Categoriearchief: Geen categorie

Geschokt door de levenden in plaats van door de doden.

Ik twijfelde, maar laat ik me nu toch ook maar voegen in het koor van reacties op de aanslag op Charlie Hebdo (en de supermarkt). Ik ben verbaasd door de enorme reactie die deze aanslag oproept: massale demonstraties, wereldwijde commentaren van iedereen die er toe doet of niet toe doet. Ik zelf was namelijk niet zo geschokt door de aanslag, al is die natuurlijk vreselijk voor de nabestaanden, en ook bedreigend voor vele andere journalisten en cartoonisten, met name hen die kritisch over de Islam schrijven of tekenen. Ik was niet zo geschokt want ik verwacht een dergelijke aanslag al jaren – en er zullen nog vele volgen. Trouwens, dat verwachtte Charlie Hebdo – een weinig populair blad, dat meer scherp dan humoristisch was, overigens niet alleen ten aanzien van moslims – zelf ook, en  (over)moed kun je hen dus niet ontzeggen. Verder vinden er vrijwel wekelijks dergelijke aanslagen plaats over de hele wereld, waar we schouderophalend aan voorbijgaan. Ook valt het aantal slachtoffers in het niet bij de miljoenen doden die dagelijks vallen onder terreur, oorlog, ziekte, armoede en natuurrampen in de wereld (denk alleen maar aan de vluchtelingen die regelmatig omkomen in hun poging Europa te bereiken). Ik was dus niet zo geschokt. Ik vrees dat ik met deze enigszins gevoelloze reactie velen voor het hoofd stoot, maar het is niet anders.

Wat me daarentegen wel schokte was de reactie van enkele omstanders, Parijse scholieren. Ik citeer Trouw van donderdag: ‘Wat gebeurd is is natuurlijk niet goed. Maar: “Je mag geen religie beledigen, dat kan je niet doen”, zegt Nionsondy (16) beslist. ” Charlie Hebdo kan kritiek hebben, maar er zijn grenzen. Omdat zij zich niet aan die grenzen hebben gehouden is gebeurd wat er is gebeurd.” Nikosondy, van Afrikaanse origine, is moslim. Haar joodse klasgenote Reina Ben-David is het helemaal met haar klasgenote eens’. Ergo: wat er gebeurd is eigenlijk de schuld van Charlie Hebdo zelf. Soortelijke geluiden hoorde je na de aanslag op het World Trade Center, en te onzent na de moord op Theo van Gogh.

Ik vrees dat er in de Wereld honderdduizenden, misschien wel miljoenen, ouderen en jongeren, zijn die zo denken (al zijn er natuurlijk ook vele anderen die niet zo denken). Ook in ons land. Deze miljoenen vormen tezamen het klimaat waarin het zaad van het terrorisme kan gedijen. Ik had me dat onvoldoende gerealiseerd – vandaar mijn geschoktheid door de de reactie van de Parijse scholieren. Ik zie ineens helder in dat onze democratie en rechtsstaat, met zijn recht op vrije meningsuiting, wel eens zijn langste tijd zou kunnen hebben gehad. (Zie in dit verband de interessante roman ‘Soumission’ (Onderwerping) van Michel Houellebecq).

Als we deze trend zouden willen keren is de enige weg, zoals ik het zie, het onderwijs. Durven leraren de discussie hierover in hun klassen aan te zwengelen? Durven zij de vraag aan de orde te stellen, of hun leerlingen vinden dat felle kritiek op, en satire en cartoons over het Christendom,  het Jodendom, de staat Israël, of gewoon de  politiek ook verboden moeten worden? En of ze, als die kritiek of spot er toch komt, ook aanslagen op kerken, moskeeën, synagogen, krantenredacties of het parlement vergoelijkt moeten worden?

Ik vrees dat een leraar die dit openlijk aan de orde zal stellen het niet makkelijk gaat krijgen. En ik vrees dat die dan niet door zijn management gesteund gaat worden. Of, als het management dat wel zou doen, dat dan weer niet door zijn bestuur of de overheid gesteund zou worden.

We leven in een laf klimaat. Het is tamelijk makkelijk om onze afschuw uit te spreken over een aanslag zoals deze – want wie, behalve enkele extremisten,  kan daar nu voor zijn? Die afschuw wordt zelfs uitgesproken door staatshoofden en politici uit landen die het zelf met de persvrijheid niet zo nauw nemen (o.a. Hongarije, Turkije, Rusland). Het is ook makkelijk  om strengere grenscontroles, en striktere veiligheidsmaatregelen, kortom om meer repressie te eisen; een beweging in de richting van wat ik elders de ‘security state’ heb genoemd. Maar geef mij dan maar de reactie van onze voormalige premier Kok, die naar aanleiding van de aanslagen op het WTC in New York de vurige wens uitsprak dat de VS hierop “waardig zouden reageren”, wat, zoals we nu weten, helaas niet gebeurd is. Daarvan plukken we nu de wrange vruchten.

Maar het aan de orde stellen van wat er werkelijk in deze samenleving aan de hand is, daarover een open dialoog voeren en daar uiteindelijk stelling in nemen, vergt moed en respect voor de waarheid van de ander, ook al zijn we het daar niet mee eens. De vorige eeuw en het vorige decennium hebben ons geleerd wat er gebeurt als dat gesprek onvoldoende diepgaand wordt gevoerd.

 

Het echte gevaar voor Israel komt van binnenuit.

Als je je kritisch opstelt ten aanzien van Israël dan treffen je aanstonds twee verwijten: je bent een antisemiet, en je vergoelijkt de terroristische acties van de Palestijnen, zoals de heer Van Agt tot zijn schade heeft moeten ervaren. Ik heb de man nooit op een anti-semtische uitlating betrapt, en hem nooit de gewelddadige acties van de Palestijnen horen vergoelijken. Hij voert alleen actie tegen de stelselmatige schending van het internationale recht door Israël, en het feit dat dit door alle ‘Westerse’ democratieën wordt gedoogd. Niettemin krijgt hij al jaren de vreselijkste scheldkanonades over zich heen, met name uit orthodox christelijke en Joodse hoek.

Maar ik wou in dit blog Israel niet zozeer kritisch benaderen als wel mijn medeleven met die natie uitspreken. Als je het laatste nummer van De Brug* leest, dan blijkt dat Israël bezig is zichzelf in rap tempo ten gronde te richten. In dit nummer staan verscheidene reportages en columns van Israeliërs, komende vanuit Israel zelf. Het wil maar niet tot dat land doordringen dat de genadeloze repressie die het land al jaren en in toenemende mate uitoefent precies de problemen oproept die het wil bestrijden. Enkele voorbeelden van die repressie zijn: het met grote regelmaat oppakken van Palestijnen, met name jongeren, en die zonder enige vorm van proces dagenlang vasthouden onder zeer ongunstige omstandigheden, grenzend aan marteling. Het voortdurend inpikken van land van de Palestijnen om daar nieuwe kolonies te stichten, laatstelijk in Oost Jeruzalem, met als neveneffect dat de Palestijnse gebieden die nog wel van de Palestijnen zijn onderlinge bijna niet meer te bereiken zijn. Het getreiter bij de checkpoints, die mede door de vorige maatregel nog steeds in aantal toenemen. Het vernietigen van huizen, soms zomaar, omdat er een weg langs moet komen (vaak zonder onteigeningsvergoeding) en soms als represailles. En dan heb ik het nog niet over de raids, die door bewapende kolonisten regelmatig uitgevoerd worden in Palestijnse gebieden en stadjes, waarbij marktkramen omver worden gegooid, personen worden neergeslagen (nog niet vermoord), en de Palestijnen worden uitgescholden. Het leger en de politie, als ze al aanwezig zijn, doen niets. Enzovoort.

Als je het waagt daar in Israël je stem tegen te verheffen – en er zijn nog steeds een aantal zeer moedige mensen die dat doen – word je persoonlijk bedreigd, en als je per ongeluk een baan hebt, bedreigd met ontslag (dat geldt zowel voor de overheid als voor het bedrijfsleven). De media doen aan volslagen zelfcensuur, en vinden alles prachtig wat de overheid doet. Met één uitzondering: het blad Haaretz (60.000 abonnees) geeft nog steeds een min of meer objectieve berichtgeving. Maar voor de rest moet je je informatie over wat er werkelijk gebeurt van internet halen.

Natuurlijk is de reactie verzet. Dat leidt tot verdere repressie, en dan komt er meer (gewelddadig) verzet, en dan weer meer gewelddadige repressie., en zo voort. Deze ontwikkeling is al jaren aan de gang, maar versnelt het in het laatste half jaar. Israëlische wetten om de veiligheid te waarborgen tasten hoe langer hoe meer het democratische proces aan. Maar er zij nog vrije verkiezingen. Daarin kiest het Israëlische volk in overgrote meerderheid voor partijeen die het huidige beleid steunen, of het nog niet ver genoeg vinden gaan. De meer liberale en verlichte geesten, vooral jongeren,  verlaten geleidelijk aan het land. Ze zochten vrijheid en recht, maar vinden repressie en onrecht.

Het conflict tussen Israel en de Palestijnen was aanvankelijk slechts een conflict over land en water – dat was al moeilijk genoeg. Geleidelijk krijgt het echter nationalistische trekjes. God verhoede dat het ook fundamenteel godsdienstige trekjes gaat krijgen, want dan is er nooit meer een oplossing mogelijk. Maar ook nu al zie ik het land langzamerhand afglijden naar een politiestaat. En daar was het de oorspronkelijke zionisten niet om begonnen.

Ik hoop dat de oorlogssituatie niet zodanig escaleert, dat ook aan Palestijnse zijde diegenen die voor vrede gaan hun werk niet meer kunnen uitoefenen, omdat ze gezien worden als verraders. Nog is de Hopw Flowers School voor vredesonderwijs in Bethlehem een licht in de duisternis, een baken in de storm. Ze verdienen ons aller steun. Een manier waarop je dat kan verlenen is om naar de kunstveiling te komen op 13 december. See you there? **

 

*Uitgave van het SIVMO, Steuncomité Israëlische Vredes- en Mensenrechten Organisaties.

** Zie: https://www.kunstveiling-hfs.nl

 

 

 

 

Do we have to stay in the shade, hidden and secure? Part III

When I was a kid I lived in a beautiful house near the riverside, a house with a view, spacious rooms. It was an old house however, with no extended bathroom, a shower in a cupboard, with limited water warm water supply (we showered once a week), and no central heating. In winter times, when it was freezing outside, we had to wash 0urselves at a primitive basin in the freezing cold. The sleeping rooms were icy cold. In our beds were warm water bottles to make the bed warm, but even so, the sheets were feeling very cold at some other places. We had to wear socks in bed to keep the feet warm. How I hated winter!

We were relatively well to do but had no car. Once a year we traveled by train to the coast for a holiday. Before my sixteenth year I never travelled abroad, and during the years thereafter only sporadically.

Nowadays warm water  comes out of the wall as much as I like. My home is centrally heated, everywhere in the house is an agreeable temperature, day and night, summer and winter. I can take a shower as long as I want. Every day I count my blessings, and a deep feeling of gratitude overwhelms me. I have a car, and I can travel everywhere. I even consider to travel once more to West-America, to see the grand canyon and the Yosemite and Seqoia parks; one of my long cherished wishes. (but maybe the ebola epidemic will get in the way)

But oh, that conscience! My ecological footprint is 5 hectare (about 12,5 acres), whereas I am only qualified for 1,8 hectare. I am not allowed to take a shower as long as I want, and taking the plane and travel by car is completely out of order. So I should shower for only 3 minutes, and only every other or even seventh day, and I should go on holiday by bike and camp. I should turn the heaters low, to 16 degrees centigrade (60 degrees), and turn the heaters off in the sleeping room.

If we all should do so, that would certainly contribute to lessen the climate problem (but not solve it). But we won’t. One of the reasons is that we know the others will not do it, and I do not want to belong to the few idiots who are doing this, but by their small number hardly make any difference (except maybe in their own minds; instead of feeling guilty they can feel righteous). And also we know that in order to really mitigate the results of global warming structural global measures are needed.

So I go on living with an inner conflict. What to do? I am still busy finding out. To be continued.

 

Due to a short holiday – by train, a very pleasant compromise – there will be no blog for 10 days. 

(I apologize for mistakes in my English. Blogs are cursory – not stuff for correction by a native speaker).

 

De worstelingen van een wereldverbeteraar

Ik had een onsmakelijke droom. Voor diegenen die hier niet tegen kunnen: eerste alinea overslaan.toiletpot_3_onderafvoer_model_ao

Ik moest een toilet vol poep en andere smerigheid opruimen; afval van een crimineel (die was ik natuurlijk zelf, conform het principe van droomuitleg). Ik trok het toilet door, maar dat stroomde over, en de smurrie liep over de vloer en door de openstaande deur naar en op het grasveld buiten. Uiteindelijk verdween de rest door het toilet, en ik dacht: eerst maar eens de vloer dweilen, met flink wat chloor in het sop, al is dat niet goed voor het milieu. Einde droom.

Ik interpreteer de droom onder meer als een aansporing om oude troep (verschilt maar twee letters van poep) op te ruimen. Dat geldt zeker voor allerlei materiële zaken, inclusief allerlei oude archiefstukken, die ik zoals iedereen verzameld heb en met me meesleep. Maar het geldt zeker ook voor wat rommel op de zolderkamer van mijn geest. Met name zou ik eens willen kijken naar de archiefkast met het opschrift: wereldverbetering.

Ik ben een pathologisch wereldverbeteraar. Ik had dat al tijdens de middelbare school, met name in de Humanistische Jeugdbeweging. Later  zat ik in actiegroepen (dat was in de 70-er jaren heel modieus); zo bijvoorbeeld de actiegroep Schiphol Stop tegen de aanleg van de vijfde baan op Schiphol. Dat was heel leuk, en daar heb ik heel veel van geleerd, en het resultaat was dat Schiphol niet alleen met een vijfde baan maar ook met een zesde baan is uitgebreid. Dat was dus niet helemaal zo bedoeld en daarom bekeerde ik me tot het New Age adagium: ‘Verbeter de wereld, begin bij jezelf”. Ik interpreteerde dat zo dat je, als je maar genoeg aandacht besteedde aan je eigen persoonlijke ontwikkeling, het goede in de mens (dus ook in mezelf) vanzelf zou vrijkomen en een heilzame werking in de samenleving zou hebben. Onze negatieve intenties zouden dan vanzelf verdwijnen.

Toch was ik niet zo naïef, want toen het rapport van de Club van Rome uitkwam – dat kortweg stelde dat we met zijn allen naar de ratsmodee zouden gaan als we ons collectief gedrag niet drastisch zouden wijzigen – besefte ik meteen dat we dat niet zouden doen. Daarin heb ik helaas gelijk gekregen. Dit rapport was een ware wake-up call, en sindsdien heb ik me met verdubbelde energie niet alleen gestort op mijn eigen ontwikkeling, maar ook op die van anderen (middels trainingen, leergroepen en coaching). Vervolgens, in de tachtiger jaren, kwam ik tot het inzicht dat werkelijke verandering niet zou komen van de politiek maar van het bedrijfsleven (u ziet ik ging nog steeds met de trend mee). Ik richtte derhalve mijn aandacht nu op organisaties en bedrijven.

Daardoor zag ik dat wat we nodig hadden inspirerend en bezielend leiderschap was. Dat inzicht mondde uit in een uitvoerig studieproces over wat dat dan wel mocht zijn, en tenslotte in een boek: Spiritueel Leiderschap, 1996, mijn magnum opus (nog steeds verkrijgbaar). En daarna, met name vanaf 2002 heb ik, samen met anderen, gepoogd een school voor leiderschap op te richten, The Edge, waar dit ‘nieuwe’ leiderschap geleerd kon worden. Daarin zijn we echter maar zeer gedeeltelijk geslaagd. Misschien waren we onze tijd vooruit, of misschien bleven we qua vormgeving nog wel te veel hangen in het verleden. Dat kan ook allebei waar zijn.

Hoe dit zij, de resultaten van mijn pogingen de wereld te verbeteren waren niet erg indrukwekkend. In 2007 ontving ik een nieuw wakeup call: het vierde rapport van het IPCC*. Het was nu wel duidelijk dat we de wereld, althans de condities waaronder wij mensen ons hadden ontwikkeld,  inderdaad naar de kloten hielpen. Dat leidde tot een nieuwe oproep: zie toch onder ogen wat er gebeurt! (De Aarde heeft koorts, 2008**) Opnieuw een oproep tot bewustwording. Maar toen ik besefte dat het niet alleen om bewustwording en een cultuuromslag ging, maar ook om structurele verandering, schreef ik nog een boek: Voor niets gaat de zon op (2012), waarin ik mijn visie op een nieuwe, waardige samenleving ontvouwde. Maar ook dat alles heeft weinig betekend in het licht van de Eeuwigheid.

Mijn laatste inzicht heb ik uiteengezet in vorige blogs: Het gevaar van de inktzwarte toekomst onder ogen zien, is dat we daar bang voor worden en die met kracht willen vermijden. De Wet van Manifestatie leert echter dat we niet alleen creëren wat we verlangen, maar ook dat waar we bang voor zijn. Dat proces lijkt me op collectief niveau gaande. We scheppen met ons denken datgene waaraan we energie, aandacht geven.  Dus, zo stel ik, moeten we weliswaar de werkelijkheid niet ontkennen (dat zou ook een vorm van er aandacht aan geven zijn), maar daarnaast een persoonlijke en gedetailleerde visie ontwikkelen van wat we werkelijk verlangen. Een stralende toekomst. Alleen zo vinden we de moed om te blijven kijken en 100 % verantwoordelijkheid te nemen.

Maar  wat nu te doen om de wereld te verbeteren? Ja, daarop heb ik even geen antwoord (maar ik zal er wel op terug komen). Ik ben even aan het afkicken van mijn verbeterverslaving. Dat leidde tot de volgende haiku:

  • Veel zal voorbijgaan,
  • zo ook mens en natuur, maar
  • schoonheid is eeuwig.

Overigens ben ik van mening dat iedereen het MasterPeace concert van 21 september moet bezoeken. Er zouden zoveel bezoekers moeten zijn dat buiten schermen geplaatst moeten worden zodat iedereen kan meegenieten. Zie www.masterpeace.org.

* Intergovernmental Panel  on Climate Change

** Erik van Praag, Jan Paul van Soest en Judy McAllister, De Aarde heeft koorts, 2008

 

 

 

We gaan over tot de orde van de dag.

Echt – voor vier jaar de laatste keer.

De wereld is verslaafd aan voetbal, omdat het de ultieme metafoor is voor de tijd waarin we leven: voor het leven zelf. (David Winner in NRC/Handelsblad, 28 juni 2014). We moeten nu dus afkicken – en dat valt niks mee, al is het ook wel weer een opluchting, zoals we opgelucht zijn na iedere verslaving waarvan we afkicken. Maar om mezelf bij dit afkicken te helpen, hier nog enkele afsluitende opmerkingen

In de eerste plaats over Studio Brasil, het begeleidende programma van de NOS. Als ik ergens aan verslaafd raakte, dan was het daaraan. Wat een goede televisie! Alle lof voor de samenstellers, en voor hun keuze van de gasten. Alle lof ook voor Henri Schut. Eindelijk eens een presentator met een prettige uitstraling en geen spoor van opgefokt ego (al moet ik zeggen: Tom Egberts en Jack van Gelder komen ook een heel eind). En wat heb ik genoten van de prachtige muziek van Milow. En tenslotte: wat een vondst om er een huiskamer van te maken. Dit was echt samen voor de buis – zoals u merkt is enige nostalgie mij niet vreemd. Volgens mij vond er in dit team ook een echt groepsvormingsproces plaats, parallel aan dat bij de spelers. Zij zullen ook wel met weemoed afscheid nemen van hun dagelijkse gezellige samenzijn.

“In termen van populariteit en verafgoding heeft voetbal de film verdrongen. En popmuziek. En literatuur. Geen van die cultuuruitingen brengt complete volksstammen op de been als het wereld kampioenschap voetbal.” (David Winner – what’s in a name). We moeten niet onderschatten wat dit doet voor de stemming van een land, en welke gevolgen dat heeft. Is het toeval dat toen de Duitse amateurvoetballers in de finale van 1954 de veel betere geachte Hongaren versloegen tegelijkertijd het ‘Wirtschaftswunder’ op gang kwam? Is het toeval dat ‘ons’ dramatische verlies in 2001 onder leiding van Van Gaal, tegen de Ieren) voorafging aan de opkomst en moord op Fortuyn, en de ontreddering die dat teweeg heeft gebracht?

Er is nog veel meer over te vertellen (lees voor de somma van € 0,29 het genoemde artikel van David Winner, https://www.nrc.nl/handelsblad/van/2014/juni/28/universeel-drama-rond-een-bal-1395971), maar ik laat het hierbij.

Als het zo is, dat voetbal de stemming in een land kan beïnvloeden, en daarmee de hele gang van zaken, dan rijst er een interessante vraag: hoe kunnen we voetbal inschakelen om de grote problemen van deze tijd aan te pakken: oorlog, armoede, de ecologische en economische problemen? Ik las dezer dagen een open brief aan Robben, waarin hij gevraagd werd zich in te zetten voor diegenen die slachtoffer zijn  van de gaswinning in zijn geboortedorp Bedum (en omstreken). Tja, zoals er ambassadeurs zijn van NGO’s, zo zijn er misschien onder voetballers ook wel pleitbezorgers te vinden voor een maatschappelijk verantwoorder politiek (zonder in partijpolitiek te vervallen). Een schone taak voor hen die toegang hebben tot voetballers. En voor ons?

 

 

 

The day after.

Vooruit dan . . . voor een keertje nog: over voetbal.

logo

logo

UnknownOver de wedstrijd van (eer)gisteren: volgens mij heeft het beste team gewonnen. Schneider was een andere mening toegedaan (maar hij speelde niet al te goed); Vlaar daarentegen was het met me eens (maar die speelde dan ook geweldig, en had dus verder geen excuses nodig). De teams ontliepen elkaar niet veel, maar over de hele wedstrijd gezien waren er meer goede passes (goed geplaatst, en prachtig aangenomen) van de Argentijnen dan van de Nederlanders. Vooral Kuyt en Schneider hadden toch wel erg veel missers, en de balaanname was ook niet al te best als de pass wel goed was. Alleen in de twee fasen dat Nederland wel goed speelde (in de tweede helft en in de verlenging), ging het beter.

Ik was dus wel teleurgesteld na afloop van de wedstrijd, maar niet zo verslagen als vele anderen, onder wie een goede vriend, van wie ik dat nu niet zo verwacht had. Wonderlijk wat voetbal met ons kan doen. . .

Er zijn wel een paar interessante observaties achteraf te maken. In de eerste plaatse was ik verbaasd over al die commentatoren (Bert van Marwijk, Ronald de Boer,  Jan en Youri Mulder, Pierre van Hooijdonk, Co Adriaanse) die allemaal zeiden: ‘dat moeten we wel kunnen winnen’, en er ook vrij zeker van waren dat we zouden winnen. Ik begreep daar niets van, want ik was daar zelf allerminst van overtuigd. Die mening deelde ik overigens met Van Gaal, die daar ook niet zeker van was, en met Hugo Borst, die als enige een afloop met strafschoppen voorspelde.

In mijn vorige blog heb ik Van Gaal zeer bewonderd vanwege zijn superieure leiderschap. Sindsdien las ik een artikel in de De Groene van 3 juli j.l., waarin de stelling werd behandeld van Lord Acton: “Macht corrumpeert, en absolute macht corrumpeert absoluut (1887)”. Deze stelling wordt in dat artikel geadstrueerd met vele voorbeelden (onder andere Blair, George W Bush en Berlusconi), maar of de stelling altijd opgaat blijft onzeker. Ik pleeg die stelling vaak te parafraseren als: succes is de grootste bedreiging voor een leider. Het kan veroorzaken dat de leider gaat lijden aan zelfoverschatting, ontoegankelijk wordt voor kritiek en daarmee zijn flexibiliteit verliest. Zou dat ook met Van Gaal gebeurd zijn? Hoe is het anders te verklaren dat deze meester-strateeg in deze wedstrijd tegen Argentinië niet minder dan vijf cruciale strategische fouten maakte? (waarover ik overigens  niets heb gelezen en gehoord in de nabeschouwingen – ook al weer zo vreemd). U gelooft me niet? Hier komen ze:

Een: waarom laat je Nigel de Jong spelen, als je weet dat je een grote kans loopt die te moeten wisselen, en je prima vervangers voor hem hebt, met name Clasie? Waarom spaar je hem niet voor een eventuele finale, en houd je een wisselmogelijkheid over?

Twee: waarom laat je Van Persie spelen, die niet helemaal in goede doen is na een griepje (en toch al niet zo geweldig speelt), terwijl je de kans loopt hem te moeten wisselen, en je niet minder dan drie uitstekende vervangers voor hem hebt, te weten Huntelaar, Depay en Lens? Waarom spaar je hem niet voor een eventuele finale, en houd je een wisselmogelijkheid over?

Drie: waarom wissel je Van Persie, terwijl je weet dat je daarmee je beste keeper voor de strafschoppen niet meer kunt inzetten, en je weet dat er een vrij grote kans  is dat zelfs na deze wissel het karwei niet in de beschikbare speeltijd geklaard kan worden?

Vier: waarom laat je de strafschoppen serie beginnen met de minst ervaren schutter? Als het zo is, dat geen van de specialisten als eerste een strafschop wilde nemen hoe komt het dan dat je gezag niet kon laten gelden (op een stimulerende manier)?

Vijf, hoe kan het bestaan dat Cillesen niet op de hoogte was van het feit dat Messi de laatste tijd altijd rechts van de keeper (voor hem dus links) inschiet? Deze informatie was volgens Hugo Borst bekend en aan Oranje meegedeeld. Heeft Hoek dat niet doorgegeven aan Cillesen? Of was er een communicatiestoornis tussen Van Gaal en Hoek? Of was Cillesen eigenwijs?

Maar wie weet wat er in het hoofd van Van Gaal is omgegaan – ik in elk geval niet. Ik kan dit alles niet anders uitleggen als de onrealistische verwachting – een gevolg van de eerdere successen? – dat er wel in de reguliere speeltijd gewonnen kon wordenlogo. Dit zou inderdaad gekund hebben, maar het punt is dat je dat niet zeker weet, en dus een goed plan B moet hebben (en C, voor als je achter komt te staan). Juist van Van Gaal, de meester, had ik dat verwacht. Ik neem niets terug van de lof die ik hem in mijn vorige blog heb toegezwaaid, maar zijn leiding in deze halve finale vond ik niet sterk.

Veel boosheid richt zich op Robben, die de enige kans van de wedstrijd, vlak voor het eind van de speeltijd, niet kon benutten. Maar dat vind ik niet terecht. Een wedstrijd wordt verloren of gewonnen door het hele team, zoals ze zelf steeds benadrukten. De coach en zijn staf horen daarbij. En ook de fantastische verdedigers Vlaar, De Vrij en Janmaat. Wat Vlaar betreft: het leek wel of de dagen van good old Jaap Stam weer waren teruggekeerd. Of Rinus Israels. Kortom, “we” hebben verloren, maar ik heb die avond veel moois gezien. Waarmee ik mijn beschouwingen over het voetbal maar wil afsluiten. Want wat weet ik er eigenlijk van. . .

 

 

 

 

De bal is magisch.

Ik open nooit mijn computer en mijn mobiele telefoon op zondag – laat er een dag zijn waarop ik niet verzeil in de hectiek van de soms boze buitenwereld. Maar vandaag maak ik een uitzondering. Mijn blog over het WK voetbal moet er nu uit. Het moet er uit als poepen. En het wordt een lang blog. Voetbalhaters – wend u af.

Normaal kijk ik ook al graag voetbal. Ik kan enorm geboeid zijn door de schoonheid van spelpatronen, door het vakmanschap van spelers of trainers, en door alle intermenselijke processen die zichtbaar of onderhuids een rol spelen. Kijken naar voetbal is een van de weinige activiteiten (nou ja, activiteiten) die voor mij net zo werken als zingen in het koor, skiën, paardrijden en vakantie. Ik laat me er in meeslepen., zelfs bij de wedstrijdjes van mijn kleinzoons. Het is een lichte vorm van verslaving.  Mezelf kennende is dat vreemd, ik ben verder niet zo gevoelig voor verslaving.

Verder vind ik het leuk om over voetballen te denken en te praten. Het is net de samenleving als geheel, maar dan geconcentreerd in een beperkte tijd en ruimte. Dus kun je er heel veel in zien. Dat bevredigt mijn nieuwsgierigheid.

Maar nu naar de kern van de zaak: het WK. Er is heel veel over te zeggen – ik moet me noodgedwongen beperken. Eerst iets over mijn eigen reactie. Waarom laat ik me beïnvloeden door de uitslag van de wedstrijden? Waarom komt mijn ‘neurose’ haarscherp naar voren tijdens de wedstrijden: mijn wat pessimistische, soms bijna cynische instelling, mijn ‘betweterigheid’, mijn oordelen, mijn partijdigheid, mijn verslaving. Waarom vind ik het jammer als Frankrijk en België verliezen? Waarom ben ik, net als iedereen , opgewonden vrolijk als “we” winnen en voel ik me verslagen als “we” verliezen? Waarom ben ik “we”? Waarom vind ik dat überhaupt belangrijk? Mijn verstand zegt me dat het niets betekent in het licht van de eeuwigheid, en dat er wel heel wat belangrijker zaken zijn op de wereld. Maar misschien heeft mijn verstand wel ongelijk. En net als bij iedereen is het mijn tribale kant die overneemt: ik behoor tot de stam die Holland heet.

Het is misschien wel daarom dat de resultaten op een WK belangrijk blijken voor een land. Bij winst is (bijna) het hele land in een feestroes, bij verlies het hele land in rouw. Bekend is dat dit zelfs kan doorwerken in de economie: vertrouwen in de economie, ja zelfs in de politiek neemt toe bij winst, en af bij (vooral vroegtijdig) verlies. Waarmee maar weer is aangetoond hoe belangrijk de tribale bron van onze kracht en macht is voor ons welbevinden en ons identificatieproces. (Voor hen die bekend zijn met The Edge: het eerste niveau, het eerste chakra)

Wat ik ook boeiend vind is dat dit hele WK zich afspeelt in een context van corruptie, omkoping en extreme armoede, maar dat je daar tijdens de wedstrijden zelf en de commentaren daarop verder niets van merkt. We hebben allemaal behoefte aan een droom. Het leven is een spel, en het spel is het leven, zoals ik al vaker heb gezegd. (Samen met Jan Paul van Soest heb ik daar zelfs een boek over geschreven). Dat is een opwekkende gedachte, want dat betekent dat we grote invloed hebben op ons leven ongeacht de omstandigheden.

Maar laat ik nu toch eens concreet worden. Weer hebben de landen met een grote voetbaltraditie, die vrijwel altijd bij ieder WK een centrale rol spelen, de laatste vier bereikt: Brazilië, Argentinië, Duitsland en Nederland. Ja, Nederland. Opmerkelijk.

Van Gaal is een bijzondere man. Hij steekt zijn hoofd boven het maaiveld uit, en doet dat op zijn bekende stekelige manier. Dus moest bij vele journalisten zijn kop eraf. Maar hij kan ons veel leren over leiderschap. Systeem is bij hem dienend, niet overheersend. Ik heb nog nooit een coach gezien die tijdens de wedstrijd, als het even niet goed gaat, niet alleen spelers wisselt, maar ook het spelsysteem, waarbij alle spelers meteen weten wat in het nieuwe systeem hun plaats, taak  en functie is. Hij is begonnen met 5-3-2, toen kwam 4-3-3, toen kwam (tegen Mexico, op het laatst) 3-3-4 en in de laatste wedstrijd leek het wel 3-2-2-3. (Merk op dat hij daar volstrekt onhelder over was voorafgaande aan de wedstrijd – misschien uit tactiek om de tegenstander niet wijzer te maken). Maar uiteindelijk werd het systeem overstegen. Op een gegeven moment liep Robben links, Depay rechts en Sneijder, Kuyt en Blind overal. Interessant. In de laatste minuut voor de strafschoppen werd de keeper gewisseld: de beste man moet de juiste taak krijgen; dat geldt voor Cillisen, voor Krul, voor Kuyt, voor het hele team. Geluk dwing je af – zo heet dat. Van Gaal laat zien dat leiding niet zonder management kan. Geen coach maakt zoveel aantekeningen. Van Gaal laat zien dat leiderschap niet zonder team kan: eerst zijn eigen ‘management’-team – waarin Danny Blind, Patrick Kluivert en Frans Hoek een cruciale rol spelen, en dan zijn spelersteam. Hoe dat laatste team zich ontwikkeld heeft doet mij denken aan hoe groepsvorming kan plaats vinden tijdens diepgaande trainingen of conferenties over persoonlijke groei. Het kan niet anders dan dat Van Gaal het spontane groepsproces zijn werk heeft laten doen, waarbij de leider er alleen maar voor hoeft te waken dat negatieve invloeden (van binnenuit of van buitenaf) geen kans krijgen. Nou ja, alleen maar, dat vraagt best een scherpe blik en krachtig, natuurlijk gezag, En wat compassie is nooit weg natuurlijk. Ik zie Van Gaal’s defensieve houding naar de pers als een uiting van het willen beschermen van de groep. Ik zei het al: er valt veel van hem te leren over leiderschap.

Ik moet het hier helaas bij laten. Er is nog zoveel meer te zien en te vertellen. Maak je eigen verhaal maar, samen met honderden miljoenen Nederlanders en burgers uit andere landen. Er is meer te zien dan je ziet. En of we Argentinië zullen verslaan? Volgens mij hebben “we” een goede kans. Duitsland  is een ander verhaal. Als zij winnen van Brazilië  tenminste. We zullen zien.

 

Vrede

Gisteren hebben we een wandeling gemaakt midden in het Groene Hart, ergens tussen IJsselstein, Montfoort en Oudewater. Prachtig landschap, met een horizonprofiel dat me aan oude tijden deed denken: bomen, dorpje met kerktorens. Het was prachtig weer, vrijwel geen wind. Maar wat me het meest opviel, het was er doodstil, afgezien van af en toe een vogelgeluidje.

images

Ik dacht dat je in Nederland alleen nog maar stilte kon vinden aan de Oostgrens, of op de Waddeneilanden. Niet dus. In het hart van Nederland, niet ver van Utrecht is dus ook nog stilte te ervaren. Bijzonder!

Later zaten we met een vriendin in haar prachtige tuin. Ballonvaarders voeren door de lucht.  Eerder op de dag hadden we in alle rust ontbeten op ons terras.

images-1

 

 

 

 

 

De hele dag was voor ons een dag van vrede. Ik heb dat wel meer, bijvoorbeeld als ik spelende kinderen zie bij ons achter, of ik mensen zie genieten van een kopje koffie op een terras in de natuur. Vrede! Dat is wat we hier hebben, We staan er niet steeds bij stil – maar wat is het kostbaar. Iets om dankbaar voor te zijn en te koesteren.

Het heerlijk avondje was gekomen.

2Op 18 juni jongstleden spraken in De Roos in Amsterdam  Dries van Agt, ex-premier en leider van The Rights Forum, en Ibrahim Issa, directeur van de Hope Flowers School voor vredesonderwijs  in Bethlehem. Van Agt sprak over hoe Israël keer op keer het internationale recht schendt, en hoe dat door de Westerse mogendheden gedoogd wordt, en Ibrahim Issa over de school, en de moeilijke omstandigheden waaronder hij zijn werk moet doen. Beide mannen waren zeer bevlogen en hadden hun gehoor volledig in hun ban. Mede daarom werd het een heerlijke avond, een avond van El Amal, hoop, de oorspronkelijke naam van de Hope Flowers School.

Van Agt ontroerde de hele zaal toen hij desgevraagd beschreef wat zijn ommezwaai van neutrale waarnemer naar activist veroorzaakt had. Het voert te ver, en zou ook geen recht aan hem doen, zijn ervaring hier na te vertellen. Het kwam er op neer dat hij persoonlijk getuige was van een aantal incidenten ter plekke. Mooi was om te zien hoe verdriet en kwaadheid in hem om voorrang streden, en hoe hij er niettemin in slaagt om zijn kritische houding ten aanzien van Israël’s huidige politiek te scheiden van zijn mening over het bestaan van de staat Israël als zodanig, een feit waar hij volledig achter staat. Zijn gevoelens voor dat land en volk  zijn onverminderd positief.

Ibrahim vertelde behalve over de school en de situatie op de West Bank ook over zij eigen ervaringen, onder andere drie maal gevangenschap met marteling (maar er is veel meer, onder andere de gedeeltelijke verwoesting van zijn huis). Het is bijna niet te begrijpen dat hij, evenals zijn overleden vader en voorganger, er in slaagt te blijven geloven in het pad van geweldloosheid en vrede, in plaats van zich over  te geven aan frustratie, woede, haat en geweld.

Tja, en hoe moet het nu verder met de school, nu de twee statenoplossing verder weg lijkt dan ooit? Mijn mening in mijn laatste boek*, dat de twee staten oplossing een gepasseerd station is, wordt blijkens een interview in Trouw (Letter en Geest, 17/8/2013) inmiddels gedeeld door Diana Buttu, ooit PLO onderhandelaarster. Het is met de officiële politiek in Palestina en daarbuiten net als met het klimaatprobleem. Er wordt nog steeds lippendienst verleend aan de 2-statenoplossing, terwijl dat door de nederzettingen politiek helemaal niet meer kan (Zo wordt er in de klimaatdiscussie lippendienst verleend aan de 2˚ doelstelling, terwijl dat al lang niet meer haalbaar is).

map_big_eng

Ibrahim liet in dit verband een onthullende kaart van de Westoever zien. 40 % van de Westoever (die, samen met Gaza, 33 % beslaat van het grondgebied van de het voormalige protectoraat Palestina, dat krachtens de resolutie van de Verenigde Naties uit 1948 50/50 verdeeld zou worden tussen Israël en de Palestijnen) is feitelijk door Israël geannexeerd, en door de muur en andere afscheidingen afgesneden van het Palestijnse gebied. Meer en meer ontwikkelt Israel zich in de richting van een staat met thuislanden voor de Palestijnen, door Van Agt ‘Bantustans’ genoemd.

Onder die ontwikkeling is het bestaan van een Hope Flowers School noodzakelijker dan ooit. Gezien de erbarmelijke economische situatie op de Westoever, waar 50 % van de bevolking werkloos is, en vele ouders hun kinderen niet eens voldoende eten kunnen geven, is het echter ondenkbaar dat de exploitatie van de school gefinancierd kan worden door de bijdragen van de ouders. Wat dat betreft is de school nog sterk afhankelijk van bijdragen uit de Westerse landen.

Daarom nodig ik u dringend uit om een of meer van de volgende adressen te bezoeken:

https://www.hopeflowersschool.org, de website van de school.

https://nl.wikipedia.org/wiki/Hope_Flowers_School

https://www.facebook.com/HopeFlowersSchool

https://twitter.com/HopeFlowersSch

https://ontwikkelingmondiaalleiderschap.weebly.com

Of ga naar youtube.com, en type in erikvanpraag (geen spatie en hoofdletters) en u vindt drie filmpjes waarop ik geïnterviewd wordt over de Hope Flowers School.

En wie weet wordt dan in deze tijd, waarin we de terugkeer van het licht verbeiden, uw hart geroerd en kunt u ons helpen de Hope Flowers School te doen overleven. Het licht schijnt in de duisternis, en de duisternis heeft het niet overwonnen!

 

*Voor niets gaat de zon op – blauwdruk voor een waardige wereld.

 

 

 

Licht in de duisternis – een unieke avond op 18 november.

Een avond met Ibrahim Issa, directeur van de Hope Flowers School in Bethlehem.

Een van de naarste conflicten in onze wereld is het conflict tussen de staat Israël en zijn Palestijnse buren. Een conflict dat de verhoudingen in de wereld negatief beïnvloedt, tot ver buiten de grenzen van Israël en Palestina.

Maar er is altijd licht in de duisternis. Op de Westoever, in Bethlehem, werkt nu al jaren de Hope Flowers School tegen de verdrukking in. Naast uitstekend gewoon basisschool onderwijs geeft deze school vredesonderwijs, gericht op verdraagzaamheid en het in harmonie naast elkaar leven van Israëliërs en Palestijnen.

De directeur van de school, Ibrahim Issa, een moedige en inspirerende man, komt  naar Nederland om een lezing te geven over de school, hun successen, en de onvoorstelbare moeilijkheden waarmee de school te kampen heeft. Erik van Praag, die de avond zal leiden, zal daarnaast enige achtergrond informatie geven over het conflict. Ex-premier Dries van Agt, voorzitter van The Rights Forum zal de volkenrechtelijke aspecten belichten. Met elkaar, sprekers en publiek, zullen we in gesprek gaan over hoe we onze bescheiden bijdrage, materieel of anderszins,  kunnen leveren aan het floreren van de Hope Flowers School en zodoende aan een perspectief op vrede, recht doend aan beide partijen in het conflict.

We (het bestuur van de organiserende stichting, Stichting Ontwikkeling Mondiaal Leiderschap) willen je dringend vragen om daar aanwezig te zijn. Allen al jouw aanwezigheid is een steun in de rug voor Ibrahim en zijn mensen. Er zijn maar weinig mogelijkheden om zo effectief en zo direct iets voor een betere wereld te kunnen betekenen.

De bijeenkomst vindt plaats op 18 november, 20 uur,  in De Roos (P.C.Hooftzaal), P.C. Hooftstraat 183 in Amsterdam. De zaal is open vanaf half acht. Deelname is gratis. Je  kunt De Roos bereiken met tramlijnen 2, 5 , 3 en 12, halte Van Baerlestraat. De dichtstbijzijnde parkeergarage bevindt zich op het Museumplein (ingang Van Baerlestraat).

Meer informatie over de Hope Flowers School kun je vinden op https://www.facebook.com/HopeFlowersSchool en https://www.hopeflowersschool.org. Als je mij wilt zien en horen over de Hope Flowers School kun je gaan naar https://www.youtube.com/watch?v=oa3bB8nRRJY (NB: er zijn drie filmpjes)

In verband met de beperkte capaciteit van de zaal verzoeken wij je je te voren als deelnemer aan te melden op officemanager@theedge.nu. Je bent dan verzekerd van een plaats. Maar als het niet helemaal vol is ben je ook zonder aanmelding welkom. Deelname is overigens gratis.

We hopen je in grote getale te kunnen begroeten.