De dictator

De archetypen in onze samenleving.

Individualisme is een dodelijk gif. Maar individualiteit is het zout van het dagelijks leven.
Henry van Dyke

Lidl veroorzaakte een klantenopstand toen ze besloten om bij wijze van proef de vegaburgers in hetzelfde schap te leggen als de vleeshamburgers. “Ik bepaal zelf wel wat ik eet”. klonk het veelvuldig. De PVV in de provincie Gelderland protesteerde toen besloten werd dat op Woensdag – nou net de dag dat de Gelderse Staten vergaderen – in de kantine van het provinciehuis alleen vegetarische maaltijden zouden zijn te verkrijgen. Hun motie – er moet elke dag minstens één vleesmaaltijd te verkrijgen zijn – werd ook ondersteund door VVD en CDA.*).

Dit zijn allemaal voorbeelden van doorgeschoten individualisme. Waar komt dat vandaan? Dat komt uit onze jeugd, en wel de leeftijd van 3-4 jaar, de zogenaamde koppigheidsfase. Dat is de leeftijd waarop we onze autonomie ontwikkelen. Maar om die te bereiken schieten we eerst door en protesteren tegen alles wat ons wordt opgedragen. Het sowieso ‘nee’ zeggen. Het ‘dwarsliggen’. Als ouders in deze fase te toegeeflijk zijn, of juist te onderdrukkend, blijven we als volwassenen in deze fase steken. Autonomie wordt dan verward met absolute vrijheid, zonder rekening te houden met anderen. Elke begeerte (zie vorige week) moet dan onmiddellijk bevredigd worden. Ik moet mijn zin hebben, en wel NU!!! Dat komt in onze wereld heel veel voor.

Deze onverwerkte, kinderlijke behoefte licht aan de wortel van ieder autoritair gedrag, zoals bijvoorbeeld grensoverschrijdend gedrag.**) Het is niet toevallig dat er door overheden en bedrijfsleidingen vaak niet naar hun medewerkers en burgers geluisterd wordt. Het autoritarisme van boven botst dan met de koppigheid van onderaf. Waar dat in extremis toe leiden kan is de ondergang van de democratie. Democratie vraagt inschikkelijkheid. Het is niet toevallig dat de democratie overal in de wereld in het defensief is, en het dictatorschap overal in opmars is. Het valt op vruchtbare bodem: de demagogen en populisten vertellen je namelijk dat je altijd je zin krijgt.

Ik wantrouw iedere politicus en iedere leider die er niet op wijst dat we voor een betere samenleving ook rekening moeten houden met elkaar, en ook wat op moeten geven, al was het maar onze ongebreidelde consumptiezucht. Bij de a.s. verkiezingen zal ik alle partijen op dit punt vergelijken, en mijn stem hier mede door laten bepalen.

Hitler als klein kind.

*) De voorbeelden zijn ontleend aaan een column van Esther Bijlo in Trouw van 16 juni 2023
**) Zie bijvoorbeeld het prachtige interview met Matthijs van Nieuwkerk hierover in de NRC van 2 sept (weekendbijlage).

De vrek.

De archetypen in onze samenleving.

Overwin de vrek met gulheid (Mahabharatha)

Bijna niemand van ons is een Scrooge of Oom Dagobert Duck. Maar in verzwakte vorm hebben de meesten van ons wel iets vrekkigs. Want wie van ons hecht er niet aan bepaalde materiële goederen of aan geld? Of kan het niet nalaten nieuwe kleren te kopen of andere niet noodzakelijke goederen? Wie kan er moeilijk dingen weggooien? En zijn velen van ons niet verslaafd aan vliegen of vlees eten terwijl we weten dat we daarmee schade toebrengen aan ons voortbestaan? Iedere consument die meer uitgeeft en bewaart dan nodig is voor de bevrediging van onze basisbehoeften is afhankelijk van zijn begeerte. En dat is de bron van alle lijden in de wereld, zoals de Boeddha al zei. Dit archetype is volgens mij ook de belangrijkste drijfveer van vele bestuurders aan de top van de overheid, en bij aandeelhouders, directeuren en bestuursvoorzitters in het bedrijfsleven.

Zoals alle archetypen heeft ook de vrek een licht- en een schaduwzijde. We associëren dit archetype meestal met de schaduwzijde: hebzucht, verslaving, hamsteren, oppotten van geld en emoties ten koste van anderen. Maar Oom Dagobert Duck toont ook een vergaande toewijding om zijn neefjes Kwik, Kwek en Kwak te beschermen. Niet zelden is vrijgevigheid een (vaak verborgen) eigenschap van de vrek, zoals bijvoorbeeld blijkt bij Scrooge na zijn transformatie in de beroemde Christmas Carol van Charles Dickens. Een andere lichtzijde van de vrek is zijn/haar ondernemerschap. Haar/zijn creativiteit stelt hem/haar in staat om de materiële middelen te scheppen om mooie dingen mee te doen.

.

Archetype kaart © Caroline Myss. Midas slaat
op de mythe van Koning Midas van Frygië,
die alles wat hij aanraakte in goud veranderde.

Kortom, zoals bij alle archetypen komt het op de intentie aan. Is de creatie van rijkdom – al dan niet gebaseerd op een onverwerkt verleden – uitsluitend gericht op de eigen verheerlijking, of mede op het scheppen van het welzijn van de anderen. Voor zover we de vrek in onszelf herkennen en erkennen, is aan ons de keuze, zoals altijd.


De rechter

De archetypen in onze samenleving.

Angst overwinnen is het begin van wijsheid. (Bertrand Russell)

We staan in deze samenleving onmiddellijk met ons oordeel klaar over alles en iedereen. Ik zeg ‘we’ want het geldt ook voor mezelf. We lopen de hele dag goed- maar vooral af te keuren. Dat geldt ten aanzien van publieke figuren, maar ook ten aanzien van bijna iedereen met wie we in contact komen. We spreken die oordelen niet altijd uit, maar heel vaak ook wel: mondeling, in roddels, op internet, waar we maar kunnen. We treden eigenlijk voortdurend op als rechter, maar dan zonder voorafgaand onderzoek. Daarom noem ik ‘de rechter’ een archetype in onze samenleving.

Dit snelle oordelen verhindert ons om werkelijk te kijken, om dieper op onze omgeving in te gaan. We laten wat er werkelijk gaande is niet echt op ons inwerken – in plaats daarvan staan we onmiddellijk met onze reactie klaar. Daar worden we ook niet wijzer van. Bovendien leidt dit tot polarisatie en conflict in de samenleving.

Ik herinner me dat ik eens namens een organisatie voor de rechter stond in verband met een aanklacht wegens overlast. De rechter (B.J. Asscher) maakte toen diepe indruk op me. Het was een betrekkelijk eenvoudige zaak, maar hij nam alle tijd om er dieper op in te gaan. Zijn scherpe blik staat me bij tot op de dag van vandaag – en hij nam de tijd om ter plaatse te ervaren hoe het met de overlast gesteld was. Ik herinner me niet meer precies wat de uitspraak was, wel dat ik het ervoer als een salomonsoordeel.

De antinomische tegenstelling van oordeel is onderscheidingsvermogen: het vermogen om te zien wat werkelijk is. Dit onderscheidingsvermogen ontwikkelen we door onze wijsheid, die zelf weer voorkomt uit diepgaande zelfreflectie en levenservaring. Als we willen bijdragen tot een meer harmonische, rechtvaardige en vreedzame wereld komt het er dus op aan bewust te leven en zodoende onze wijsheid te ontwikkelen. Het is nooit te laat om daarmee te beginnen, en onze aandacht te intensiveren.

.

Tarot kaart XI uit de grote Arcana (gerechtigheid)

.

.

.

.

.

Archetype kaart © Caroline Myss

Van vechter naar strijder.

De archetypen in onze samenleving.

Er is een tijd van oorlog, en een tijd van vrede. (Prediker, 3:8)
Sta op en strijd vastberaden (Krishna tegen Arjuna in de Bhaghavad Gita)

Vandaag wil ik de vechter met u doornemen.

Onze wereld is doordrongen van agressie. We zien dat in onze oorlogen, onze gewelddadige economie die wereldwijd mensen uitbuit om hier onze welvaart te handhaven, onze moordende concurrentie tussen en in het bedrijfsleven, de verbale gewelddadigheid op internet, in de politiek, in het verkeer, in onze maatschappelijke omgang, in onze migratiepolitiek, in onze gezinnen, op scholen, enzovoort; ik hoef u dit allemaal niet uit te leggen want u kunt het dagelijks om u heen en in de media zien. Natuurlijk zijn we niet allemaal de hele dag gewelddadig, en is er ook veel vriendelijkheid in de wereld, maar er is toch een opvallende bovenstroom van boosheid en woede. En wie zonder zonde is werpe de eerste steen. We nemen misschien niet onze toevlucht tot fysiek geweld, maar als we eerlijk onze geest onderzoeken zien we hoeveel agressieve gedachten daar rondspoken. En gedachten, zo weten we, hebben hun uitstraling in de wereld, ook als ze niet tot fysieke actie leiden.

Er zijn nogal wat psychologische, soviale en economische verklaringen voor die agressie: (jeugd)trauma, onzekerheid over de toekomst, maatschappelijke ongelijkheid en onrecht, enz.; ook deze oorzaken kunt u zelf wel aanvullen. Maar dat ontslaat onze niet van onze verantwoordelijkheid om onze agressie in te tomen en in constructieve banen te leiden.

Om dat te doen is het goed om ons te realiseren dat agressie ook een constructieve kant heeft. Er is gerechtvaardigde woede en verontwaardiging over onrecht, over destructief gedrag en over onverantwoordelijke nalatigheid, en er is misschien zelfs wel een gerechtvaardigde oorlog (Verzet tegen Duitsland en Japan in WO II, Oekraïne). Maar zelfs in die situaties is meer geweld dan nodig is, laat staan wraak en wreedheid onacceptabel.

Het komt er daarentegen op aan drie andere archetypen in onszelf te vinden en te ontwikkelen: de rebel, de spiritual warrior en the warrior of the heart. De rebel kan opstaan tegen een ongelegitmeerde autoriteit. De spiritual warrior is er op uit zijn hoogste levensdoel te vinden en waar te maken; de the warrior of the heart om zijn bovenpersoonlijke liefde in zichzelf te ontdekken en uit te dragen. Deze archetypen zijn de lichtzijde van de vechter en we hebben ze allemaal in ons, maar het kost soms moeite of pijn om ze tot bloei te brengen en ze vrucht te laten dragen. Het is echter wel de moeite waard en het is wat de wereld nodig heeft.*)

.

.

.

.

Archetype kaarten © Caroline Myss

.

*) Mijn boek Op weg naar jezelf . . . een pelgrimsreis in zeven etappes kan u daarbij behulpzaam zijn.

Archetypen in onze samenleving.

Op 11 maart van het vorige jaar heb ik geschreven over ons persoonlijke archetypen-patroon. In dit blog wil ik eens onderzoeken welke archetypen dominant zijn in onze maatschappij. Daarbij beperk ik me voorshands tot de Westerse cultuur, daar ik wat archetypen betreft van de andere culturen onvoldoende overzicht heb. Ik sluit echter niet uit dat wat ik over de westerse samenleving ga zeggen ook mondiaal van toepassing kan zijn.

In mijn eerste associatie komen de volgende archetypen bij me op: vechter (vooral bij mannen), hedonist, conformist, narcist, dictator, slaaf, slachtoffer, verspiller, rechter, egoïst, vrek. U kunt dit naar eigen inzicht aanvullen. Natuurlijk gelden deze archetypen niet voor elk van ons afzonderlijk in even sterke mate, maar je kunt toch wel zeggen dat we vrijwel allemaal door deze archetypen zijn beïnvloed. Ze zijn onderdeel van de cultuur waaraan wij allen zijn blootgesteld. In de volgende blogs wil ik op sommige van deze archetypen ingaan, maar voordat ik dat doe eerst een algemene opmerking vooraf. Als ik deze archetypen zo bij elkaar zie lijkt dat op het eerste gezicht een vrij negatief beeld. Maar bedacht moet worden dat elk archetype een licht- en een schaduwzijde heeft. Dat komt bij de afzonderlijke archetypen nog aan de orde.

Het komt erop aan dat we, als we streven naar een betere wereld, de schaduwzijde van de afzonderlijke archetypen moeten transformeren naar de lichtzijde, zoals ik persoonlijk o.a. heb moeten doen met de saboteur in mij. Dat is zowel een individuele opgave voor elk van ons afzonderlijk als een collectieve opgave. We moeten ons echter realiseren dat de lichtzijde niet kan bestaan zonder de schaduwzijde. Hoe moeten we daar nu mee omgaan? Op deze vraag kom ik aan het eind van mijn behandeling van de afzonderlijke archetypen nog terug. Ik heb dus een heel programma voor de boeg, hooguit wellicht onderbroken als de actualiteit daarom vraagt. Wordt vervolgd.

Identiteit (vervolg)

Net nadat ik mijn vorige blog had geschreven (waarin ik aanraadde onze identiteit niet alleen te ontlenen aan uiterlijke zaken) kreeg ik een artikel uit Trouw onder ogen, waarin beschreven werd hoe voor steeds meer kinderen en jongeren het gebruik van botox en andere fillers de normaalste zaak van de wereld is geworden. Hetzelfde geldt voor tatoeages. Het aantal cosmetische klinieken in Amsterdam-Zuid is sinds 2013 opgelopen van 38 tot 203. Er zijn daar nu al meer cosmetische klinieken dan Albert Heijns.

Afgezien van dat dit illustreert hoe belangrijk ons uiterlijk is geworden voor onze identiteitsgevoelens (over de gevaren waarvan ik vorige week heb geschreven) laat het ook zien hoe afhankelijk we worden van hoe we eruit zien. En van de opgeblazen schoonheidsidealen die toevallig in deze tijdsperiode opgeld doen. Voor de schoonheid van de natuurlijke uitstraling van vrijwel elk menselijk lichaam (uitzonderingen daargelaten) hebben we geen oog meer. Natuurlijk ben ik er niet op tegen dat we die schoonheid ondersteunen met een mooi of leuk jurkje of overhemd, of met een bescheiden, natuurlijke make up of goed gekozen sieraden. Die kunnen ook een expressie van ons innerlijk zijn. Maar hier lijkt iets anders aan de hand. Hier lijkt het dat we onze waarde en waardigheid niet meer ontlenen aan onze innerlijke wijsheid, kracht en schoonheid, maar aan ons conformisme. Dat is trouwens niet alleen van deze tijd: het doet me denken aan Thorstein Veblens conspicuous consumption met als doel status te winnen en te bevestigen. Dat is dus een substituut voor de zelfwaardering die gebaseerd is op de hierboven genoemde kwaliteiten.

Ik had nog een tweede gedachte achteraf naar aanleiding van bovengenoemd blog. En dat is dat de meest stevige basis van onze identiteit eenheidsbewustzijn is, namelijk het besef dat we een onlosmakelijk deel uitmaken van Gaia als geheel, zoals de cellen een onlosmakelijk deel uitmaken van ons lichaam. Het betekent dan dat we kunnen zeggen: ik ben Gaia, de aarde met alles erop en er omheen. We kunnen dat natuurlijk alleen maar zeggen als we dat ook werkelijk zo beleven – een verstandelijk weten is niet genoeg. We ervaren deze eenheid als we ons laten meeslepen in een massa, bijvoorbeeld bij een popconcert, een voetbalwedstrijd of een demonstratie. Maar dat is nog maar een primitieve, tribale vorm van eenheidsbeleving. Als we gaan voor onze spirituele ontikkeling kan het zijn dat we aan het eind van een lange weg de unio mystica bereiken, waarbij we versmelten met de oorsprong van alles. Dan hebben we geen enkel symbool van identiteit meer nodig.

Unio Mystica

Identiteit

Vele mensen, ook ik, ontlenen een deel van hun identiteit aan externe factoren: nationaliteit, huidskleur, ethnische afkomst, geslacht, beroep, maatschappelijke positie, status, plaats in het gezin, enzovoort. Dat maakt ons kwetsbaar, want als (een deel van) die identiteit niet erkend wordt voelen we ons aangetast en reageren we defensief. Als dit voor een bepaalde identiteitsgroep op grote schaal gebeurt kan dit leiden tot diepgaande conflicten, scheldpartijen, demonstraties en zelfs geweld. Hoe kunnen we bereiken dat we voor een aanval op (een deel van) onze identiteit minder kwetsbaar worden?

Maar eerst iets anders. Zelf heb ik moeite met een deel van mijn identiteit, namelijk mijn Nederlanderschap. Vroeger was ik best trots op die identiteit, want was ik zelfs trots op mijn land en voelde daar een zekere liefde voor. Ik vond dat we de dingen hier mooi geregeld hadden, dat we een land waren van solidariteit en tolerantie, dat ‘we’ hele mooie kunst hadden geschapen, dat we hele mooie natuurgebieden hadden, dat we een rijk cultureel leven hadden, enzovoort. Ik was ook best chauvinistisch, was trots op ons nationaal elftal, en op onze zwemmers en schaatsers, op ‘onze’ prestaties op het gebied van wetenschap, op het niveau van ons muziekleven. Ik kon zelfs geraakt zijn bij het spelen van het Wilhelmus of het hijsen van onze vlag.

Maar in dat identiteitsgevoel is een lelijke barst gekomen. Ik ben deel van een land dat alle collectieve voorzieningen onder druk heeft gezet, dat een onmenselijk immigrantenbeleid probeert te voeren, dat een inhumane bureaucratie heeft gecreëerd, dat het klimaat probleem niet echt wil aanpakken, dat bijdraagt aan de uitbuiting van de bevolking elders in de wereld, dat pakten sluit met de meest gruwelijke dictators, dat onze natuur verwaarloost en waarin velen elkaar verrot schelden; enfin, u kunt dit zelf naar believen aanvullen. Een land ook waarin voortdurend die partijen bij verkiezingen de winst behalen die het algemeen belang en wat er nog over is van de ‘commons’ consequent achterstellen bij het eigenbelang.

Ik schaam me nu steeds vaker om Nederlander te zijn. En soms ook om man te zijn, wit te zijn, bevoorrecht te zijn. Dus waaraan moet ik dan mijn gevoel van identiteit ontlenen? Gelukkig is er altijd de weg naar binnen. In mij leeft mijn ziel en mijn geest. Zelf ben ik vrij in het kiezen van mijn opvattingen en de waarden die ik wil nastreven. Aan deze kiezer en aan dit zelfgevoel kan ik mijn identiteit ontlenen. Dat maakt me minder kwetsbaar voor mijn uiterlijke identiteit en wat wie dan ook daarvan vindt. En dat is ook het antwoord op de vraag aan het eind van de eerste alinea van dit blog: zoek je identiteit in je binnenste, en maak die niet afhankelijk van externe factoren. Volgende week ga ik hier diepgaander op in.

Nederland in verval

Individualisme 2.0

Bij duurzaamheid denken veel mensen toch al snel aan de hoogte van de energierekening en aan zonnepanelen op ons dak. 
(de Kunst van Wel – Liekje Welten/Imke Musterd)

Maar om een werkelijk duurzame maatschappij te bereiken is wel meer nodig dan beschreven in bovenstaande uitspraak. Zoals Liekje en Imke zeggen: nodig is een nieuw en groeiend bewustzijn, dat de plaats inneemt van een leefwijze zoals die de afgelopen eeuwen vorm heeft gekregen en waarin ons streven naar materieel gewin centraal staat. Dat vraagt om een nieuwe levenshouding, waarvoor Liekje en Imke de term individualisme 2.0 muntten. Om ze nogmaals te citeren: Als ieder van ons bewust is van zijn diepere waarden en verlangens,  en in contact leeft met zijn hart en lijf, dan zorgen we goed voor onszelf en spreekt het vanzelf dat we ook goed voor onze naasten en voor onze leefwereld willen zorgen.

Rutger Bregman stelt, zoals bekend dat alle, of althans de meeste, mensen deugen. Ik ben het daar niet mee oneens, maar alle mensen deugen ook niet. Het goede en het kwade leeft allebei in ons. Het nadeel van dit gezichtspunt is echter dat het een sterke morele kant heeft: het kwade is verkeerd, en we hebben de neiging de mensen die niet het goede kiezen te veroordelen. Zo lopen we ook de kans om negatief te oordelen over hen die niet gaan voor individualisme 2.0.

Ik houd niet van deze moralistische houding in mezelf. Daarom was ik blij met het artikel van Jos de Mul in De Groene Amsterdammer van 6 juli.*) Op basis van gedegen wetenschappelijk onderzoek stelt hij dat wij mensen van nature (dus biologisch verankerd) zowel een centrische als een excentrische positionaliteit bezitten. Wat wil zeggen dat we enerzijds gaan voor het naakte eigenbelang maar anderzijds ook het vermogen hebben om ons in de buitenwereld te verplaatsen.We kunnen voorbij ons egocentrisme denken, en bijvoorbeeld denken aan het belang van de andere dieren.

Dus ja, we hebben een keuze, en dus zijn we verantwoordelijk. Als we geen keuze zouden hebben zouden we dat niet zijn. Maar het is geen keuze of/of, maar een keuze en/en, zoals ook Liekje en Imke zeggen in bovenstaand citaat. Het valt me op dat als ik op deze manier naar mensen en mezelf kijk ik minder snel verval in morele oordelen, al hoop ik natuurlijk nog wel dat we de wijsheid ontwikkelen om de traditie van eeuwen te doorbreken en onze excentrische positie sterk laten meespreken. Liekje , Imke en Nanda organiseren eind augustus een summerschool, die je bij die transitie kunnen ondersteunen: https://dekunstvanwel.nl/events/summerschool/. Lees die website!

Summerschool Lijf, Lied & Levenskunst
Een veilige bedding om iets nieuws in jezelf aan te boren. En voorts plezier, ontspanning en samenzijn.

*) Er staat veel meer in dit artikel, zeer lezenswaardig en aanbevolen.

Uitbuiting.

Terug van vakantie keek ik de afgelopen week de kranten door van de weken daarvoor en ik zag dat er twee weken geleden heel veel publiciteit was over ons slavernijverleden. We moeten excuses maken, nabestaanden compenseren, spijt betuigen, enzovoort. Allemaal prachtig natuurlijk maar wat mij betreft ook hypocriet, zolang we met geen woord spreken over hoe we vandaag de dag grote delen van de wereldbevolking uitbuiten. Onze welvaart en onze economie, ja zelfs onze pogingen tot verduurzaming gaan ten koste van onmenselijke omstandigheden elders. *) Dat is minstens zo misdadig als ons slavernijverleden.

Een voorbeeld is de deal die de Europese Unie heeft gesloten met Chili over lithium. Zonder lithium is geen elektrificatie van ons wagenpark mogelijk. Ondanks mooie woorden gaat de winning van lithium gepaard met onwaardige arbeidsomstandigheden en grootschalige vernietiging van de plaatselijke natuur **). Soortgelijke verhalen kunnen we houden over de winning van andere voor onze samenleving noodzakelijke grondstoffen: koper, kobalt, enz.

En dan heb ik het nog alleen maar over grondstoffen.Daarnaast betalen we nog steeds op grote schaal veel te weinig voor ons voedsel, waardoor boeren wereldwijd in een situatie leven die sterk aan slavernij doet denken. Die boeren zijn dan nog goed af, want anderen komen van de honger om als ze niet proberen naar het Westen te vluchten. Maar de meesten van die asielzoekers laten we verdrinken of laten we leven in gruwelijke omstandigheden.

Mocht er bij de komende verkiezingen een partij zijn die dit soort zaken wil adresseren, dan heeft die partij mijn stem. Maar ik vrees dat het accent zelfs bij christelijke en sociale partijen toch zal liggen op ons eigen, lokale welzijn. Met solidariteit win je immers geen stemmen. Of zie ik dat verkeerd?

*) zie artikel in De Groene Amsterdammer, 22 juni 2023: Verwoesting in een groen jasje door Darko Laginas.
**) Een van de bedrijven die zich daaraan schuldig maken is Albemarle. Vlak bij mijn huis staat een fabriek van Albemarle, die zich zo keurig aan de milieuvoorschriften houdt, dat die gedoogd wordt in een woonwijk. Maar in de derde wereld neemt Albemarle het niet zo nauw – dat wordt door de lokale regeringen aldaar ook niet vereist.

Moeten we nu eigenlijk oordelen of niet?

Terug van vakantie verzeil ik in een zelfgeschapen tijdsdruk – daarom maak ik het me vandaag maar gemakkelijk door in mijn blog een stuk over te nemen van Rutger Bregman, schrijver bij de Correspondent. Niet zozeer om iemand aan de schandpaal te nagelen, maar om mijn onbegrip te delen met het gedrag van sommige burgers. Eerst maar even het stuk:

Van sommige mensen snap ik niet hoe ze in de spiegel kunnen kijken. Neem de gigantische belastingontwijking van Max Verstappen.
Slechts één dag nadat hij 18 was geworden, verhuisde hij al naar Monaco. Zijn belastingtarief daar? 0 procent. Zijn belastingtarief hier in Nederland? 0 procent. Zijn belastingtarief in België, waar hij tot zijn 18e woonde? 0 procent. Van de 64 miljoen euro die Verstappen dit jaar verdient, draagt hij 0 euro bij aan onderwijs en zorg, politie en brandweer. Helemaal niks.
Zelf profiteerde Verstappen van het publieke betaalde onderwijs op basisschool De Boomgaard in Maaseik en de middelbare school Trevianum in Sittard. Maar zijn eigen bijdrage aan de scholen van Nederland en België? Niks, nada, noppes. ‘Blijft Verstappen tot 2028 in Monaco gevestigd,’ zo becijfert de Volkskrant, ‘dan loopt zijn belastingvoordeel over 13 jaar op tot minstens 200 miljoen euro.’
Hoe presteert zo iemand het om met een Nederlandse vlag in zijn handen feest te vieren? Misschien omdat niemand in zijn omgeving hem de waarheid durft te vertellen. Vorig jaar werd deze zogenaamde ‘held’ zelfs benoemd tot officier in de Orde van Oranje-Nassau – het lintje en de ceremonie werden gefinancierd door hen die wél netjes hun belasting betalen.
Zie ook het artikel in de Volkskrant van dit weekend, over de immorele praktijken van Verstappen en andere topsporters: https://lnkd.in/e_J_Etdy
En stel je voor dat een graaiende bankier met een Nederlandse vlag op de Zuidas zou rondrennen. Het land zou te klein zijn. Wat mij betreft stoppen we ook met het juichen voor dit soort lui. Mensen als Verstappen werken namelijk niet voor hun land. Ze werken alleen maar voor zichzelf.

(Bron :HP/De Tijd, 30 mei 2023.)

Het is altijd goed om bij een dergelijke verontwaardiging ons de bijbel te herinneren over de balk in het eigen oog (Matt. 7:3). Nee, op grote schaal belasting ontduiken doe ik niet en heb ik nooit gedaan, maar een brandschoon geweten. . . ? Ik sta er niet voor in.