Categoriearchief: Spiritualiteit

Eugène’s hemelvaart

Lieve lezers van dit blog,

Dit blog heeft de vorm van een brief aan jullie, omdat ik de behoefte heb om persoonlijk te delen, mee te delen.

Vorige week is, volstrekt onverwacht, Eugène op 66-jarige leeftijd overleden. Hij is overleden op zijn geliefde Bali aan sepsis, een bacteriële infectie in het bloed, en daar gecremeerd volgens Balinese rituelen. Gisteren is zijn ziel overgedragen aan de zee, ook onder leiding van een Balinees priester.

Hij was een van onze meest dierbare vrienden, met wie Anne en ik wekelijks mediteerden, negen jaar lang. Na afloop dronken we altijd koffie  en spraken over alles wat ons bezig hield, van de meest persoonlijke en intieme zaken tot wat er in Amsterdam en de wijde wereld gaande was. Over onze gedachten en gevoelens, onze hoop, vertrouwen en somberheid, over  de bizarre gebeurtenissen in de politiek en in het bestuur en de humor daarvan, over de meest verheven zaken en de meest onbenullige dingen.  Ik ken maar heel weinig mensen met wie ik op zo vanzelfsprekende wijze tot diepgaand wederzijds begrip kon komen. Hij was wat je noemt een ‘soulmate’.

Een gebeuren als dit roept van alles op. Verdriet over hoe we hem zullen missen, woede over de vergankelijkheid en de wispelturigheid van het leven, gedachten over hoe verschrikkelijk dit wel niet moet zijn voor zijn partner, een besef van de broosheid van mijn lichaam, van Anne’s lichaam, van het bestaan als zodanig. En vooral ook onbegrip. Onbegrip over dat hij er niet meer is (het wil nog niet echt indalen), maar ook onbegrip over wat dood eigenlijk is. Het is voor mij eigenlijk niet te vatten.

Je kunt de dood beschouwen vanuit het gezichtspunt van de gestorvene, maar dan stuit je onvermijdelijk op een paradox. Als de dood gelijk staat aan de leegte of het niets, dan komt het dicht bij wat je in diepe meditatie kunt bereiken. Maar er is een belangrijk verschil. In meditatie is er als regel nog een waarnemer die dat niets of die leegte ervaart. Als dat in de dood ook zo zou zijn, dan kan je eigenlijk niet spreken van een absoluut niets, want er is nog steeds een waarnemer. Dan is er dus op geestelijk niveau geen dood. Zou er daarentegen geen waarnemer en dus geen bewustzijn meer zijn, dan is er ook geen leegte of niets, want dat zijn menselijke begrippen die gerelateerd zijn aan het menselijk bewustzijn. Ziedaar de paradox.

Je kunt de dood dus maar beter beschouwen vanuit het gezichtspunt van de nabestaande. Maar dan weet je eigenlijk niet waar je het over hebt. Ik heb in dit leven geen bijna dood ervaring gehad. Het dichtste bij de dood ben ik gekomen, paradoxalerwijs, bij de geboorte van mijn oudste dochter. Na de hectiek van de bevalling, toen mijn vrouw vermoeid en gelukkig in slaap was gevallen, lag ik nog wakker, en hoorde uit het wiegje naast ons bed wat snuifgeluidjes van onze pasgeboren dochter. En ineens overviel het me: een weten dat daar een nieuuwe mens, een nieuwe identiteit op de wereld was gekomen. Dat vervulde me met een diepe verwondering, een ontzag voor het mysterie van het bestaan. Waar kwam die mens nu ineens vandaan? Natuurlijk weet ik van bevruchting van de eicel door de zaadcel en de genetische bagage, maar waar kwam die unieke persoon vandaan? Van de overkant, zoals ds. Ter Linden eens zei in een mooie beeldspraak vanuit zijn pastorie, die tegenover de kerk stond aan de andere kant van het kanaal.

We komen dus ‘ergens’ vandaan, en daarom is het logisch te denken dat we ook ergens heengaan. Dat is ook wat ik persoonlijk geloof. Maar geloof is geen weten – bij geloof hoort ook twijfel. Weten doen we het natuurlijk niet. En onze spirituele meesters kunnen hierover geen uitsluitsel geven – als ze al over de dood spreken, spreken ze elkaar met grote stelligheid tegen.

En wat Eugène betreft, ik houd het maar op het simpele: vaarwel. Voor mij zit daar alles in, zowel mijn eigen verdriet over het afscheid als de zegenwens die ik hem meegeef voor het geval hij zijn reis nog voortzet. Vaarwel, Eugène.

Met lieve groet, en tot het volgende blog (waarschijnlijk. . . ),

Erik

 

 

Embracing our evil.

What is good, what is evil? These kind of questions are the principal theme of the philosophy of ethics. Traditionally there are two sources of answers: the ethics of virtues and the ethics of duty. In the former (Aristotle) virtues are character traits that result in positive choices, choices for the ‘good’. These character traits can be learned. Therefore a person has to know him- of herself. Examples of virtues are the so called cardinal virtues: courage, modesty, discernment and fairness. Still unanswered then is the question who determines which virtues are good and which character traits are bad.

On that question the ethics of duty provides an answer. Good is doing to others what you want that others do to you (and evil then is the reverse). This  so-called Golden Rule is formulated initially by Pittakos of Mylene and Thales of Milete (around 500 B.C.). It also comes close to the concept of reciprocity of Confucius and to what Kant calls the categorical imperative. And it also comes close to Ubuntu philosophy: good is to promote the wellbeing of (the) other person(s), even if this means neglecting ones own wellbeing.  This is an inner prescription about what you should do in a given situation. However, even in this case, the answer to the question: ‘what is good?’ is not always clear. Especially it leaves one empty-handed in situations where societal behavior is required. For instance it doesn’t give an answer to questions like: for what party should I vote, or what product should I buy?

Therefore I prefer an ethics of autonomy (the term is from Paul Cliteur, 2007). The ethics of autonomy requires that one listens to the inner voice, the still, small voice of calm that nevertheless can have the force of a hurricane, completely devastating one’s carefully built-up belief structure. So there is only one place where one can find out what is good or evil behavior in a given situation: one’s self. That, like with the the ethics of virtue, also requires a lot of self investigation, even more so, to find out what is in the way of listening to this still small voice of calm. Maybe it is our indolence or fear.

We live in a world of opposites, an antinomial world. Therefore, there is no good without evil. So we cannot find the good within ourselves without bringing our evil to light. Said otherwise: bringing light towards our shadow. Only when we know our malice, we are free to choose what we are going to do with it: acting it out or embracing it without acting. This last possibility will help us not to judge and not to think in terms of we-and-they. As far as I am concerned that is worth the try.

 

The meaning of Good Friday

Why is Good Friday called Good Friday? After all it is the memorial day of a terrible incident: the crucifixion of Jesus. But for religious people also something very special was happening: by his self sacrifice Jesus has redeemed humankind from sin. And that one could call very good indeed (Some sources however claim that Good Friday is deducted from God’s Friday. I stick to the first meaning). Unfortunately this cannot be true. Look around you, and we see sin and evil everywhere.

I see Good Friday rather as a metaphor for the going hand in hand of good and evil. The evil of Good Friday is clear enough: the conviction and killing of an innocent man, whose only fault was that he stayed with his faith. The good thing was that a man kept his integrity, no matter what. Some see this as madness, but I see it as extreme courage, even considering that he found support in his faith.

Both these manifestations of human life, good and evil, can be seen in affluence today. One can see these life forms all around us, and also in ourselves. It is worthwhile to search for these forces in ourselves, because (self-)knowledge is power: the power to choose between good and evil. Good Friday (like the Thusrsday before and the Saturday after it) is a good opportunity to investigate these forces in our meditation and prayer. Listening to one of the great Passion compositions, at home, in the church or in the concert hall,  may be a great inspiration.

This whole period of the Lent in a way is a period of repentance. This is  strange, because the season is also the season of Imbolc (Candlemas): a period of growth, a period of shifting form inner contemplative focus  toward an outer focus of conscious manifestation. So this period itself is a period of opposites: contemplation and action.

Happy EasterNothing in this world can exist without its opposite. No contemplation without            action, no light without darkness and no good without evil, and the stronger the evil, the stronger the good. Therein lies our hope for this world. Life will always survive. Therein lies the message of Easter. I wish you a Happy Easter.

 

Wat doet de wijze?

In mijn vorige blog stelde ik, in het voetspoor van Neale Walsh, dat de beroerde ecologische en sociale toestand waarin wij de wereld brengen een gevolg is van de wijze waarop we over onszelf en de wereld denken. Zoals Walsh stelt: denken leidt tot woorden, en die woorden tot daden (of juist niet-handelen) en zo scheppen we onze individuele en collectieve realiteit. En dat betekent dat een verandering ten goede alleen maar kan beginnen met een verandering in ons denksysteem. Maar dat is bijna niet te doen, omdat ons denken geworteld is in onze individuele en collectieve historie en in onze cultuur. En ik eindigde toen met de vraag hoe we ons denksysteem dan wel kunnen veranderen.

Wat we kunnen doen is de volgorde in het zojuist beschreven proces – denken, woorden, handelen – omkeren. We kunnen met ons handelen beginnen. In Conversations with God laat Walsh zien hoe dat zou kunnen werken. Als we ONMIDDELLIJK, zonder nadenken, op onze omgeving reageren kunnen we onze denkpatronen doorbreken. Walsh geeft het voorbeeld van een man die krap bij kas zit, erg geoccupeerd is met geld en denkt over geld in termen van schaarste. Maar de man heeft ook een andere kant. Als hij een bedelaar op straat ziet is zijn eerste impuls misschien deze man/vrouw onmiddellijk vijf euro te geven. Maar dan komt zijn denken tussenbeide: ‘dan leert die man/vrouw nooit zelf verantwoording te nemen’, of: ‘ik zit krap bij kas’, of: ‘dan moet ik mijn portemonnaie pakken en die kan wel afgepakt worden’, of, ‘weet je wat, ik geef hem/haar gewoon 20 cent, even in mijn zak voelen daar moet ik nog een los muntje hebben’, en intussen is hij hem/haar voorbij gelopen en dan doet hij dus maar niets. Dat is een gemiste kans om zijn denkpatroon over geld te veranderen. Had hij onmiddellijk zijn impuls gevolgd, dan had hij, met name als hij dat op dit gebied vaker zou doen, wellicht over geld kunnen gaan denken in termen van overvloed. En dat zou zeker zijn financiële situatie veranderd hebben.

Dit is misschien een wat banaal en versimpeld voorbeeld, maar het maakt wel duidelijk hoe het kan werken. Krishnamurti zegt daarover het volgende: “Als u het gevaar van uw bepaald zijn slechts als een verstandelijk begrip beschouwt, zult u er nooit iets aan doen. Als u een gevaar als zuiver denkbeeldig ziet, dan is er een conflict – en ook een tijdsverloop, EvP -tussen het denkbeeld en het handelen, en dat conflict neemt uw energie weg. Alleen wanner u het bepaald zijn en het gevaar daarvan onmiddellijk ziet, zoals u een afgrond ziet, handelt u. Zien is dus handelen.” (Uit: Laat het verleden los). Deze gedachte sluit ook aan bij Fritz Perls, die zegt: “There is only thing that should control, and that is the situation.”

Zo zeggen dus drie van mijn gerespecteerde  leermeesters hetzelfde: als je constructief in de wereld wil staan komt het er op aan onmiddellijk te handelen. Onmiddellijk, dus zonder tussenkomst van het denken, en zonder dat er tijd verloopt tussen de gedachte en de handeling. Dat is een ingrijpend inzicht, dat haaks staat op wat we gewoon zijn. Het lijkt ook tegenstrijdig met wat ik in eerdere blogs gezegd heb over het belang van wachten, niets doen, en het ontwikkelen van zuiverheid. Maar ik zie daar geen tegenstelling in met wat Walsch, Krishnamurti en Perls beweren. Want om onmiddellijk te kunnen handelen moet je eerst helder kunnen zien, en dat kun je ontwikkelen door stilte en zuiverheid.

Wat hier gesteld wordt lijkt ook in tegenspraak met de noodzaak van het ontdekken van onze missie in dit leven (ons heilig contract), en het ontwikkelen van onze visie: hoe we willen leven en werken. Maar ook dat is geen tegenstelling: het is ons heilig contract, samen met onze levensenergie die het onmiddellijk handelen aanstuurt. Dat neemt allemaal niet weg dat we hier toch stuiten op paradoxen, zoals het belang van handelen en niet-handelen tegelijkertijd, de spanning tussen individu en systeem (veranderen we op deze manier ook ons collectieve denken?), het verschil tussen intuïtie en ego-impulsen (waaronder bijvoorbeeld handelen uit schuldgevoel) en de tegenstelling tussen actie en meditatie. Maar ja, dat is het leven: het zit vol tegenstellingen en paradoxen. Het laatste woord is hier nog niet over gezegd – ook niet door mij. Voorlopig moeten we het even doen met de woorden van de Taoïst: “de wijze behartigt zijn zaken zonder te handelen, en toch blijft niets ongedaan.” Begrijpt u het?

 

 

Evolutie NU.

In mijn blog van 6 januari heb ik gesteld dat zuiverheid (van geest), meer nog dan compassie, een sleutel is voor een zinvol leven. Dat is zo omdat zuiverheid het mogelijk maakt om helder te kijken naar wat er in de wereld gaande is, zowel het mooie als het vreselijke, zonder daarbij meteen in een emotionele reactie te vervallen, en ook zonder dat je aangetast wordt door het lijden in de wereld. Dit schreef ik dus allemaal vóór de Parijse aanslagen.

Ik schreef daar ook dat een van de wegen om naar die zuiverheid te komen verstilling is. Het in stilte zijn leidt tot een innerlijke neutraliteit, van waaruit je in vrijheid kunt kiezen op welke wijze je terug keert naar de wereld. We gaan er daarbij van uit dat dit dan altijd op een constructieve en liefdevolle manier gebeurt. Maar zo is het niet. Ook extremisten en terroristen kennen dit proces. Veel islamistische strijders (en andere godsdienstige fanatici) komen tot hun terreurdaden na uitvoerige gebedssessies, die niet alleen in stilte plaats vinden, maar waarbij vaak ook een zekere innerlijke stilte en rust bereikt wordt. Hoe komt dit, hoe werkt dit?

Een interessant licht wordt hierop geworpen door Massoud Djabani, zelf ex-terrorist (Trouw van 15 januari j.l.). “Radicale en terroristische organisaties spelen bewust in op de gevoelens van emotioneel bewogen mensen.  . . . (bij mij) gevoelens van pijn, wanhoop en wraak . . . omdat mijn drie broers geëxecuteerd waren.”  Als je eenmaal binnen de organisatie bent word je gehersenspoeld, precies zoals dat gaat in een sekte of in heropvoedingskampen in een dictatuur. Er wordt constant op je ingepraat , en je wordt constant in een staat van uitputting en afzondering van de buitenwereld gehouden. Het spreekt vanzelf dat onder die condities tijden van collectief gebed weliswaar momenten van stilte zijn, maar niet leiden tot neutraliteit.

Hoe kun je als eenling hieraan ontsnappen? Bij Massoud gebeurde het doordat hij zwaar gewond in een ziekenhuis kwam te liggen, eenzaam en alleen, afgesneden van de sekte, waardoor de twijfel kon opborrelen: “waar zijn we in godsnaam mee bezig?” Er blijken dus twee soorten stilte te zijn, een neutrale stilte en een gekleurde stilte, met verschillende uitkomsten. En ook twee soorten groepsprocessen: één waarbij het extremisme versterkt wordt door indoctrinatie, en een ander, waarover mijn zoon schreef in het vorige blog, waarbij open communicatie centraal staat.

Wetende dat terrorisme ontstaat door indoctrinerende groepsprocessen , zoals in een sekte, is het wel interessant te bedenken dat we die condities als samenleving zelf creëren, namelijk door extremisten en terroristen in detentiecentra te zetten, bij elkaar en samen met gewone criminelen. De extremisten geven de criminelen weer een doel om voor te leven en te sterven, en de criminelen geven de extremisten allerlei praktische informatie over wapens en het gebruik van hun netwerk. Dit proces vindt wereldwijd plaats.

Als we het terrorisme zouden willen bestrijden door repressie: meer en strengere straffen, provocerende miltrailleursposten op kwetsbare punten, en zo meer, dan weten we dus wat we zullen oogsten: een politiestaat met toenemend terrorisme. Wat is een alternatief?

In mijn blog van 31 december pleitte ik voor een (politiek gerichte) beweging gebaseerd op de waarden van eerbied en wijsheid. Laat nu Avaaz net een actie hebben gestart waarbij ze je vragen een verklaring te ondertekenen waarin je de intentie uitspreekt je leven te baseren op de waarden van respect, wijsheid en dankbaarheid. Zie https://secure.avaaz.org/nl/three_principles_loc/?bgYEiab&v=51382. Als een half miljoen mensen deze verklaring tekenen zullen ze wereldleiders vragen hetzelfde te doen. Dit is een interessante ontwikkeling. Avaaz is een wereldwijde organisatie, die vele petities heeft georganiseerd om onrecht en destructieve beslissingen te bestrijden, met vaak verbluffende resultaten. Dit is de eerste keer dat ze, in hun eigen woorden, niet een protestcampagne maar een ontwikkelingscampagne organiseren. Doe mee en zegt het voort! Het heeft wel iets om bewust mee te doen aan de evolutie van de mensheid.

 

Blessed are the meek, for they shall inherit the earth.

Every New Years Eve I choose an angel card from the angels deck as a guideline for the new year. This year I got the angel of Acceptance. This for me has several levels. On the first level  I have to learn to accept that,  when I am leaving home, I almost always forget something to take with me, such as my keys, my cell phone, my gloves, my tickets – you name it. Most of the time I remember this as I am in the garage to get my bicycle or car, and then I have to go up the stairs again to get it. Sometimes I only realize it when I am on my place of destination. Anyway, this is happening daily and is very annoying. I have to learn to accept this, because any mindfulness training did not help. It is that my head is firmly connected to my body, otherwise I certainly would leave it behind.

I have to learn to accept much more. Dangerous and unfriendly behavior of people in in traffic ( I never do that myself of course. . . ). Traffic lights that are getting red, just as I arrive. Busses that leave to early, so that  I just miss them. Waste in the beautiful bays of Bali (see my daughters blog: annavanpraag.nl).

Generally I have to learn to accept reality as it is. An important message came to me through Marieke de Vrij, a Dutch psychic, in her magazine ‘De Vrije Mare’ (‘The Free Tiding’). As a theme for the new year she gave the concept of Purity. Our being is as it were colored by our experience in our life so far, and also by our cultural and genetic inheritance. This means that it is very difficult to clearly see  the world around us and within. As a consequence we always react to it, with grief, anger, joy or whatever. This in turn colors our perception still further and may lead to action without wisdom. Purity is the antidote that can stop this process. Only in purity we can accept reality as it is and be of significance for the world. It is interesting to note that purity, more than compassion, is our first prerequisite for a meaningful life.

But how to become pure? In the mentioned magazine issue we find three ways: becoming silent (we can practice this in meditation), taking time to rest in a peaceful environment, and experiencing nature. A fast cure every now and then can support it. And from experience I can say that this leads not just to purity but also  to a certain meekness, a knowing that we are only a tiny element in Creation.

In a time when it is not certain that we shall inherit the Earth, it is good to practice acceptance, purity and meekness. This is not a plea for non-action, but is is a plea for spirit-in-action: first taking the time to become pure and wise. Because from action without wisdom no one ever has become any better. I wish you all a pure and blessed 2015.

 

(I apologize for mistakes in my English. Blogs are cursory – not stuff for correction by a native speaker).

Dom of amoreel?

Volgens de beroemde bioloog Edward Wilson kan de wetenschap niet zonder de geesteswetenschappen. De wetenschap maakt zoveel mogelijk dat we voortdurend voor ethische vragen worden gesteld. Dit geldt op het gebied van de bio-technologie (ons voedsel, onze gezondheid, de medische wetenschap), op het gebied van kunstmatige intelligentie, op het gebied van robotisering, op het gebied van de monopolisering van ons dagelijks leven door Amazon, Google en Apple, en zo voorts en zo verder. Als we in die ontwikkeling niet collectief stelling nemen dan zal uiteindelijk blijken dat we onze ethische keuzevrijheid uit handen hebben gegeven.

Daarom is Edward Wilson van mening dat alle studenten filosofie als bijvak zouden moeten volgen: “Het bestuderen van de relatie tussen wetenschap – en techniek, EvP – en de geesteswetenschappen zou de kern van alle onderwijs moeten zijn.”  Let wel: dit zegt een natuurwetenschapper! Ik zou persoonlijk nog een stap verder willen gaan: het reflecteren op ons eigen innerlijk en de relatie van onszelf met de wereld om ons heen zou de kern moeten zijn van ons onderwijs.

Zaterdag was ik op de kunstveiling voor de Hope Flowers School voor vredesonderwijs in Bethlehem – opbrengst € 8000 netto en een bijzonder leuke middag; de wegblijvers hadden ongelijk! – die in feite volgens dit principe functioneert. Ik sprak op die veiling een student die me wist te vertellen dat de Erasmus universiteit een wereldnaam heeft op het gebied van Master studies voor buitenlandse studenten, vanwege de uitwekende verhouding tussen de kwaliteit van het onderwijs en wat je daarvoor moet betalen (een derde van wat je voor dergelijke studies in Amerika, Engeland of Zwitserland betaalt). Deze universiteit heft binnenkort de faculteit filosofie op. Vanwege te weinig studenten? Nee, vanwege het feit dat te veel studenten dit vak als bijvak nemen en de overheid daar niet voor betaalt. Bizar. En in het licht van het bovenstaande, stupide en schandalig, om de woorden van Bas Heijne  te citeren*. Je vraagt je af: zijn onze leiders nu zo dom, of hebben ze geen geweten? U mag het zeggen. In het algemeen heeft de Nederlandse politiek een rijke historie in het afschaffen van regelingen en instituties die succesvol zijn omdat ze succesvol zijn – want dan gaan ze te veel geld kosten. Dit model exporteren we zelfs: want nu gaat Timmermans in Europa de meest succesvolle regels op het gebied van milieu en klimaat afschaffen! Waarin een klein land voorop kan lopen !!!

Ik zal in het volgende blog nader ingaan op de functie van de politiek in onze samenleving.

 

* Bron voor deze blog: Bas Heijne in NRC/ Handelsblad (13 december)

Schoonheid overwint alles.

In mijn blog van drie november zei ik dat een van de dingen die we kunnen doen om te komen tot een waardige wereld het zoeken en scheppen van schoonheid is. Ik maakte de afgelopen dagen een aantal voorbeelden daarvan mee.

In de eerste plaats zong ik mee met de Vespers van Rachmaninoff bij het Nederlands Concertkoor. Dat is een schitterend werk, dat mooi door het koor werd uitgevoerd. Een heerlijke ervaring. Vele luisteraars waren onder de indruk en werden geraakt, soms zelfs tot tranen toe. Een reactie van een van hen: “Bedankt voor het sublieme concert. Staat de menselijke stem het Absolute niet het meest nabij?”

Van heel andere orde was de voorstelling van Mylou Frencken en Pieter Tiddens: de Rouw Revue, oftewel, Hoe besta je na? Ik vond het een schitterende voorstelling. Bijzonder was de balans tussen humor en ernst, ontroering en bijtende spot. Een aantal scenes staan op mijn netvlies gegrift, werkelijk prachtig. Dat is voor mij ook pure schoonheid.

Verder las ik in De Groene Amsterdammer een reportage over Marjan Minnsesma, de directeur van Urgenda. Zij ziet zonder omwegen de klimaatproblematiek waar we voor staan onder ogen en verdoezelt niets. Citaat: ” Ze herhaalt nu al jaren dat we met een rotvaart op een ravijn afrijden, maar onze voet nog niet eens op de rem hebben. Het is een delicate balans, in hoeverre je mensen bang moet maken en ze moet inspireren. Ze gelooft nog steeds dat we de omslag kunnen maken, ze wil niet cynisch worden. Maar ze heeft wel steeds meer haast.”  Ze laat ze zich niet uit het veld slaan door alle tegenslagen die ze al heeft moeten incasseren. Ik vind haar werkkracht, maar vooral ook haar veerkracht indrukwekkend. Dat iemand haar hele leven in dienst stelt van de overleving van de mensheid is voor mij een uiting van liefde. Je moet de mensheid dan wel lief hebben – wat zou het je anders kunnen schelen?

Dit zijn drie verschillende ervaringen die ik alle drie ervaar als het scheppen van schoonheid. Zo lang wij mensen nog deze creatieve kracht ten toon spreiden geloof ik niet in de ondergang van de mensheid. We zullen het heel moeilijk krijgen, maar pulchritudo vincit omnia (schoonheid overwint alles). 

I am on the edge of entering te Northern Gate.

When we are born we enter life through the Eastern Gate. After conception we are transforming, from cells to embryo, than from embryo to child. The biggest transformation happens just after birth, when we start breathing and become basically independent from the mother. The sun is rising. We start living and learning to live in this world. This period is continuing until we are 25.

Then we enter a next phase, going through the Southern Gate. The sun is now in mid-sky. In my life this period started after the last test of the earlier period: my masters degree at the university. I was 25 years at that moment. Then I, and we in general, start creating a family and start our livelihood (of course this is quite a bit earlier for some people), and are integrating in society as a whole (a proces for which of course the fundament already was laid in the East). We physically and psychologically leave our parents’ home behind.

Then, at 50, we enter the Western Gate. Besides of making a livelihood we now start giving without asking for a return. This is a time for voluntary work and for developing the unique talents you want (and are meant to ) to give to the world. Before entering this gate I had to pass a few tests, as there were: leaving a cult, going through a process of cancer (I was blessed to be healed completely), and being trained and initiated as an ‘Essential Peacemaking/Men and Women’ facilitator. Also I left my marriage and broke up my nuclear family (two kids already left or were leaving home). At 53 I di a new test: a wilderness quest, being just by myself in the wilderness for ten days. The sun was coming down, but a completely new future laid ahead of me. All over the world I together with a female friend delivered workshops Essential Paecemaking, and I supported the Hope Flowers School in Bethlehem and coached an ecovillage in Russia.

And now I am becoming 75 and on the edge of passing thorough the Northern Gate. The sun is setting, and the light is fading. In the darkness it is time for again going inside. In order to pass the gate I let go of all my positions in society: committee  memberships, teacher, fundraiser, including all the feelings of importance and status that came with it. I shall enter the void. It feels very good, although there are also feeling of apprehension and melancholy. ‘Partir c’est mourir un peu’.  Living is continuously dying, as my teacher Stan Keleman taught me ages ago. So for me melancholy is part of life. Dying however is a necessary condition for a new beginning. What will rise out of the void of the future? I am looking forward to it.

The above model is from Zenmaster Hakuin (Four ways of knowing), and related with the Shamanistic Medicine Wheel. It describes a lifelong way of initiations, the gates being the moneys of initiation. (At the Eastern Gate the parents are doing that: baptizing, name giving, etc.) Food for thought and reflection.

 

(I apologize for mistakes in my English. Blogs are cursory – not stuff for correction by a native speaker).

Singulariteit of spiritualiteit?

In 2030, 2050, of anders uiterlijk in 2075 zal het moment bereikt zijn waarop computers de menselijke intelligentie evenaren of voorbijstreven. Dat wordt het moment van singulariteit genoemd. Dit is althans de verwachting van een grote meerderheid van computer- en informatica-wetenschappers. Als je dit voegt bij de wetenschap dat technologie steeds meer het menselijk lichaam binnendringt is dit een beangstigende gedachte. Wat begon met het plaatsen van een kunsthart zal uiteindelijk kunnen ontaarden in het vervangen van hele neurologische systemen, bijvoorbeeld in de hersenen.

Voor vele computerwetenschappers is dit een zegen. Het zal volgens hen  een einde maken aan vele menselijke problemen zoals hongersnood, armoede, ziekte en dood. Zelfs het eeuwige leven ligt in het verschiet, doordat nanorobots onze cellen repareren. Ik moet er niet aan denken. Het zou de enige zin die het leven heeft, namelijk de eindigheid, onvoorspelbaarheid en uitdaging ervan wegnemen. Er zijn echter ook computerwetenschappers, die het gevaar van deze toestand zeer wel inzien. Zij vrezen dat het wel eens zo zou kunnen zijn dat machines de controle in de samenleving en de wereld als geheel zouden kunnen overnemen. Dat zou het einde zijn van de morele suprematie van de mens, inclusief de keuzevrijheid en de immoraliteit waarmee dat gepaard gaat. Deze samenleving zou niet moreel en niet immoreel, maar amoreel zijn.

Ik geloof er niets van. Deze stelling gaat uit van een zeer beperkte definitie van intelligentie, zoiets als IQ. Maar er is ook nog zoiets als geest. Hoewel er evident verbanden bestaan tussen de wereld van de geest en de fysieke wereld zijn deze werelden wezenlijk van elkaar gescheiden, en begrijpen we nog steeds helemaal niet hoe die verbanden werken. Het is wel duidelijk dat beleving, of bewustzijn, niet kan bestaan zonder de werking van de hersenen en andere fysiologische en electromagnetische processen, maar het is ook duidelijk dat die beleving en dat bewustzijn en die processen niet hetzelfde zijn. Een gebrekkige maar niettemin bruikbare analogie is die met het ouderwetse radiotoestel. Zonder dat toestel zouden we geen radiosignalen kunnen invangen, maar het toestel kan toch echt niet zelf die signalen produceren. De analogie gaat overigens mank, omdat radiosignalen wel degelijk te herleiden zijn tot electro-magnetsiche processen, en dat is met geestelijke processen niet het geval. De verbinding tussen geest en materie (het fysieke lichaam) is als een black box – we begrijpen totaal niet wat zich daarbinnen afspeelt. Het is de vraag of we dat ooit zullen begrijpen, net zoals het de vraag is of we ooit zullen begrijpen wat het leven, of liefde, in essentie is.

De denkfout die deze computerwetenschappers maken is dezelfde denkfout die gemaakt wordt door  Swaab als hij het bestaan van de vrije wil ontkent, en door Stephen Hawkins als hij denkt dat we eens een bewezen natuurkundige theorie zullen ontwikkelen die alles in het universum verklaart. Zij gaan uit van een vooronderstelling die op zichzelf niet is bewezen, namelijk dat de werkelijkheid uitsluitend bestaat uit wat je zintuigelijk (direct of indirect) kan waarnemen.

Ik ben zo arrogant om met deze zeer kundige wetenschappers als Swaab, Hawkins en Kurzweil (de uitvinder van het begrip singularity) van mening te verschillen. Zij zijn meesters in hun vak, maar hebben de beperkte kijk van de echte experts. Ik geloof in tegenstelling tot hen dat de geest, als een niet materieel, spiritueel zo u wilt, domein bestaat. Ik kan dat niet bewijzen, net zo min als anderen het niet-bestaan ervan kunnen bewijzen (je kunt nooit bewijzen dat iets niet bestaat!), maar het is voor mij evident. En of de geest ooit zal overwonnen worden door de materie? Tja, het is denkbaar, maar het lijkt me uiterst onwaarschijnlijk. Dus op de amorele samenleving zullen we nog wel even moeten wachten, misschien wel totdat de mens door andere oorzaken ten gronde gaat. Wat denkt u ervan?