Categoriearchief: Persoonlijke groei

Wakker worden.

In mijn blog van 18 november maakte ik onderscheid tussen twee aspecten van onze identiteitsbeleving: het ik-bewustzijn en het diepere identiteits-bewustzijn dat we ontlenen aan onze ziel. Daarom was ik gefrappeerd door een commentaar van Kathy Tyler (http://Findhorn.org) dat ik hier graag weergeef:

Een groot deel van onze identiteit is gevormd door onze ouders, leraren, vrienden, en hoe wij willen dat anderen ons zien. We hebben dit als ons referentiepunt van wie we zijn; de persoon die we onszelf normaal gesproken menen te zijn – gepreoccupeerd met zijn doelen, angsten, verlangens, en problemen.
Onder de oppervlakte ligt een diep en groot authentiek Zelf, maar zijn aanwezigheid wordt meestal versluierd door het lawaai van het kleinere ‘ik’ met zijn behoeften en eisen. Deze verwarring tussen het kleine zelf en het grotere Zelf is een kernillusie van de menselijke conditie, en het doorprikken van deze fata morgana is waar ontwaken om draait.

Zij schrijft dit in het commentaar op de Engel voor december: Awakening: ontwaken. (Innerlinks, de beheerder van het Transformatiespel, kiest iedere maand een Engel van de maand, zie voor het hele commentaar: https://www.facebook.com/joy.drake.90/posts/4398890450208401). Ik zie hierin een uitnodiging om de ziel verder te onderzoeken. Ik ben daar op 11 november al mee begonnen, en zal er volgende week mee verder gaan.

Dwaasheid

Als iemand onder u denkt dat hij wijs is in deze wereld, laat hij dwaas worden, opdat hij wijs zal worden. (1 Kor. 3:18)

In mijn vorige blogs heb ik beschreven hoe we wijsheid kunnen bevorderen in onszelf en in de wereld. Vandaag ga ik in op wat het ontdekken en manifesteren van het archetype van ‘de wijze’ in ons in de weg staat. Ik zie de volgende belemmeringen:

  • heftige gevoelens die het bewustzijn domineren (verliefdheid, euforie, dweepzucht, verontwaardiging, woede, weerzin, angst)
  • stellige meningen, vooroordelen
  • morele oordelen, met name als ze uitmonden in gevoelens van superioriteit (ik ben beter dan hij/zij)
  • kennis, met name dogma’s, en het idee de waarheid in pacht te hebben
  • eigendunk, ijdelheid
  • gehecht zijn aan materie, maar ook gehechtheid aan comfort, gewoontes, en zelfs gehechtheid aan geliefde anderen
  • openlijk of onbewust gericht zijn op eigenbelang ten koste van anderen (macht, positie, gelijk krijgen, status)
  • irritatie
  • enzovoort. U kunt zelf de lijst nog wel aanvullen.

Niets menselijks is ons vreemd. Ikzelf herken me in bijna elk van de bovengenoemde belemmeringen, die veroorzaken dat ik maar zelden als wijze spreek of handel. Ik ben te vaak geïrriteerd over problemen met websites of mijn computer of over apparaten die niet werken. Ook ben ik vaak verontwaardigd over wat onze leiders of mijn medeburgers doen of nalaten. Ik vind hun gedrag nogal eens harteloos, laf of rondweg dom. Vaak leidt dat tot woede, oordeel of cynisme. Als ik dat te vaak uit, of erger, onderdruk, leidt dat tot een negatieve uitstraling in mijn omgeving. Anderzijds wil ik mijn verontwaardiging ook niet echt kwijt. Het is, weliswaar verwrongen, toch ook een uiting van mijn betrokkenheid. Maar tot wijsheid leidt het niet.

Nodig is enige distantie en een meer stoïcijnse houding: aanvaarden van het onaanvaardbare. Dan geef ik zowel mijn liefde als mijn intuïtie meer kans. Maar dat is gemakkelijker gezegd dan gedaan. En of ik daarmee een bijdrage lever tot wijsheid in de wereld? In deze verwarring eindig ik dit blog.

© Rider Waite Tarotkaarten

Ontheemd.

Erst kommt das Fressen, dann kommt die Moral (Bertolt Brecht)

Zij die me al langer kennen of volgen weten dat ik geloof dat (bijna) alle mensen hun leven leiden met een diepe gewondheid, de sacred wound. Zij kunnen zich daar al dan niet van bewust zijn, maar het beïnvloedt altijd hun denken en doen. De oorsprong van die gewondheid kan liggen in de lotgevallen van de vele (vaak tientallen) generaties die ons zijn voorafgegaan; lotgevallen die zijn neergeslagen in de genen. Volgens anderen kan die gewondheid ook voortkomen uit eerder geleefde levens, maar met dat gezichtspunt heb ik niet zoveel. In dit leven kan die gewondheid zich verdiepen door eerdere pijnlijke of zelfs traumatische ervaringen in de jeugd of de adolescentie, of nog daarna. Het interessante is nu dat deze gewondheid als regel in directe relatie staat met onze levensopdracht, onze missie; ons sacred contact. Dat is de reden dat ook de gewondheid ‘sacred’ genoemd wordt: hij kan je leven betekenis geven. Ik kan dat illustreren aan de hand van mijn eigen levensloop.

Mijn sacred wound zou ik willen benoemen als een gevoel van thuisloosheid. Dit gevoel is ontstaan via de stamboom van mijn vader, die een Jood van asjkenazische herkomst was, en wiens voorouders veel te maken hebben gehad met Jodenvervolging en in een tweeduizendjarige diaspora vaak moesten vluchten en hun woonplaats hebben moeten opgeven. Dit proces is nog versterkt door mijn eigen oorlogservaringen, die er tussen mijn derde en vijfde jaar toe hebben geleid dat ik in de onderduik veelvuldig van woonplaats (en van kleuterschool) heb moeten wisselen. Ook daarna was het thuis niet helemaal veilig: door de ondergane ellende (onder andere het verlies van bijna alle familieleden) hadden mijn ouders om te overleven veel gevoelens van wanhoop, verdriet en woede onderdrukt. Ze waren zeker liefdevolle ouders, maar ze waren ook als een slapende vulkaan die ieder moment tot uitbarsting kon komen (al gebeurde dat zelden). Kinderen voelen dat en dat draagt ook weer bij tot gevoelens van onveiligheid.

In de eerste helft van mijn leven heeft deze gewondheid geleid tot perioden van slapeloosheid, humeurigheid (speciaal aan begin van vakanties), een gebrek aan vertrouwen in het leven als zodanig (je kunt maar zo je veiligheid verliezen. . . ) en van daaruit alles dwangmatig onder controle willen houden. Door persoonlijk werk en therapie heb ik daar in de tweede helft van mijn leven minder last van gehad. Ik ontdekte mijn sacred contract: het scheppen van veilige leersituaties (een soort tweede thuis voor mijn cliënten; daarom werkte ik veel met leergroepen en teamconferenties. In mijn eerste post-doctorale opleiding noemden we dat een ‘cultural island’). Ik heb altijd geweldig geboft met het vinden van veilige woonsituaties (toeval? Ik voelde me geleid en gedragen en voel daarvoor een grote dankbaarheid), maar. . . één keer stortte mijn bouwvallige huis in tijdens de restauratie (wij waren elders bij een bruiloft van een bevriend echtpaar); één keer verloor ik mijn huis door een echtscheiding, en éen keer verloor ik mijn praktijkruimte door een haatcampagne. Allemaal toeval? Er zijn nog veel meer ’toevalligheden’ in mijn leven, maar dat allemaal beschrijven zou voor dit blog veel te ver voeren. Dit alles is voor mij inzichtelijk geworden tijdens mijn voetreis van Berlijn naar Praag (het Joods kerkhof aldaar) in 2001. Ik heb toen ook ontdekt dat er eigenlijk maar één veilig thuis is: in mijn diepste zelf.

In het huidige stadium van mijn leven met veel vrije tijd dacht ik: laat ik nog eens wat nuttigs doen in de wereld en zonder veel na te denken meldde ik me als vrijwilliger bij Vluchtelingenwerk Nederland (voor mensen die hun thuis verloren hebben!). Daar werd ik aangenomen als woonvrijwillger: iemand die asielzoekers die een verblijfsvergunning hebben gekregen begeleidt bij het zich ‘settelen’ in de toegewezen woning; met andere woorden: bij het creëren van hun nieuwe thuissituatie. Tja. . .

Na de behoefte aan eten en drinken is een veilige woon- en verblijfplaats de meest fundamentele behoefte die wij mensen hebben. Door een rücksichtlose economie, geweld, oorlog, milieu- en klimaatproblemen gaat die veilige plaats voor miljoenen mensen verloren. Daarom grijpt het vluchtelingen probleem en de klimaatontwrichting mij de laatste jaren echt bij de keel. Doordat we nu als collectief, als mensheid, onze veilige woonplaats, Gaia, aantasten dreigen we nu massaal ontheemd te raken. Al heb ik daar persoonlijk voorshands nog weinig last van, toch voelt het alsof mijn leven eindigt waar het is begonnen. Full circle . . wat een mysterie. Misschien is ieders leven wel zo te zien als je er oog voor hebt.

Bronnen van kracht – II

Dit is een blog in een serie die begonnen is op 4 februari j.l.

Hier is een test om erachter te komen of je missie op aarde ten einde is: als je nog leeft, is dat niet het geval. (Richard Bach, Illusions)

Als we op het gebied van de klimaatontwrichting verschil willen maken, moeten we tot ons laten doordringen wat er werkelijk aan de hand is. Maar hoe bouwen we dan de veerkracht op om daar tegen te kunnen? In mijn vorige blog gaf ik drie mogelijkheden, hier volgen er meer.

Vele leraren zijn van mening dat we hier op aarde komen met een opdracht, een missie.* Die opdracht is voor elk van ons uniek. Hoewel we onbewust ‘weten’ wat die opdracht van ons vraagt is het toch een hele ontdekkingsreis om ons bewust te worden van wat die opdracht precies inhoudt. Wat is het puzzelstukje dat wij hebben en dat nodig is om de planetaire puzzel te vervolmaken (Danaan Parry)? Het helpt om ons daarbij af te vragen wat het is dat we hier op aarde te leren, te geven en te doen hebben, en daarover na te denken.** Als we hier meer duidelijkheid over hebben, gaat die opdracht richting geven aan ons leven, dat we daardoor als zinvol gaan ervaren. Ook dat is een bron van kracht (zie ook het citaat waarmee dit blog begint).

Nu we toch in de meditatieve sfeer beland zijn: meditatie beoefenen is ook een bron van kracht. Men kan mediteren zonder meer: zitten, de aandacht richten op en luisteren naar de stilte achter de geluiden. Je kan yoga beoefenen, of Aikido, loopmeditatie, dynamsiche meditatie, of wat dan ook. En je kan ook verzinken in gebed (maar probeer niet een hogere macht voor je karretje te spannen; dat werkt niet – we blijven zelf verantwoordelijk voor ons leven), of je kan je open stellen voor de niet-fysieke wereld achter de wereld die je waarneemt met je zintuigen. Het helpt als je daarbij contact zoekt met organisaties of personen die daar al mee in contact staan. *** Op den duur kan je het besef ontwikkelen dat je geleid en gedragen wordt. Uiteraard maakt dat je ook weer sterker.

Door dit proces van zelfreflectie, meditatie, contemplatie en gebed verandert je bewustzijn van een zuiver zintuigelijk en mentaal bewustzijn, gericht op de materiële wereld, in een meer spiritueel en mystiek bewustzijn, waarin ook plaats is voor de niet-materiële wereld en het grote mysterie van wat is. Zodoende stel je jezelf open voor de kwantum sprong in het collectieve bewustzijn, die al gaande is, maar die velen zich nog niet realiseren. Die bewustzijnstransitie kan ons ook hoop geven – daarover de volgende week meer.

De stukjes van de planetaire puzzel

*Zie bijvoorbeeld Plato, De Republiek. Caroline Myss spreekt van een ‘sacred contract’: Sacred Contacts, 2001. Ikzelf sprak vroeger van onze bestemming.

** Een handleiding hiervoor kun je vinden in mijn boek: Op weg naar jezelf . . . een pelgrimsreis in zeven etappes, pag. 74 e.v.

*** Bijvoorbeeld: https://www.findhorn.org, https://lorian.org. Er zijn hierover ook fantastische boeken geschreven, veel te veel om hier op te noemen. Ik maak een uitzondering voor Richard Bach, Illusions, buitengewoon inspirerend en zeer geestig (het citaat waarmee dit blog begon is hieruit afkomstig).

Bronnen van kracht.

Dit is een blog in een serie die begonnen is op 4 februari j.l.

Als we de ernst van de klimaatontwrichting werkelijk tot ons willen laten doordringen (en dat is nodig als we een verschil willen maken) dan moeten we er voor zorgen dat we in onszelf de kracht ontwikkelen om niet in wanhoop, vertwijfeling en machteloosheid te verzinken. Gelukkig zijn er vele bronnen waaruit we die kracht kunnen putten.

De eerste bron is de wanhoop zelf. Als we ons realiseren hoe vreselijk we het vinden als de wereld die we kennen, inclusief de mensheid, ten onder zou gaan, dan kunnen we ons realiseren dat die wanhoop uit liefde voortvloeit. Liefde voor de wereld, voor schoonheid, de natuur, de mensheid als geheel, en meer in het bijzonder voor ons eigen nageslacht (dan wel de nakomelingen van degenen die we liefhebben). Als die liefde er niet was, zouden we immers onverschillig staan tegenover deze dreigingen. Het zou ons dan weinig kunnen schelen wat er morgen gebeurt, maar dat het kan ons juist wel schelen! Die liefde is een expressie van de levenskracht zelf, en derhalve een bron van vitaliteit. Laten we die liefde koesteren, en in ons gedrag tot uiting brengen – dat maakt ons sterker.

Een tweede bron van kracht is ons vermogen om ons verdriet en onze woede even te parkeren. Niet onderdrukken, want dan wordt het alleen maar sterker, maar even ter zijde stellen, zoals je je auto kan parkeren bij de supermarkt, en dan in de supermarkt niet meer aan je auto denkt. Dan komt er ruimte vrij om te leven in het moment en te genieten van wat er is. De schoonheid van een sneeuwlandschap, een boterham met boerenkaas (dat is uiteraard persoonlijk), spelende of schaatsende kinderen, een bloem in een vaas of buiten, muziek, kunst, enfin, te veel om op te noemen. Je kunt de voorbeelden zelf eindeloos uitbreiden. Daar word je blij van, en dat maakt ons sterker. Organiseer ook voldoende leuke dingen en momenten in je leven. Er is voor alles een tijd: een tijd voor genieten en een tijd voor somberen. Verdriet en vreugde kunnen naast elkaar bestaan.

Daarbij aansluitend: een derde bron van kracht is aandacht te geven aan alles waarvoor we dankbaar kunnen zijn. Dat Gaia ons maar blijft voeden, ondanks alles wat we haar aandoen. Dat vele mensen het mogelijk maken dat die voeding dagelijks op ons bord komt (de boeren, de handelaren, de supermarkten, onze werkgevers of onze cliënten, die ons immers het geld verschaffen of verschaften die het mogelijk maken of maakten dat we dit alles kunnen kopen). Dat we een comfortabel huis hebben, dat er helder water uit de kraan komt, en zelfs zomaar warm water uit de douche. Dat er zoveel schoonheid is in deze wereld – kortom er is zoveel om dankbaar voor te zijn dat als we er bij stil staan het niet anders kan dan dat we dankbaar worden voor het leven zelf.

Er zijn nog veel meer bronnen van kracht; daarover de volgende week.

Elk zijn is tot niet-zijn geschapen.*

IJs, weder en Corona dienende word ik een dezer dagen in goede gezondheid 81 jaar – dank u voor de gelukswensen. En dan te bedenken dat ik me ooit had voorgenomen 75 jaar te worden. Maar dat project is dus grandioos mislukt. Hoe dit zij, ik ben dus weer een jaartje dichter bij de dood gekomen. Voor zover ik kan nagaan ben ik daar niet bang voor – hoewel, op het moment suprème me overgeven en alle controle loslaten . . ? – maar wel voor het mogelijke lijden dat daaraan vooraf zou kunnen gaan. De mens lijdt het meest door het lijden dat hij vreest, maar dat niet op komt dagen. Zo heeft hij meer te dragen dan God te dragen geeft.

Nu denk ik maar zo dat de meeste mensen, bewust of onbewust, hetzij bang zijn voor de dood of, net als ik, voor het lijden. De pandemie dreigt die angst meer naar de voorgrond te brengen, zoals eerder al de klimaatcrisis, die ons immers collectief bedreigt. Wel is de dreiging van de klimaatcrisis vager en verder weg dan die van de pandemie, maar toch kan ook het bewustzijn van dat gevaar de angst in ons oproepen. Met angst is moeilijk te leven. Veel van de ontkenning van beide problemen, en veel van de agressie en lelijkheid in de samenleving is daaruit te verklaren. Angst kan ons ook verlammen en doen vluchten in een houding van ‘na mij de zondvloed’.

Dat zijn dus allemaal geen constructieve manieren om met angst om te gaan. De angst onderdrukken is ook niet effectief; de angst is reëel en door deze weg te stoppen of te ontkennen wordt die onderhuids alleen maar groter, en heeft daar zijn schadelijke werking (depressie, verlies aan energie en levenslust, ziekte, wat dan ook). Maar wat dan wel? We zullen moeten leren met onze angsten te leven, door daarnaast veerkracht en hoop te ontwikkelen zodat die angst ons niet overmeestert of verlamt.

Hoe ontwikkelen we veerkracht en hoop? Door contact te maken met onze krachtbronnen: onze intuïtie, ons vermogen lief te hebben, onze kwaliteiten en talenten, onze innerlijke gids en last but not least onze hulpbronnen in de onzichtbare werelden, en dan vervolgens te handelen: doen wat onze handen en ons hart te doen vinden. Dan ‘sal ’t waerachtigh wel gaen. Twee weken geleden liet ik u mijn hoop zien, en vorige week wenste ik u een nieuw begin. Daar wil ik nu aan toevoegen dat ik u een jaar toewens vol veerkracht en hoop waarin u uw angst, als u die hebt, een plaats weet te geven.

  • J.C. Bloem. Dit blog is mede geïnspireerd op het prachtige stuk Hoe de angst te bedwingen? van Marian Donner in Trouw van 16 december 2020

Ik ben een alarmist.

Van jongs af aan was ik een pessimist. Als kind wist ik altijd zeker dat het binnenkort ging regenen, ook al gaf het weer(bericht) daar geen aanleiding toe. Dat werd binnen de familie zelfs een ‘running gag’. En later wist ik prettige situaties vaak met mijn sombere stemming of voorgevoelens te versjteren. Maar na mijn veertigste veranderde dat. Mijn vertrouwen in het leven en mijn gevoelens van eigenwaarde namen toe. En tegelijkertijd werd mijn pessimistische grondhouding getransformeerd. Nog steeds ben ik van nature geen optimist, maar ik zou me nu eerder een realist noemen, al blijft het oude imago mij tot op de huidige dag wel aankleven.

Maar. . .

Zoals ik het zie wordt de mensheid in toenemende mate van waarschijnlijkheid door drie grote rampen essentieel bedreigd: een atoomoorlog*), nieuwe (en wellicht nog veel gevaarlijker en ontwrichtender) pandemieën en de klimaatverandering . Het helpt daarbij niet dat onze democratie ook gevaar loopt. Is dat nu pessimisme? Of is dat alleen maar niet mijn kop in het zand steken?

Langzamerhand beginnen heden ten dage onze politici, het bedrijfsleven en het publiek zich van deze scenario’s bewust te worden. Maar de consequenties daarvan lijken nog niet echt tot iedereen door te dringen. Anders zou dat wel zichtbaar worden in een urgentie van strategie en maatregelen waarvan voorshands nog weinig is gebleken. Ook wil men de werkelijkheid nog niet echt onder ogen zien. (Zo worden er nog steeds atoomonderzeeërs gereed gehouden die kruisraketten met atoomkoppen kunnen afvuren, en gaat men nog steeds uit van een klimaatscenario van 1,5 graad temperatuurstijging, terwijl we afstevenen op 4 graden of meer.)

Dat is ook best wel begrijpelijk. Als we de consequenties van deze toekomstbeelden werkelijk tot ons door laten dringen kunnen we al gauw iedere hoop en levensvreugde, en daarmee onze vitaliteit verliezen. Deze denkbeelden werken verlammend. En daar heeft natuurlijk niemand wat aan. We kunnen alleen maar met het bewustzijn van deze doemscenario’s leven als we daarnaast een visie ontwikkelen van een stralende toekomst, die eveneens bereikbaar kan zijn, en waarin een plaats is voor datgene of diegene(n) die groter is(zijn) dan wij. Zij die me de laatste jaren gevolgd hebben weten dat ik dat gedaan heb en daarover heb gepubliceerd.**) Een dergelijke visie stuurt, samen met de doemscenario’s, je handelen en voedt je hoop. Zo houd ik het leven. Het kan me dan niet schelen weggezet te worden als ‘alarmist’. Sterker nog, ik draag dit epitheton met ere en waardigheid en ben er zelfs trots op. Liever een alarmist dan een struisvogel.

Voor niets gaat de zon op

De ’trickster’*

Citaat: De mens leert gedurende zijn ontwikkeling bepaalde gedragingen te tonen, omdat deze van pas komen of gewaardeerd worden, zij vormen de ‘persona’.
De schaduw bevat het tegengestelde van de eigenschappen van de persona. Het is datgene van onszelf wat we proberen te verbergen, dat niet werd gewaardeerd en daarom is verdrongen en gedwongen wordt een verstopt leven te leiden.
(Jung vereniging). De schaduw kan ideeën bevatten waarvan we geleerd hebben dat die ‘fout’ zijn, eigenschappen die we verwerpelijk vinden, neigingen die we afkeuren. Allemaal ‘negatieve’ kanten van onszelf die we liever niet dan wel hebben, en die we daarom verheimelijken of onderdrukken. Ze blijven in het diepe duister van onze persoonlijkheid verborgen: in de schaduw, en groeien daar.

Het geleidelijk aan het licht brengen van onze schaduw is een noodzakelijke voorwaarde voor persoonlijke en spirituele groei. Maar we doen dat vaak niet of te weinig, juist omdat we afkeuren wat in de schaduw ligt en daar soms bang voor zijn. Een voorbeeld daarvan is onze neiging tot wreedheid, die bijna iedereen wel in zekere mate heeft. Maar als we de schaduw blijven onderdrukken komt hij er uiteindelijk toch uit, soms verkapt en geleidelijk, maar als dat de druk onvoldoende wegneemt, als een uitbarsting, zoals de aarde af en toe uitbarst in een vulkaan.

Als we samenlevingen beschouwen als een levend organisme – en dat doe ik – dan geldt voor samenlevingen hetzelfde mechanisme. Een schaduwkant van de Westerse cultuur is onze leugenachtigheid en onze neiging anderen te bedriegen als we daar zelf voordeel bij kunnen behalen. Deze schaduw komt er tegenwoordig geleidelijk uit in de vorm van onoprechtheid in de politiek en het bedrijfsleven, competitiedrang, misdaad, complottheorieën, gewelddadigheid, en zo meer. Bij een aanzienlijke minderheid van het Amerikaanse volk is deze nu tot een uitbarsting gekomen. Trump was daarvoor een prachtige katalysator, omdat zijn overheersende archetype de ’trickster’ is (in positieve zin: het doorbreken van conventies, stoffigheid en voorspelbaar gedrag; in negatieve zin: anderen manipuleren door dubbelhartigheid; citaat Caroline Myss). Dat is de derde verklaring voor het feit dat Trump nog niet echt verslagen is (de vorige twee vind je in mijn vorige blog).

Wat kunnen we daar nu tegen doen? Het beste lijkt me dat we de schaduw op dit terrein in onszelf onderzoeken en aan het licht brengen. Ik ben ook niet in mijn eerste leugentje gestikt. We vinden altijd wel een excuus voor afkeurenswaardig gedrag (zie nu bijvoorbeeld de ondervraagden bij de toeslag affaire, of het gedraai van boeren en de overheid rond de stikstof problematiek); dat geldt voor de politiek maar ook voor ons persoonlijk. Geloof in en liefde voor de waarheid en eerlijkheid als deugd lijkt me het beste tegengif tegen de verrommeling van onze samenleving.

*) Dit blog is geïnspireerd op het artikel ‘Trickster Times’ van Sharon Blackie: https://sharonblackie.net/trickster-times/

Toeval of lotsbestemming?*

© https://verkenjegeest.com/is-het-toeval-of-lotsbestemming/

Volgens mij kan je je leven op twee manieren leven: onder invloed van het (nood)lot, of gericht op je bestemming. Fate of destiny. Laten we eens onderzoeken wat elk van deze levenswijzen voor consequenties heeft.

Als je je leven leeft als onderhevig aan het lot, dan komen alle gebeurtenissen in je leven – groot en klein, vreugdevol of vreeswekkend, ingrijpend of niet – schijnbaar toevallig op je weg. Vrije wil, zo die al bestaat, heeft daarop geen invloed. De enige invloed die je hebt is de wijze waarop je op die gebeurtenissen reageert. Spirituele ontwikkeling in dit leven is het ontwikkelen van eens stoïcijnse levenshouding: alles aanvaarden zoals het komt. Het leven geeft, het leven neemt, je kunt er toch niets aan doen (Dit is de houding die gepraktiseerd is door de Stoa, en artistiek vormgegeven is in de klassieke Griekse tragedies). Als je er in dit soort leven in slaagt de realiteit (je eigen geestesleven en de buitenwereld) te ervaren los van alle conditionering, oordelen, idealen en beeldvorming vooraf dan kun je echt gaan zien. Uit dit zien vloeit dan je persoonlijk en maatschappelijk handelen voort. Dit is de betekenis van Krishnamurti’s beroemde uitspraak: ‘zien is handelen’. Alleen dit handelen is effectief en heilzaam, alle handelen dat aan dit stadium vooraf gaat is gebaseerd op het denken in de breedste zin des woords, en heeft altijd zowel negatieve als positieve effecten. Vandaar dat het taoïsme leiders aanbeveelt niet te handelen – bedoeld wordt naar mijn mening niet doelbewust te handelen, maar alleen te handelen als dit uit directe, onmiddellijk ervaring (dus zonder tussenkomst van iets) of noodzaak voortvloeit. Het is mijns inziens niet erg gemakkelijk deze levenshouding te vervolmaken – er gaat meestal minstens een leven mee heen. Hoe verder je komt, hoe meer je kunt ervaren dat alles in deze wereld één is.

De andere levenswijze, die gericht is op je bestemming, vraagt dat je ontdekt wat je sacred contact in je leven is: wat je op aarde te leren, te doen en te geven hebt (de term is van Caroline Myss). Deze houding is dus niet uitsluitend gericht op het NU, maar ook op de toekomst en schept een creatieve spanning tussen heden en toekomst. In dit soort leven ben je meer sturend en bewust creërend bezig. In de tijd dat ik nog coach en loopbaanconsultant was heb ik ontdekt dat mijn cliënten niet alleen op zoek waren naar hun talenten en interesses, maar ook naar hun bestemming, naar een hoger levensdoel. In mijn ervaring kan iedereen zo’n doel vinden, als je je aandacht er op richt. En als je dit doel gevonden hebt gebeuren er twee dingen: je gaat je handelen afstemmen op het bereiken van dit doel, en de gebeurtenissen in je leven verliezen hun toevallig karakter. Er komen meer ‘zinvolle’ gebeurtenissen op je pad. Synchroniciteit gaat in je leven een rol spelen. Ook gaat je innerlijke gids duidelijker tot je spreken, en deze beïnvloedt de keuzen die je maakt en de beslissingen die je neemt. Dit hele proces kan leiden tot een diep gevoel van voldoening, ook als je levensdoel niet bereikt wordt. Maar dit is een leven met meer spanning en soms zelf stress dan het eerste leven; ook al omdat je handelen nooit een eenduidig effect heeft. Spirituele ontwikkeling in dit leven is het ontwikkelen van je intuïtie, liefde en uiteindelijk eenheidsbewustzijn.

Het kan dat ook bij hen die niet zo bewust met hun leven omgaan een van de beschreven levensstijlen domineert. Maar als je kiest voor een bewuster leven, dan kun je uitzoeken welke stijl je past. Ik zelf heb mijn leven meer geleefd op de tweede manier – al waren er ook momenten (bijvoorbeeld toen ik getroffen werd door een levensbedreigende ziekte) dat kortstondig de eerste levenswijze domineerde. En met het klimmen der jaren wordt de eerste levenswijze aantrekkelijker voor mij, maar ik slaag er nog niet erg in deze te praktiseren. Het past volgens mij niet zo bij mijn karakter. Ik geloof overigens niet dat de ene levenswijze ‘beter’ is dan de andere. Ga maar eens na welke van de bovenstaande beschrijvingen het beste op jouw leven past, of welk van die twee voor jou het aantrekkelijkst is. Daar zou ik dan hoe dan ook vrede mee hebben.

* © https://verkenjegeest.com/is-het-toeval-of-lotsbestemming/

*) Op bovengenoemde website vind je interessante beschouwingen over dit thema.

Ik-Gaia heb kanker.

Gaia is ziek. Een van haar organen leidt aan een gevaarlijke virus-pandemie, die haar hele welzijn bedreigt. Maar er is een meer ernstige chronische ziekte. Die kan ik het beste metaforisch beschrijven als kanker. Bij kanker zijn er cellen in tenminste één orgaan die niet normaal groeien en afsterven, maar die voortwoekeren ten koste van hun omgeving, en uiteindelijk ten koste van het hele organisme.

Het orgaan van Gaia waarin de kanker woekert is de mensheid. Deze woekert voort ten koste van de gezondheid van het geheel: andere organen, ecosystemen, biodiversiteit, en onderlinge destructiviteit van de cellen van dit orgaan (de mensen); en uiteindelijk wordt het orgaan zelf door zichzelf bedreigt. De metafoor gaat in die zin mank dat Gaia het wel zal overleven, maar niet dan na ernstige schade en gewondheid.

Als we nu willen oefenen met onze nieuwe identiteit – ik ben Gaia – dan zit er niets anders op dan te zeggen: ik heb kanker. Nu blijkt hoe moeilijk het is die nieuwe identiteit onder de huid te krijgen. Maar het loont de moeite om het minstens als oefening maar eens te proberen. Dan ervaren we pijn en angst, en dat brengt ons in beweging. Het levert meteen al een aantal inzichten op over hoe we die kanker te lijf kunnen gaan door na te gaan hoe we dat met onszelf als individu zouden doen. Dat is natuurlijk makkelijker te bedenken als je zelf ook kanker hebt of hebt gehad, maar anders kun je het je misschien ook wel inleven.

Ik behoor tot de bevoorrechte groep die inderdaad kanker heeft gehad, en er volledig van is genezen. Als ik er over nadenk wat die genezing bewerkstelligd heeft, dan kom ik op drie factoren: medische en psychisch-sociale ondersteuning (operatie, bestraling, natuurgeneeskunde, informatie, bemoediging), geestelijke oefening (geleide fantasieën volgens de methoden van Simonton en Siegel*, meditatie, het ontwikkelen van vertrouwen) en de voorzienigheid zelf, die me met genezende levenskracht heeft gezegend.

In het volgende blog zal ik beschrijven hoe we ons die factoren bij mij-Gaia kunnen voorstellen.

*) O. Carl Simonton e.a., Op weg naar herstel, 1983; Bernie S. Siegel, Lessen van wonderbaarlijke patiënten, 1987. Zie ook: Caroline Myss, Anatomy of the Spirit, 1996; ook vertaald.