grootte van een middelgrote gemeente  (zeker na de fusies van 2010). Het argument was destijds tweeërlei: het bestuur dichter bij de mensen brengen, en een efficiencyslag (lees bezuinigingslag) maken. Het Amsterdamse gemeenteapparaat was zo ondoorzichtig en duur geworden, dat niemand er meer controle over had – wel in de laatste plaats B&W en de gemeenteraad (berucht waren met nama de afdeling onderwijs en publieke werken).

Beide doelstellingen zijn bereikt en over het algemeen hebben de stadsdelen voortreffelijk gefunctioneerd. Dus worden ze nu weer opgeheven. Het argument: een efficiencyslag (lees bezuinigingsslag) maken. De stadsdelen, met ca. 100.000 inwoners,  zijn ‘immers’ te klein om een volwaardig bestuur uit te oefenen, evenals alle ander middelgrote gemeenten in Nederland (die zouden dan ook gefuseerd moeten worden tot molochen van 750.000 inwoners, totaal 25). Ik ben benieuwd of ik, over dertig jaar, vanuit mijn wolk in de hemel met een grijns zal waarnemen hoe de stadsdelen weer zullen worden ingesteld.

Tegelijkertijd wordt de jeugdzorg en de thuiszorg gedecentraliseerd, althans de uitvoering daarvan gaat naar de gemeenten. Argument: een efficiency slag (lees bezuinigingslag) maken en het bestuur dichter bij de burger brengen. Die uitvoering  wordt door het rijk zo minutieus voorgeschreven dat de gemeenten weinig mogelijkheden hebben hier eigen accenten te leggen, terwijl toch de bedoeling was om de gemeenten meer zeggenschap te geven bij de uitvoering (dat heet maatwerk).

Ondanks de voorschriften van het Rijk blijft er toch nog een heel klein beetje speelruimte voor de gemeenten. Gezien de noodzaak tot bezuiniging zullen de gemeenten daarvan optimaal gebruik maken. Daardoor zullen verschillen ontstaan tussen gemeenten. Zo zal Tante Truus in de ene gemeente meer schoonmaakhulp krijgen dan in de andere. Dat lijkt me prima, want dan kan de gemeente inderdaad enig beleid voeren en prioriteiten stellen,  en kan de burger via inspraak en via de gemeenteraad daarop invloed uitoefenen. Maar over die verschillen zullen vervolgens wel kamervragen worden gesteld, want het kan toch niet zo zijn dat mensen in verschillende gemeente verschillende rechten hebben. Daarom zal over twintig of dertig jaar de jeugdzorg en de thuiszorg weer een rijkstaak worden. Ik ben benieuwd of ik dat dan vanuit mijn wolk in de hemel met een grijns zal kunnen waarnemen.

Absurdistan.

Jongstleden zaterdag begon voor heel Noordelijk Nederland en Amsterdam de (school)vakantie. Dat levert traditioneel een vakantie-uitocht op, onder andere via Schiphol. Dus besloten Rijkswaterstaat en Prorail die dag werkzaamheden gelijktijdig uit te voeren zodanig dat Schiphol per trein niet en via de weg zeer moeilijk bereikbaar zou zijn. Dat laatste heb ik zelf ervaren – ik moest weliswaar niet naar Schiphol maar naar Wassenaar, maar kon dat alleen maar bereiken via een sluiproute langs Aalsmeer. Ik had maar een uur vertraging. Maar ik had medelijden met al die luchtreizigers, die in de rats zaten om hun vliegtuig te halen. Hoeveel mensen hun vlucht daadwerkelijk gemist hebben is me niet bekend.

Begrijp u het woordje ‘dus’ waarmee de derde zin van dit stukje begint? Dan bent u waarschijnlijk ook goed in het oplossen van cryptogrammen. Hoe dit zij – ik begrijp dat woordje niet. Wel begreep ik dat de betrokkenen van Rijkswaterstaat en Prorail hierover tevoren hebben vergaderd, dus hebben ze het maar zo geregeld. ???? Ja. Ik merk dat mijn stijl een beetje op die van Youp van het Hek begint te lijken.

Weet u wat een DOT is? Nee? Dan bent u wel erg slecht op de hoogte. Een DOT is een DBC op weg naar Transparantie. Weet u nou nog niet wat een DOT is? O, u weet het wel. Goed in het oplossen van cryptogrammen en het oplossen van geheimcodes waarschijnlijk.

O, u weet niet wat een DBC is? Dan bent u wel erg slecht op de hoogte. Een DBC is een Diagnose-behandel-combinatie. Er zijn 33.000 DBC’s (die gecombineerd zijn tot 4000 DOT’s). DBC’s schrijven voor welke behandelingen vergoed worden bij een bepaalde diagnose. Dat was om de kosten in de gezondheidszorg te drukken. Het tegendeel is natuurlijk gebeurd, omdat nu de diagnoses aangepast werden aan de behandelings mogelijkheden. Dat doen artsen en ziekenhuizen soms vanwege heel nobele motieven (zo kun je je weer enige medische handelingsvrijheid verwerven), maar soms ook gewoon om zich te verrijken.  (Herinnert u zich nog de tijd, dat de behandelingen uit de diagnose s voortvloeiden. Niet? Dan bent u wel erg kort van memorie of bijzonder jong). Men noemt dat fraude. De afgelopen drie jaar is er voor 18 miljoen aan fraude opgespoord in de gezondheidszorg – dat is waarschijnlijk het topje van de ijsberg. Voor zorgverzekeraars loont het namelijk niet om fraude op te sporen – de kosten zijn hoger dan de baten; dat zit in het huidige systeem ingebakken

Om dit alles tegen te gaan zijn (tijdelijk) de DOTS ingevoerd. Bij een bepaalde diagnose hoort nu een standaard vergoeding, ongeacht de behandelingen die de arts/het ziekenhuis verricht. Die vergoeding is vastgesteld als volgt: standaardbehandelingen die (vrijwel) altijd nodig zijn, worden voor 100 % in de vergoeding meegerekend; voor wat betreft de overige behandelingen die een arts noodzakelijk vindt wordt een percentage vergoed op basis van wat de gemiddelde praktijk is.

Dat zou er natuurlijk toe kunnen leiden dat ziekenhuizen zo weinig mogelijk behandelingen verrichten, want dan maken ze meer winst en komen ze uit de financiële problemen. Maar in de praktijk blijkt het omgekeerde. Beplaalde behandelingen die een arts gewenst vindt, maar niet overal altijd worden toegepast worden maar gedeeltelijk vergoed. Resultaat: winst voor de zorgverzekeraar en verlies bij het Ziekenhuis.

Tja, al deze zaken waren natuurlijk van te voren te bedenken. Zo moeilijk is dat niet, en bovendien kunnnen alle organisatie-adviseurs en organisatie-handboeken je dit vertellen. Dus is er waarschijnlijk lang over vergaderd.

Dit zijn maar twee voorbeelden van vergaande incompetentie van politici en met name ambtenaren. Ik zou er moeiteloos veel meer kunnen noemen. Ik begrijp niet waar die incompetentie vandaan komt, omdat als je ze afzonderlijk spreekt het aardige en intelligente mensen zijn. Maar misschien ben ik zo langzamerhand te oud om deze wereld te begrijpen.

Wat ik wel begrijp is dat problemen van kosten beheersing niet zijn op te lossen door controle, maar uitsluitend door mentaliteitsverandering. Daarover spreek en schrijf ik al veertig jaar, omdat dit al veertig jaar bekend is. Maar dat is de moeizame weg met weliswaar duurzaam effect, maar weinig resultaten op korte termijn. Dus controleren we meer en bouwen we meer systemen, die we vervolgens niet meer in de hand hebben. In tegendeel: die systemen regeren ons. In wat voor land leef ik eigenlijk? Absurdistan.